Website scoort e-health awareness bij het grote publiek

wo 14 december 2016
Website scoort e-health awareness bij het grote publiek
Apps

E-health wordt steeds belangrijker in het gezondheidsbeleid. Minister Schippers heeft een drietal e-health-ambities geformuleerd die in 2019 gerealiseerd moeten zijn. In samenwerking met NIVEL brengt Nictiz jaarlijks de ehealthmonitor uit, die het gebruik en de beschikbaarheid van e-health-applicaties en –diensten meet onder verschillende groepen zorggebruikers en zorgverleners. Sinds kort is er een website live gegaan voor het grote publiek (www.ehealth-monitor.nl). Mensen zonder specifieke binding met de zorg of e-health kunnen met een zelftest onderzoeken hoe het met hun ‘e-health awareness’ is gesteld.

Johan Krijgsman leidt het team bij Nictiz dat zich bezighoudt met de ontwikkelingen rondom e-health en is eindverantwoordelijk voor de e-health-monitor en de nieuwe website. Hij vertelt: “Deze website is bedoeld om de informatie uit de e-health-monitor breed te verspreiden. We willen mensen bewust maken welke online mogelijkheden er zijn in de zorg. De e-health-monitor wijst namelijk uit dat veel handige, online toepassingen nauwelijks bekend zijn.” Als dat al geldt voor zorggebruikers en zorgprofessionals, hoe is dat dan voor het grote publiek? Drie willekeurig uitgekozen vrouwen vertellen hieronder kort iets over hun ideeën en wensen ten aanzien van e-health. Bovendien vulden ze zes vragen in waarin ze hun kennis over en gebruik van e-health-mogelijkheden konden scoren en vergelijken met de uitkomsten uit de e-health-monitor. De scores van de deelnemers uit de ehealthmonitor 2016 staan ter vergelijking tussen haakjes. Simone konings, Momentum Training en Coaching “De bomen en het bos” Simone (53) houdt zich onder meer bezig met gedrag waarmee mensen zichzelf verdoven, zoals roken, drinken, snoepen en te hard werken. Haar belangstelling gaat uit naar apps die dit soort gewoontegedrag meten. Daarmee kun je iemand daarvan bewust maken en langs die weg werken aan een gedragsverandering. Ze is niet erg onder de indruk van de apps van dit moment: “Er zijn wel tweehonderd apps voor stoppen met roken. Maar welke is echt goed? Ik zie door de bomen het bos niet. Verder vind ik de meeste apps nog veel te ingewikkeld en heb ik geen zin in dat eindeloze registreren en aanmelden. Pas als alles op elkaar afgestemd is, met één wachtwoord werkt en het echt goed doet, ga ik er vast vaker mee werken.” Ze haalt regelmatig online gezondheidsinformatie op om te kijken of ze ergens mee naar de dokter moet (37%) en heeft wel eens geprobeerd online een afspraak te maken met de huisarts . Dat laatste lukte niet omdat zijn tool wel de beschikbaarheid toonde, maar niet de mogelijkheid bood om een afspraak te maken (5%). Ze bewaart gezondheidsinformatie in een map, doos, kast of la (32%) en houdt geen gegevens bij over doktersbezoek of behandelingen via internet of een app. Ze heeft geen behoefte aan online herhaalrecepten bestellen (20%): “Bellen gaat net zo makkelijk.” Ze weet niet of ze online inzage kan krijgen in haar medische gegevens bij de huisarts (67%). Anoek van Vlaardingen, projectmanager TU Delft “Online medisch dossier lijkt me ideaal” Anoek (31) is projectmanager sport en technologie en is gewend om met allerlei mobiele applicaties te werken. “Bij e-health denk ik aan de mogelijkheid om online zorggegevens in te zien, van huisarts tot tandarts. Nu zijn mijn gegevens nog ondergebracht bij verschillende zorgverleners en krijg je dus een versnipperd beeld. Het lijkt mij ideaal als er een centrale plek komt waar je online afspraken kunt maken en reminders ontvangt, uitslagen kunt zien, en inzicht kunt krijgen in je eigen medische gegevens. Dat past erg bij een samenleving waarin online een gegeven is. Ik begrijp best dat er weerstand is tegen online inzage en uitwisseling van gegevens, maar ja, dat is net als met de ov-chipkaart. Daar hadden de mensen eerst ook geen zin in en nu is iedereen eraan gewend.” Ook Anoek heeft het afgelopen jaar wel eens online informatie opgezocht om te kijken of ze met een bepaald probleem naar de huisarts zou moeten gaan (37%). Ze heeft nooit online een afspraak gemaakt (84%). “Ze hebben die optie nooit aangeboden.” Informatie over haar eigen gezondheid bewaart ze in een map (32%). Ze ziet zichzelf geen gegevens over doktersbezoek en/of behandelingen online bijhouden: “Ik wil het misschien wel, maar zou ik het ook echt doen?” Ze heeft geen behoefte aan online herhaalrecepten bestellen (20%). Haar huisarts biedt geen online inzage over haar medische gegevens (28%), terwijl ze dat best zou willen. Gonny de Jonge, gepensioneerd bibliotheekmedewerkster “Liever persoonlijk contact” Gonny de Jonge (80) is naar eigen zeggen ‘niet zo elektronisch ingesteld’. Maar tot voor kort diende ze zelf haar belastingaangifte digitaal in. En internet zou ze ‘voor geen goud willen missen’. Ze gebruikt het vooral voor mailen en googelen. Maar niet over haar gezondheid, zegt ze: “Als je gaat zoeken, kun je zo veel vinden. En er is zo veel dat je als oudere niet wil weten. Ik vind dat gewoon verontrustend.” Daarmee heeft ze dezelfde score als 19% van de deelnemers aan de e-health-monitor die ook niets online over hun gezondheid willen opzoeken. Over online diensten heeft Gonny ook een uitgesproken mening: “Ik sta er niet afwijzend tegenover hoor, maar als het niet hoeft, doe ik het liever niet. Ik heb liever persoonlijk contact. Ik loop wel even langs om een afspraak te maken of iets op te halen.” (ehealthmonitor: 84% van de deelnemers heeft nooit geprobeerd om online af te spreken en 20% voelt er niets voor om online herhaalrecepten te bestellen.) Ze heeft de huisarts wel toestemming gegeven om haar gegevens elektronisch te delen met andere zorgverleners. “Dat is hun wereld, daar vertrouw ik op. Vroeger liepen mijn man en ik met briefjes rond in onze tas voor als er problemen kwamen. Zo’n elektronisch dossier, daar ben ik voor. Maar ik hoef echt geen inzage en ik ga mijn medische gegevens ook niet bijhouden. Ik kom nu al tijd te kort.” (ehealthmonitor: van de deelnemers weet 67% niet of ze hun dossier online kunnen inzien en 39% wil eigen medische gegevens niet zelf bijhouden.) Een wereld te winnen Johan Krijgsman ziet een aantal aanbevelingen uit de ehealthmonitor bevestigd worden: “Dat de mogelijkheid er kan zijn om online een afspraak te maken, recepten te bestellen of je medische gegevens in te zien, is niet algemeen bekend. Huisartsen zouden hun patiënten hier standaard over moeten inlichten.” Bovendien blijft gebruikersgemak een punt van aandacht, want de geïnterviewdevrouwen vinden e-health-applicaties niet direct handig in het gebruik. “Het kost zo veel tijd”(Gonny); er is een wildgroei aan applicaties en de terugkerende registratie- en inlogprocedures zijn irritant (Simone). De website is bedoeld om mensen bewuster te maken van het groeiende aantal praktische e-health-mogelijkheden. Johan Krijgsman: “Want daar kan iedereen – zorggebruiker én zorgprofessional – uiteindelijk zijn voordeel mee doen.”