Begin 2016 was 84% van de ziekenhuizen aangesloten op het Landelijk Schakelpunt (LSP). Via het LSP zijn medische gegevens voor zorgaanbieders altijd beschikbaar.
Elektronische gegevensuitwisseling via het Landelijk Schakelpunt vindt plaats tussen apotheken onderling en met huisartsen, huisartsposten en ziekenhuizen. Onder meer medicatiegegevens en gegevens over intoleranties, contra-indicaties en allergieën worden uitgewisseld. Tussen huisartsen en huisartsposten vindt uitwisseling plaats rond de huisartszorg. Dit meldt de Nederlandse Vereniging voor Ziekenhuizen (NVZ).Erwin van Malland, extern projectbegeleider voor de NVZ, deed navraag bij zes zorginstellingen over hun ervaringen met het LSP. Deze ziekenhuizen laten zien dat een projectmatige aanpak bijdraagt aan een succesvolle LSP-aansluiting.
Landelijk en regionaal
Het LSP werkt landelijk maar kent regionale schotten. Ten opzicht van het werken via OZIS betekent uitwisseling via het LSP volgens de ziekenhuizen een vooruitgang wat betreft actualiteit, veiligheid én kwaliteit. Tevens zijn in veel regio’s voor de ziekenhuizen de regioschotten logischer ingedeeld voor een groter en juister LSP-bereik. Voor volledigheid blijft het LSP afhankelijk van de toestemmingen die een patiënt geeft.Ziekenhuizen die nog niet zijn aangesloten op het LSP zijn óf aan het fuseren óf bezig met het implementeren van een nieuw ziekenhuisinformatiesysteem (ZIS). Het is daarom niet een vraag óf deze ziekenhuizen aansluiten maar wanneer. Nu zijn 76 ziekenhuizen aangesloten op het LSP en 3 volgen binnenkort.
Projectmatige aanpak is succesvol
De door van Malland bezochte zes ziekenhuizen hebben de aansluiting op het LSP als een project benaderd. Dit blijkt echt nodig, want de hele keten moet correct op elkaar zijn afgestemd: de lokale ICT-inrichting van het ziekenhuis, de Zorg Service Provider (ZSP, beveiligde communicatielijnen voor medische gegevens) en de centrale verwijsindex van het LSP. Door een goede voorbereiding, goede afstemming en communicatie met leveranciers en VZVZ, is de aansluiting goed verlopen. (VZVZ: Zorgaanbieders voor Zorgcommunicatie.)Bij een aansluiting op het LSP zijn verschillende partijen betrokken: de afdeling ICT, de ziekenhuisapotheek, de openbare apotheken en soms de medische staf. Onderwerpen die bij een aansluiting op het LSP aandacht vragen zijn:
- de toestemming die de patiënt geeft voor de uitwisseling van zijn gegevens;
- het beheer van de aansluiting op het LSP;
- de UZI-passen die toegang verlenen tot het LSP.
Wensen
De ziekenhuizen hebben zeker nog wensen, zo meldt Van Malland. Deze technische punten raken de efficiency waarmee het LSP wordt gebruikt. Softwareleveranciers en VZVZ kennen ze en bespreken samen mogelijke oplossingen.Ziekehuizen willen:
- alle elementen van medicatieoverdracht kunnen opvragen: voorschriften; geneesmiddelverstrekkingen; interacties, contra-indicaties, allergieën; laboratoriumuitslagen;
- zelf medicatievoorschriften beschikbaar stellen aan openbare apotheken en andere zorgverleners. Hiervoor is apart toestemming nodig van de patiënt (voorlichtingsmateriaal is in de maak) en het Ziekenhuis Informatie Systeem moet daarvoor geschikt zijn;
- geneesmiddelverstrekkingen kunnen filteren op medicatie, zodat bij herhalingen alleen de laatste vertrekking wordt getoond; middelen die minder vaak worden verstrekt zijn dan gemakkelijk te vinden;
- doseringen die verschillen tussen tweede en eerste lijn over en weer kunnen vertalen. In de ziekenhuissystemen moeten daarvoor omrekentabellen worden aangevuld met de doseerschema’s uit de eerste lijn. Doordat nu doseringen van één en hetzelfde geneesmiddel in tweede en eerste lijn verschillen, zal een apothekersassistent - voordat de regel wordt verwerkt – de dosering moeten beoordelen. Er zullen altijd verschillen blijven bestaan maar nu is het aantal te groot en kost dat te veel tijd.