Digitale roadmap voor de komende jaren Ambities VWS met e-health, ICT en privacy

do 18 februari 2021
Digitale roadmap voor de komende jaren Ambities VWS met e-health, ICT en privacy
eHealth
Premium

December 2020 was een drukke maand voor VWS op digitaal gebied. In vier Kamerbrieven werden de stand van zaken en ambities toegelicht voor: digitale gegevensuitwisseling, digitale zorg/e-health, beschermde toegang tot medische gegevens en de werking van de ICT-markt in de zorg. Elders in dit blad geven columnist Tim Postema en minister Tamara van Ark hun visie op het beleid dat in de Kamerbrieven uiteengezet wordt. In dit artikel geven we een puntsgewijs overzicht van deze beleidsplannen en ambities.

15 december: Open standaarden en ICT-markt in de zorg

Minister Tamara van Ark (Medische Zorg & Sport) wil een goed werkend informatiestelsel met uniforme afspraken voor interoperabiliteit, meer regie op open standaardisatie, een gelijk speelveld, zeggenschap van zorgverleners over zorgdata en aanpak van zwakke schakels in de infrastructuur. Dit moet leiden tot juiste zorginformatie op de juiste plek op het juiste moment: een belangrijke voorwaarde voor goede zorg.

Onder regie van VWS wordt nu gewerkt aan zorgbrede afspraken over standaardi-satie van de zorginformatievoorziening. Voor diverse aspecten van het informa-tiestelsel wordt gekozen uit relevante standaarden, om de interoperabiliteit van ICT-systemen en gegevensuitwisseling te verbeteren en te versnellen. Deze standaardisatie-afspraken moeten gebaseerd worden op (internationale) open standaarden en niet op bedrijfseigen of gesloten standaarden.

De gewenste openheid rust op vijf uitgangspunten:

Interoperabiliteit: open standaarden zijn een belangrijke voorwaarde voor interoperabiliteit en versnelde gegevensuitwisseling. Dit zorgt voor eenduidige koppeling tussen ICT-systemen, die de ICT-markt en innovatie stimuleert. Het geeft ICT-leveranciers helderheid over toegangseisen. Zij kunnen hun producten hierop (door)ontwikkelen en beter toegang krijgen tot de zorg ICT-markt; toetredingsbarrières nemen zo af. Dominante marktposities en monopolisering, vaak een hindernis voor interoperabiliteit, worden tegengegaan.

Zeggenschap en herbruikbaarheid data: zorgverleners moeten zeggenschap hebben over toegang tot zorggegevens, voor hergebruik in ICT-systemen naar hun keuze. Zo kan de kwaliteit van zorg verbeteren en kunnen administratieve lasten dalen. Denk aan hergebruik voor het overdragen en verwijzen van cliënten, netwerkzorg, beslissingsondersteuning en gepersonaliseerde zorg. Uiteraard met inachtneming van privacy en het beroepsgeheim.

Keuzevrijheid en betaalbaarheid: open standaarden dragen bij aan keuzevrijheid in de selectie van leveranciers en systemen en dus lagere kosten voor zorgaanbieders. Zij moeten hun verantwoordelijkheid voor een goede ICT-ondersteuning kunnen invullen en daartoe kunnen kiezen uit oplossingen, in de zekerheid dat de diverse functionaliteiten of systemen op elkaar aansluiten.

Transparante werking van systemen: open standaarden bevorderen transparantie over de werking van het informatiestelsel; cliënten en zorgverleners kunnen vertrouwen

op het stelsel omdat de werking ervan helder is. Zorgverleners kunnen zo de doorontwikkeling van technische oplossingen beter sturen, wat de kwaliteit ervan ten goede moet komen.

Decentraal, tenzij: Van Ark streeft naar een divers aanbod van decentrale (commerciële) technische oplossingen. Zo ontstaat keuzevrijheid en worden zwakke schakels in het informatiestelsel en in de infrastructuur (zoals één landelijke opslag van data) vermeden. Soms kan een centrale voorziening echter een betere oplossing zijn. De komende periode verkent Van Ark met het zorgveld en experts welke voorzieningen dit kunnen zijn.

De minister verdeelt haar aanpak onder in vijf thema’s (lees voor meer details dit artikel op ICT&health):

  1. Uniforme afspraken voor interoperabiliteit;
  2. Regie op open standaardisatie;
  3. Bevorderen van gelijk speelveld, innovatie en vraaggerichtheid;
  4. Zeggenschap en deblokkeren zorggegevens;
  5. Mitigeren van zwakke schakels in de infrastructuur.

14 december: Prioriteiten elektronische gegevensuitwisseling
resterende kabinetsperiode

In deze kamerbrief informeerde de minister de Tweede Kamer over haar plannen en acties met betrekking tot de voortgang van de digitalisering van de gezondheidszorg en de elektronische gegevensuitwisseling tussen zorgverleners. Dit laatste is essentieel voor het streven naar de juiste zorg op de juiste plek op het juiste moment met de juiste informatie. De komende maanden zijn dit de prioriteiten van de minister op het gebied van elektronische gegevensuitwisseling:

• Nog meer regie nemen om te komen tot versnelling van elektronische gegevensuitwisseling. Hierbij gaat de minister nader in op de uitvoering van de motie Van den Berg (CDA) /Kerstens (PvdA) (Kamerstuk 27529, nr. 222) die naar aanleiding van het algemeen overleg gegevensuitwisseling/ ICT/ E-health / slimme zorg/ administratieve lasten is aangenomen en die verzoekt om meer publieke regie en sturing op de landelijke ICT-infrastructuur en aanpalende voorzieningen.

• Onverminderd doorgaan met het beschikbaar krijgen van noodzakelijke gegevens voor de acute zorg.

• Prioriteit geven aan een toekomstbestendige beleidslijn ten aanzien van grondslagen voor het delen van gegevens tussen zorgverleners en het verlenen van toestemming door burgers.

Uiteindelijk is het streven van de minister dat bestaande gegevensuitwisselingen volledig elektronisch gaan plaatsvinden, waardoor de juiste informatie op de juiste plek beschikbaar is voor zorgverleners en daarnaast patiënten hun eigen gegevens digitaal kunnen inzien en beheren. Zowel tussen instellingen als binnen instellingen moet digitaal het nieuwe normaal worden.

Ook voor het leveren van acute zorg is het belangrijk dat essentiële medische gegevens snel opvraagbaar zijn. De COVID-19 crisis heeft dat nogmaals benadrukt. De tijdelijke zogenoemde Corona Opt-in gedoogmaatregel heeft aangetoond dat er een duurzame oplossing voor gegevensuitwisseling bij spoedzorg moet komen. Daarvoor is afgelopen oktober het programma Met Spoed Beschikbaar gestart.

Beter, sneller, simpeler
Er is een toenemende vraag van patiënten en medewerkers in de zorg om beter, simpeler en sneller medische gegevens te kunnen uitwisselen en inzien. Daarbij is er vanuit het zorgveld, de Tweede Kamer en de minister behoefte aan meer en stevigere regie door het kabinet. Naast stimulering van digitalisering is er ook veel werk verzet om tot een wetsvoorstel te komen dat elektronische gegevensuitwisseling verplicht stelt (Wegiz) en regelt dat zorgaanbieders eenduidig elektronische uitwisseling van gezondheidsgegevens toepassen. De minister streeft ernaar dit wetsvoorstel nog voor het verkiezingsreces aan de Tweede Kamer aan te bieden.

De minister maakt zich ook hard om vier van de prioritaire gegevensuitwisselingen, digitaal receptenverkeer, basisgegevensset zorg (BGZ), beelduitwisseling en verpleegkundige overdracht, uit te werken tot een AMvB waarin elektronische uitwisseling een wettelijke verplichting wordt. Op de lange termijn wil de minister de beschikbaarheid van infrastructuren en randvoorwaardelijke voorzieningen kan het elektronisch uitwisselen van gegevens versnellen.

De minister bekijkt ook of het wenselijk is om vanuit haar verantwoordelijkheid een aantal specifieke bestaande of nieuwe randvoorwaardelijke voorzieningen voor gegevensuitwisseling onder publieke sturing te brengen zodat deze landelijk door zorginstellingen en patiënten kunnen worden gebruikt.

Andere actiepunten zijn:

• Opheldering over de onduidelijkheid die bestaat over de bevoegdheid van de Autoriteit Persoonsgegevens om gedragscodes goed te keuren voor de wijze waarop een branche of sector omgaat met persoonsgegevens.
• De handelingsverlegenheid bij artsen voor het delen van informatie als mogelijk knelpunt in de zorgverlening.
• Het knelpunt met betrekking tot de totstandkoming van gegevensuitwisseling tussen verschillende zorgdomeinen.