‘Wil tot veranderen cruciaal bij verduurzaming zorg’

do 21 februari 2019
‘Wil tot veranderen cruciaal bij verduurzaming zorg’
eHealth

Wil en noodzaak, dat zijn twee cruciale elementen om verduurzaming van de zorg met behulp van digitale technologie te realiseren. Zilveren Kruis heeft in deze ontwikkeling als zorgverzekeraar een eigen rol gevonden, vertelt inkoopdirecteur Olivier Gerrits. “Er is al genoeg bewezen technologie die kan helpen bij het verplaatsen van zorg naar de thuissituatie. Wij willen via ons inkoopbeleid en het leggen van verbinding tussen partijen in het zorgveld voor adoptie en opschaling zorgen.”

Afgelopen oktober 2018 koppelde zorgverzekeraar Zilveren Kruis haar ambitie van ‘juiste zorg op de juiste plaats’ aan het Hoofdlijnenakkoord Medisch-Specialistische Zorg 2019-2022. In dit akkoord voor de ziekenhuissector is afgesproken dat de groei van ziekenhuisuitgaven moet dalen (onder meer via digitale zorgtoepassingen), om in 2022 op 0 uit te komen. In september had de zorgverzekeraar de ambitie al uitgesproken om in 2021 zo’n 10 procent van de ziekenhuiszorg naar de thuissituatie te verplaatsten. 

Om dit te bereiken, mikt de zorgverzekeraar onder meer op het grootschaliger inzetten van e-health oplossingen zoals Hartwacht en MijnIBDCoach (voor maag-, darm- en leverpatiënten). Maar, stelt inkoopdirecteur Gerrits, e-health en andere digitale toepassingen in de zorg zijn slechts een middel. Waar het om gaat, is de beweging van ziekenhuis- en andere zorg naar de thuissituatie. Of om er voor te zorgen dat ouderen langer thuis kunnen wonen in plaats van in een zorginstelling.

Verplaatsen zorg sleutel

“Verplaatsen van zorg is de sleutel tot verduurzaming ervan”, stelt Gerrits. “Er zijn verschillende uitdagingen. We willen zorg betaalbaar houden en we moeten er met zijn allen voor zorgen dat de toenemende krapte op de arbeidsmarkt bij een groeiende zorgvraag ons huidige niveau van zorg niet onmogelijk maakt.” 

Geen geringe uitdaging. Voor 2019 is er 71 miljard euro voor zorg beschikbaar, 5 miljard meer dan in 2018. Bij ongewijzigd beleid komen de zorgkosten volgens het RIVM uit op 174 miljard euro in 2040. Dat komt voor een flink deel door de toenemende levensverwachting van het groeiend aantal senioren in Nederland (van zo’n 1,3 miljoen 75-plussers in 2019 tot 2,1 miljoen in 2030). Dat leidt tot meer zorgvraag, terwijl de arbeidsmarkt juist krimpt (ontgroening).

“Wij geloven dat het toepassen en opschalen van e-health hier echt ondersteunend kan zijn”, stelt Gerrits. “Bovendien heeft e-health nog een derde component: het kan er mits goed toegepast voor zorgen dat de kwaliteit van zorg en de kwaliteit van leven van mensen met aandoeningen beter worden. Dat is wellicht nog de belangrijkste component van e-health.”

Wil tot veranderen

Zorginnovaties zijn er al genoeg, stelt Gerrits. “Natuurlijk kent de zorgsector zijn eigen complexiteit, maar op dit gebied zijn er in principe geen belemmeringen. De drempels liggen vaak op andere vlakken. Er is wel een noodzaak, maar de wil tot veranderen ontbreekt soms.” Dat is overigens lang niet altijd onwil, meent Gerrits, maar het inzien van de noodzaak vergt soms tijd. En voor opschaling zijn beide elementen nodig.

Uit onderzoek van Zilveren Kruis blijkt onder meer dat het belangrijk is om digitalisering (lees: verplaatsing van de zorg naar de thuissituatie) mogelijk te maken zonder het op te leggen. 

Gerrits: “Er zijn altijd potentiële gebruikers die het minder zien zitten om er mee aan de slag te gaan. Ouderen bovengemiddeld vaak, maar ook jongere mensen die digitaal minder vaardig zijn. Of zieke mensen met gezonde kinderen, die liever niet hebben dat hun ziekte een nog grotere impact heeft op de thuissituatie. Zorg thuis moet dus gefaciliteerd worden, niet verplicht.”

Belangrijk is ook dat mensen de juiste begeleiding krijgen bij het overgaan op digitale zorg. Uit onderzoek van de NFK (federatie kankerorganisaties) blijkt dat er voldoende animo is voor zelfs het verplaatsen van een medische behandeling zoals chemotherapie naar de thuissituatie. “25 procent gaf aan dit permanent thuis te willen, nog eens 25 procent afwisselend. Dat zijn indrukwekkende uitkomsten. Maar de zorgbegeleiding moet dan wel minimaal net zo goed zijn als in het ziekenhuis.”

Juist zorg op juiste plaats

Zilveren Kruis heeft dus vol ingezet op de juiste zorg op de juiste plaats. Deze vorm van zorg valt volgens Gerrits uiteen in drie hoofdonderdelen: 

Digitaal contact, onder meer ter vervanging van fysieke consulten.

Thuismonitoring.Dit gaat verder dan contact alleen, het gaat hier ook om beter in de gaten houden van iemands conditie en eerder signaleren van problemen.

Behandeling thuis. Dit is het meest ‘medische’ stuk van zorg thuis. Denk hierbij aan chemotherapie thuis krijgen, of nierdialyse.

“Wij hebben dit ook tot integraal onderdeel van ons inkoopbeleid gemaakt”, vertelt Gerrits, “samen met zaken zoals het tegengaan van verspilling en het verbeteren van efficiency van zorg. De afgelopen anderhalf jaar hebben we dit in de praktijk gebracht in onze contracten met ziekenhuizen, om te beginnen met het streven van 10 procent ziekenhuiszorg naar de thuissituatie. Daarbij stellen we twee vragen centraal: is een innovatie effectief en succesvol; hoe kunnen we die inbedden in de reguliere zorg en bekostiging?” 

BETERE KWALITEIT VAN LEVEN IS DE
BELANGRIJKSTE COMPONENT VAN E-HEALTH

Betere uitgangssituatie

De uitgangssituatie voor e-health is al duidelijk veranderd in vergelijking met enkele jaren geleden, merkt Gerrits. Zo werd tijdens de eerste e-healthweek in 2017 thuismonitoringdienst Hartwacht getoond. Het had nog veel voeten in de aarde om deze dienst in het verzekerde pakket te krijgen. 

“Maar via Cardiologie Centra Nederland bedient Hartwacht inmiddels 600 patiënten. Met nog eens zes ziekenhuizen hebben we inmiddels afspraken gemaakt waarbij zij in totaal zo’n 4.000 patiënten deze vorm van monitoring gaan aanbieden. Voor deze doelgroep zitten we dan al over de helft van de 10 procent die we willen realiseren in 2021.”

Soortgelijke afspraken zijn met zes (deels dezelfde) ziekenhuizen gemaakt op het gebied van thuismonitoring van COPD-patiënten, waarbij het gaat om 6.000 mensen. Voor MijnIBDCoach zijn voor 1.000 MDL-patiënten inmiddels afspraken gemaakt. “We zijn met veel meer ziekenhuizen in gesprek. Het is ook niet nodig om hiermee te wachten op de jaarlijkse inkooponderhandelingen. Dit soort zaken zijn op elk moment in te voeren.”

Verder zijn er diverse meerjarencontracten met ziekenhuizen, waaronder het Isala en het Spaarne Gasthuis. “Hiermee geef je ziekenhuizen ook meer zekerheid. Met sommige ziekenhuizen spreken we bijvoorbeeld af dat zij een vast bedrag krijgen voor bepaalde ziekenhuiszorg. Als ze in staat zijn om met behulp van thuismonitoring geld over te houden, dan kunnen zij dat tijdelijk elders weer in zorgverbetering investeren zodat we samen de beweging maken die nodig is.” 

Ook worden er afspraken gemaakt over het doorbetalen van vaste lasten, zodat ziekenhuizen bij krimp van de zorg in het ziekenhuis zelf niet meteen in de problemen komen. Zo wordt zorgtransitie gefaciliteerd.