In elk nummer van ICT&Health staan nieuwe technologieën die de zorg beter kunnen maken zodat patiënten beter geholpen kunnen worden. Maar om optimaal van nieuwe technologie in de zorg te kunnen profiteren, moeten patiënten wel voldoende digitaal vaardig zijn. Vaak is dat zo. Een deel van de nieuwe generatie ouderen is handiger met computers dan de zorgverlener die hij tegenkomt. Deze zorgvrager heeft dan ook digitale verwachtingen van de zorg. ‘Als ik over mijn hypotheek met de bank kan mailen, waarom dan niet over de bloedwaarde van een onderzoek met mijn arts?’ ‘Als ik met mijn oma in Australië kan skypen, waarom dan niet met de dokter uit het ziekenhuis 100 kilometer verderop?’ ‘En waar kan ik eigenlijk makkelijk vooraf zien hoeveel ik kwijt ben aan mijn behandeling, dat kan ik bij andere diensten toch ook?
Maar er is ook nog een te grote groep zorgvragers die niet digitaal vaardig is: 1 op de 10 Nederlanders (16 tot 65 jaar) heeft weinig tot geen ervaring met computers. Onder 55-plussers is dat 20 procent (Ministerie OCW 2018). Ook mensen met een lagere sociaaleconomische status zijn hier oververtegenwoordigd. Ouderen en mensen met een lagere sociaaleconomische status zijn ook precies de groepen die meer zorg nodig hebben. Willen we de kloof die er toch al is tussen de gezondheid van hoog- en laagopgeleiden niet nog eens verdiepen door een digitale kloof, dan is er werk aan de winkel.
Iedereen voldoende digitaal vaardig
De coalitie Digivaardig in de zorg heeft, naast de focus op de zorgverlener, al jaren een werkgroep patiënt. Daarnaast zien we dat vanuit het Ministerie van Binnenlandse Zaken de Alliantie Digitaal Samenleven is opgestart, met als doel iedereen in Nederland voldoende digivaardig krijgen. Dat kan niet alleen bereikt worden door mensen digitale vaardigheden bij te leren, maar ook door de technologie gebruiksvriendelijker te maken, zowel qua functie als qua taal.