De Kennisbank Digitale Zorg van Vilans is een centraal platform voor kennisuitwisseling over digitale zorg. Zorgaanbieders kunnen hier alle informatie op dit gebied vinden. Ze hoeven dus niet zelf het wiel uit te vinden als ze hun zorgprocessen willen ondersteunen met zorgtechnologie. De Kennisbank biedt heel veel praktijkervaring van andere zorgorganisaties waarvan ze kunnen leren, evenals uitgebreide onderzoeken, implementatietips en toolkits. Niet alleen onderzoeken van Vilans bovendien, maar ook van andere partijen. Bijvoorbeeld van een breed aantal hogescholen, die op dit gebied steeds meer samenwerken in het lectorenplatform PIT.
“Al direct bij de start van Anders Werken in de Zorg (AWIZ)1, nu een jaar of zes geleden, hebben wij samenwerking gezocht met Vilans”, vertelt landelijk programmamanager Natascha van Riet. “We zijn de opdrachtgever voor veel onderzoek naar innovaties en technologieën die de zorg kunnen ondersteunen. Zowel met Vilans als met andere partijen – denk aan hogescholen. Als organisaties op basis van goed onderzoek weten dat de meerwaarde van een innovatie voldoende is aangetoond, hoeven ze dat onderzoek zelf niet meer te doen. Het is dan duidelijk dat er geen technische fouten meer zijn en dat het goed aansluit op de praktijk. En dat er een duidelijke businesscase is.”
”We krijgen bij AWIZ regelmatig vragen van zorgorganisaties over technologieën”, vervolgt Van Riet. “Ik verwijs ze dan altijd naar de Kennisbank digitale zorg. Daar kunnen ze alles vinden. Precies daarom vinden we het bij AWIZ belangrijk dat de resultaten van de onderzoeken goed vindbaar zijn. De Kennisbank is daarvoor de ideale plaats, want daar wordt alle kennis op dit gebied bij elkaar gebracht. Niet alleen van ons, maar ook van andere partijen.”
Waardebepalend onderzoek
Van een van die andere partijen is AWIZ ook zelf een van de initiatiefnemers: het Consortium Waardebepaling. Dit is een samenwerking van partijen die onafhankelijk, praktijkgericht waardebepalend onderzoek uitvoeren naar de inzet van technologische hulpmiddelen in de zorg. Andere partijen hierin zijn het Lectorenplatform PIT, Vilans, Digizo, het National eHealth Living Lab en TZA.
“Als je onderzoek naar de inzet van zorgtechnologie meer uniform doet, telt het bewijs sneller op”, zegt Job van ’t Veer. Hij is lector digitale zorg en welzijn aan NHL Stenden Hogeschool. “Ook wij maken al jarenlang gebruik van het kennisplatform. Om zelf te raadplegen en steeds meer om uitkomsten van onderzoek te delen. Dat helpt om technologie op een bewuste manier in de praktijk te brengen. Binnen een zorgorganisatie kunnen ze dan met vertrouwen zeggen: ‘Deze innovatie durven we nu aan’. Het is een praktijkgericht hulpmiddel om zorgtechnologie gericht in de praktijk te brengen.”
Over alles publiceren
“De kennisbank is een waardevol podium om zorgtechnologie die zich heeft bewezen onder de aandacht te brengen”, zegt Van ‘t Veer. Maar hij vindt het belangrijk om ook op de Kennisbank aan te geven dat de meerwaarde van een technologie misschien nog niet heel overtuigend is aangetoond. “Vanuit het Consortium Waardebepaling is recent onderzoek gedaan naar de praktische waarde van spraakgestuurd rapporteren. De conclusie is dat het bestaande bewijs hiervoor zeker nog niet sluitend genoemd mag worden, ondanks dat de technologie natuurlijk veelbelovend is. Maar ons gecoördineerd en uniform onderzoek ernaar is dan juist een goede basis voor een vervolgstap.”
"We moeten echt voorkomen dat iedereen voor zichzelf bezig gaat"
Ook Van Riet vindt het publiceren van dergelijke uitkomsten op de Kennisbank belangrijk. En ook zij heeft zo’n voorbeeld. “Veel zorgorganisaties willen weten of de heupairbag ook extramuraal inzetbaar is. Dus is het handig als je die onderzoeksvraag kunt bundelen en het resultaat kunt publiceren op de Kennisbank. En daarbij ook naar de harde en zachten baten en kosten te kijken. ‘Zo blijkt bij de heupairbag, dat deze voor zorgorganisaties intramuraal op dit moment nog makkelijker in te zetten is dan extramuraal’, zeggen we dan dus eerlijk.”
Zorgtechnologie in zorgonderwijs
Van ’t Veer is in zijn werk onder andere betrokken bij de hbo-opleiding verpleegkunde en de master Health Innovation. “We onderzoeken hoe we zorgtechnologie voor deze studenten een vaste plaats kunnen geven in het curriculum”, vertelt hij. “We vinden dat het gewoon een onderdeel moet worden van het verpleegkundig redeneerproces. Ook hierbij is de Kennisbank een ideaal hulpmiddel. De studenten kunnen het gebruiken om zich te oriënteren op de bestaande zorgtechnologie. Het is een makkelijke manier om ze te wijzen op wat er al is. En daarvan kunnen ze dan gebruikmaken in een praktijksituatie tijdens een stage of in een casus.”
Het komt best vaak voor dat ze in een stage in de ouderenzorg of wijkzorg met zorgtechnologie te maken krijgen. “Het wordt dus steeds normaler voor ze”, vervolgt Van ‘t Veer. “Ze krijgen het al meer in de vingers dan sommige docenten. Ook die moeten we meekrijgen in de gedachte dat zorgtechnologie gewoon zorg is. De Kennisbank maakt dat makkelijker. Het uitgangspunt daarvan is dat het niet om de technologie gaat, maar om de plaats die deze in het zorgproces kan krijgen. Dat maakt ze er enthousiast voor. En dat helpt in ons streven om zorgtechnologie een normaal onderdeel van het curriculum te maken.”
Implementatietoolkits
Ouderenzorgorganisaties willen bewezen zorgtechnologieën graag versneld implementeren. “Voor een aantal van die technologieën zijn inmiddels implementatietoolkits ontwikkeld door verschillende partijen, waaronder Vilans”, vertelt Van Riet. “Ook de informatie daarover wordt weer gedeeld op de Kennisbank. Voor zorgorganisaties die zo’n technologie willen gaan inzetten, is het erg handig dat ze dat ook allemaal op de Kennisbank kunnen vinden”
Ook Van ’t Veer heeft – op initiatief van Zorgvernieuwing in versnelling (Jolanda van Til, Deltion college) en samen met collega Carien Kleibeuker (onderzoeker zorginnovatie bij NHL Stenden Hogeschool) – werk gemaakt van een implementatietoolkit. “Onze implementatietool is gericht op het inzetten van zorgtechnologie in het zorgonderwijs”, legt hij uit. “In deze tool verwijzen we docenten naar de Kennisbank. Zo helpen we hen om zorgtechnologie in het onderwijs een vaste plek te geven. De tool komt binnenkort uit.”
Wensen voor toekomst
Beiden getuigen van de grote praktische waarde van de Kennisbank Digitale Zorg. “Wij zetten nieuwsberichten op onze website, maar linken door naar de Kennisbank voor alle rapporten”, zegt Van Riet. “De Kennisbank is dé plek waar alle onafhankelijke informatie over digitale zorg bij elkaar wordt gebracht. Het enige verbeterpunt dat ik kan bedenken, is dat er altijd nog meer op kan. Ook van andere partijen, want er zijn er meer die relevant en betrouwbaar onderzoek doen op dit gebied. We moeten echt voorkomen dat iedereen voor zichzelf bezig gaat. Dan wordt dubbel werk gedaan. Dit vraagt ook tijd van de medewerkers in de zorg die betrokken worden bij het onderzoek. En hun tijd is beperkt.”
Van ’t Veer ziet ook nog een optie voor de toekomst. “We stimuleren hogescholen om in de zorgopleidingen aandacht te besteden aan zorgtechnologie”, vertelt hij. “Ik zou graag zien dat de Kennisbank informatie biedt over welke opleidingen hier ook al werk van maken. Dat zou helpen om de aandacht ervoor nog verder te vergroten. Verder is het ook belangrijk om een goede verbinding te houden met Digizo.”
Bekijk zelf de Kennisbank van Vilans
De kennisbank geeft informatie over welke technologieën zorgprocessen kunnen ondersteunen. Met informatie over doelgroep, zachte en harde kosten en baten, financiering, wet- en regelgeving, implementatie, onderzoeken en praktijkervaring. Ook nodigt Vilans je uit onderzoeken op dit platform te delen. De informatie wordt ook op diverse andere website van Vilans gedeeld.
Bekijk hier de Kennisbank: link
CV
Natascha van Riet is landelijk programmamanager van Anders Werken in de Zorg (AWIZ).
Job van ’t Veer is lector digitale zorg en welzijn aan NHL Stenden Hogeschool.
Referenties
1. Link