Technologie is mooi, maar geen doel op zich. Het is een uitspraak van meerdere zorgverzekeraars in de vorige nummers van ICT&health. Petra van Holst, algemeen directeur van brancheorganisatie Zorgverzekeraars Nederland (ZN), kan dat slechts beamen. “Dat zie je ook terug in onze visie op de ontwikkeling van de zorg en de rol van zorgverzekeraars daarbinnen – Ambitie 2025. Je moet altijd de ‘waarom’ vraag stellen. Dus ook: waarom is technologie nodig?”
Natuurlijk heeft ZN als brancheorganisatie een eigen rol, die kort door de bocht neerkomt op het agenderen van gezamenlijke belangen van zorgverzekeraars onderling, het faciliteren van de uitwisseling van kennis en het uitdragen van gezamenlijke belangen richting andere stakeholders in de zorg – zoals de overheid, zorginstellingen en -professionals en patiënten.
Van Holst: “Ik denk dat het belangrijk is dat je met elkaar hetzelfde beeld hebt van waar je naartoe wilt. Toen ik hier kwam werken, ben ik vrij snel met mensen binnen de organisatie, van leden en van andere stakeholders in de zorg gaan bouwen aan een visie waarin we ons allemaal kunnen vinden.”
Terug naar de basis is daarbij belangrijk, meent Van Holst. “Als je niet weet wat je bindt, kun je ook nooit samen tot mooie dingen komen. Je moet eerst bedenken waar je samen voor staan en vandaan komt, voordat je kijkt waar je samen heen gaat. Ambitie 2025 is daaruit voortgekomen als leidraad. Waar komen we vandaan, wat willen we. Je moet een aantal collectieve standpunten hebben om je verhaal sterker te maken.”
Kleuring geeft diversiteit
Er is, benadrukt Van Holst, een aantal zaken die zorgverzekeraars vooral zelf moeten doen. De ‘kleuring’ noemt ze dat, van waaruit men de klanten bedient. Dat geeft diversiteit, dat leidt tot experimenteren waarmee je uiteindelijk tot een verbetering van de zorg komt. “Daarnaast zijn er overkoepelende zaken. Die moet je samen oppakken.”
Een mooi voorbeeld noemt Van Holst het werken aan de onderliggende ICT-infrastructuur voor de zorgsector, waarbij VNO-NCW samen met een reeks partijen tot het Manifest ‘Samen Vooruit gekomen is (zie ook ICT&health 2, interview met VNO-NCW-secretaris Anthony Stigter; ICT&health3, interview met directeur KPN health Kees Donkervoort).
“Dan laat je zien dat je het samen belangrijk vindt om tot open standaarden te komen. Zodat zorgaanbieders ongeacht het systeem goed gegevens uit kunnen wisselen en kunnen communiceren. Dan hoef je als bijvoorbeeld huisarts niet weer een nieuw stuk software te kopen om met een bepaald systeem te kunnen ‘praten’.”
Keuzes maken is nodig
Van Holst onderstreept ook dat het nodig is om keuzes te maken – een onderwerp waar ze nog enkele malen op terug zal komen. “We moeten kijken naar wat we echt belangrijk vinden en daar de focus op leggen. Een open ICT-infrastructuur en ook toegang tot acute zorg vallen daar onder.”
In aanvulling daarop schetst Van Holst de discussie tijdens een bijeenkomst van branche- en beroepsverenigingen voorafgaand aan het interview. Daarbij kwamen kansen en uitdagingen van kunstmatige intelligentie (AI) naar voren. “Aan de basis van de inzet van AI liggen keuzes. Wat ga je een machine leren, op basis waarvan gaat een algoritme keuzes maken. Welke waardes geef je mee? Die zijn in Nederland anders dan in China.”
Eigen waarden meewegen
In het kader van de Ambitie 2025 is ook een waardenkaart gecreëerd. Van Holst: “Die geeft aan, afhankelijk van welke speler je bent in het zorgveld, welke waarden voor jou belangrijk zijn. Elke speler in het zorgveld heeft naast gemeenschappelijke waarden ook eigen waarden en daarmee drijfveren. In gesprekken die we als zorgverzekeraars voeren, of het nou met een zorgaanbieder is of een patiënt, moeten we die eigen waarden laten meewegen.”
Nu is het vaak zo dat men in eigen standpunten blijft steken, ziet Van Holst: ‘Ik vind dit’. Het is nodig om te weten waarom iemand dat belangrijk vindt. “Het is mijn ervaring - daarom hebben we ook die waardenkaart gemaakt - dat als je dat afpelt tot de basis, je bij een patiënt bijvoorbeeld ziet dat ze eigen regie en betrouwbaarheid van de zorgaanbieder belangrijk vinden. Zorgaanbieders vinden professionele autonomie weer belangrijk. Zorgverzekeraars zitten juist heel erg op kwaliteit en toegankelijkheid. Die uiteenlopende waarden moet je eerst kennen om tot gemeenschappelijkheid te komen.”
Je moet eerst elkaars waarden kennen om tot gemeenschappelijkheid te komen
Overheden en toezichthouders kijken vanuit wet- en regelgeving. Belemmert dat niet kwaliteit zoals zorgverzekeraars die willen bereiken?
“Ik denk dat ons zorgstelsel nog veel kansen biedt om de zorg beter te maken. We moeten echter ook scherp met elkaar hebben waar nog zaken aangepast moeten worden om innovatie echt tot stand te laten komen. Onze opdracht als ZN is om aan te geven bij VWS, NZa of welke stakeholder dan ook, waar we nog belemmeringen zien die voortgang voor zorgverzekeraars en daarmee verzekerden tegenhouden. En de druk om innovatie, al dan niet technologisch, meer ruimte te bieden is groot. Denk alleen al aan de impact die het kan hebben op het grote probleem van het personeelstekort.”
“Het voordeel van een dergelijke druk is dat je ook meer gaat innoveren. Je moet wel tot andere oplossingen te komen wanneer de instroom stopt omdat de mensen er niet meer zijn. Dat jaagt innovatie aan. Dat betekent ook dat we scherp in beeld moeten hebben waar beperkingen liggen die we op moeten lossen, om zo innovatie te versnellen. Dat is een gezamenlijke verantwoordelijkheid, niet alleen van zorgverzekeraars.”
Je moet dus samen zoeken naar de rem?
“Soms zit de rem ook niet waar je denkt dat hij zit. We moeten ons huiswerk op orde hebben om te kunnen zien wat er binnen de huidige setting kan.”
Niet innoveren om het innoveren dus.
“Inderdaad. Een paar dingen zijn daarbij belangrijk. In Ambitie 2025 stellen we onder meer dat we altijd eerst denken vanuit de verzekerde of vanuit de patiënt. Overigens is niet elke verzekerde een patiënt. Dat is al een eerste dilemma. Een verzekerde wil een zo laag mogelijke premie. Iemand die ziek is of waarvan het kind ziek is, wil dat alles uit de kast gehaald wordt om die ziekte aan te pakken. Ook als het gaat om een behandeling die één miljoen euro kost.”
“Een volgende stap is om de zorgvraag en het zorgaanbod goed in beeld te brengen, het liefst regionaal. In de ene regio ontstaat een huisartsentekort, de andere regio heeft meer last van vergrijzing. Zo kun je kijken naar wat er nu en voor onze kinderen en kleinkinderen nodig is om per regio balans te brengen in vraag en aanbod. Een probleem kan zijn dat we onvoldoende arbeidskrachten hebben in bepaalde regio’s. Hoe gaan we dat oplossen? Technologische innovatie is één van de assen waarlangs je oplossingen moet zoeken, maar wel vanuit de problemen per regio bekeken.”
Zoals een pilot voor een Stoppen met roken- app die in elke deelnemende gemeente anders uitgerold wordt?
“Niet alleen dat. Bij onder meer de overheid zie je dat grootschalige ICT-projecten vaak mislukken. Alles dat je groot aanpakt, lijkt bijna gedoemd te mislukken. Ik pleit er voor om kleinschalig te beginnen. Bij zorgverzekeraars zie je daarin dan ook weer hun eigen kleuring terugkomen. Denk aan Hartwacht van Zilveren Kruis als één van de vele goede voorbeelden. Klein begonnen, tot je op een punt komt dat duidelijk is dat het werkt – minder ziekenhuisopnames, minder ambulancevervoer. Dan kun je kijken naar de volgende stap: hoe bouw je het uit. ”