Een groeiend aantal mensen is werkzaam op het snijvlak van zorg en ICT. Dit kunnen functioneel beheerders zijn, maar ook adviseurs bij innovaties. Of ze noemen zich bijvoorbeeld zorginformaticus. Door de vraag naar deze snijvlakprofessionals is er een groeiend aanbod aan scholing op dit gebied, zoals de opleiding Zorginformatica, en de tweejarige master (Advanced) Health Informatics (Practice). Goed opgeleide mensen op dit snijvlak spelen een grote rol bij zorginnovaties. Maar wat houdt die rol precies in, is er wel een goede functiebenaming voor deze mensen en hoe dragen zij bij aan succes en vernieuwing? De master Advanced Health Informatics Practice (AHIP)¹ verzorgde hierover een gesprek met een vijftal alumni en organiseerde op donderdag 10 februari 2022 een webinar over dit onderwerp.²
Studiogasten tijdens het webinar ‘De rol van de Zorginformaticus bij Zorginnovaties’, dat tijdens de Slimme Zorg Estafette³ werd georganiseerd, waren: Niels Schram, functioneel beheerder bij het Jeroen Bosch Ziekenhuis; Roxanne van Zanden, implementatiecoördinator bij Amsterdam UMC; Lisette Schoenmaker, adviseur zorgtechnologie en ICT bij IJsselheem (VVT-organisatie); Irene Kos, Systeemanalist / Information Security Officer bij Heliomare (revalidatiezorg). Margriet Hensen, informatie-adviseur voor de zorg bij Daelzicht (zorg voor verstandelijk gehandicapten) was als online studiogast aanwezig. Ybranda Koster, docent bij de masteropleiding AHIP van hogeschool Inholland, fungeerde als gespreksleider tijdens het webinar. Zorginformaticus als functie “Ik heb gezocht op het internet, en ik denk dat de functie zorginformaticus als zodanig nog niet zozeer bestaat”, aldus Schram, “maar dat je wel de rol van zorginformaticus kunt hebben. Dat kan in verschillende beroepen en functies. Het is meer een veel omvattende rol waarbij je bepaalde taken en competenties moet hebben, zodat je als zorginformaticus kunt fungeren. Tijdens de opleiding heb ik verschillende competenties ontwikkeld, mij eigen gemaakt, die ik nog steeds in de dagelijkse praktijk kan toepassen. Dus ik voel ik me wel zorginformaticus, al is mijn officiële functie die van functioneel beheerder." Van Zanden reageert: “De kern van hoe ik de rol van zorginformaticus zie is dat je zowel aan de zorgkant als aan de ICT-kant kunt uitleggen wat de ander wil en waarom. Tijdens de master AHIP heb ik een aantal keren gedacht: ‘Nu snap ik waarom het ICT-technisch niet mogelijk was om bepaalde dingen te doen binnen de zorg zoals ik het als verpleegkundige had willen hebben.’ Dit heeft me geholpen in de gesprekken met verpleegkundigen en artsen, omdat ik nu kan uitleggen wat de reden is dat iets technisch op een bepaalde manier is ingericht. En medewerkers in de zorg willen dat je ook hun kant begrijpt. Er is iemand nodig die beide kanten overziet, anders ontstaat er heel veel miscommunicatie en zullen implementaties van innovaties snel mislukken.” Taken zorginformaticus Een vraag vanuit de deelnemers aan het webinar is wat de taken van een zorginformaticus zijn, en wat je als zorginformaticus moet kunnen. Kos geeft aan dat het in de rol van zorginformaticus het belangrijkste is om de domeinen van zorg en ICT bij elkaar te kunnen brengen en de vertaalslag te kunnen maken. Koster vraagt: “Jij werkt nu als systeemanalist, onder andere, hoe hou jij die connectie naar het werkveld?” Kos reageert dan: “Door mezelf zoveel mogelijk te laten zien op de werkvloer. Het helpt om regelmatig je kantoor te verlaten en de afdeling op te gaan.” Schoenmaker zegt in vervolg hierop: “Wanneer ik bijvoorbeeld de vraag krijg van een medewerker, of ik iets weet voor een cliënt die gaat dwalen, dan zijn er heel veel toepassingen die je daarvoor in kunt zetten. Het is alleen de vraag, wat precies het probleem is. Wil je de cliënt weer terugvinden op het moment dat deze kwijt is, of wil je weten dát de cliënt gaat dwalen, zodat je dat kunt voorkomen? Dus het is belangrijk eerst in gesprek te gaan om de vraag helder te krijgen, en pas daarna te kijken naar verschillende oplossingen. Heb je een oplossing gevonden, dan kun je het uitleggen, mensen instrueren en ook meekijken of een oplossing daadwerkelijk het probleem verhelpt.” Schram stelt dan: “De oplossing voor een probleem wordt ook wel eens al aangedragen. Dan is de focus vanuit de werkvloer dat ze die specifieke oplossing of toepassing willen hebben, en vragen ze of ik daarvoor kan zorgen. Dan is het ook je taak om te kijken naar het geheel. Past iets binnen het beleid van de organisatie bijvoorbeeld, wat voor voordeel levert iets op, is het de beste oplossing voor het probleem en is het werkbaar en haalbaar voor iedereen.” Spanningsveld De zorginformaticus blijkt soms in de rol van opdrachtgever, en soms in de rol van opdrachtnemer te zitten. Dat kan met elkaar conflicteren, ziet Koster: “Het kan gebeuren dat je een opdracht krijgt van een opdrachtgever, of van je werkgever of leidinggevende, terwijl je vindt dat het niet de juiste opdracht is. Hoe ga je dan om met dat spanningsveld?” Studiogasten tijdens het webinar ‘De rol van de Zorginformaticus bij Zorginnovaties’. “Het gebeurt inderdaad wel eens dat een opdracht niet uitgevoerd kan worden zoals gevraagd”, merkt Hensen op. “Dan kijk ik hoe ik daarin kan bemiddelen. Daarnaast moet je ook niet altijd alles alleen willen oplossen. Ik breng ook wel eens mensen, bijvoorbeeld een opdrachtgever en een opdrachtnemer, samen aan tafel. Maar wanneer ik een opdracht krijg waar ik niet achter kan staan, of die niet uitvoerbaar is, ben ik wel zo eerlijk dat ik dat aangeef.” Kos denkt dat dit ook de kracht is van de zorginformaticus. “Je handelt niet op onderbuikgevoel of op aannames, maar je gaat onderzoeken wie de stakeholders zijn, en wie er op een andere manier bij betrokken is. Je onderzoekt wat iets oplevert en wat er op de markt is. Je bent opgeleid om met een hele brede blik te kijken en dan kun je met een goede onderbouwing weer teruggaan naar het management, of naar de zorgverleners.” Zorginformaticus als probleemoplosser De zorginformaticus bevindt zich op het snijvlak van zorg en ICT, maar is de zorginformaticus ook degene die alle problemen op dit snijvlak op zou moeten lossen? Ook dit wordt besproken met de studiogasten. Kos: “Wanneer bij ons de termen Zorg en ICT in één zin vallen, kloppen ze wel vaak bij mij aan. Maar het is natuurlijk niet mijn taak om alle problemen op te lossen. Het is wel zo dat de zorginformaticus in staat is om te signaleren waar het probleem ligt en te zien waar de mogelijke oplossing vandaan kan komen.” Van Zanden meent dat het juist de kracht moet zijn van een zorginformaticus om het grote plaatje te zien, zodat je weet dat wanneer de ene oplossing niet werkt, je in de andere hoek moet kijken. En te weten bij welke mensen je moet zijn om te zorgen dat iets wordt opgelost. “Je hoeft niet persé alles zelf te weten of te kunnen, maar je moet wel weten hoe het grotere plaatje in elkaar zit zodat je kunt analyseren waar het fout gaat. En in welke richting je de oplossing moet zoeken. Waarbij soms juist iemand anders het probleem verhelpt.” Schram stelt tot slot: “Wanneer mogelijk, is het zelfs prettiger als de oplossing vanuit de operationele werkvloer wordt bedacht. Dit vergroot de draagkracht en dus acceptatie van de aanpassing of oplossing.” CV Connie te Grotenhuis verzorgt Communicatie en PR bij de masteropleiding Advanced Health Informatics Practice van hogeschool Inholland Amsterdam/Diemen.