CBS: 1 procent zorginstellingen zet robotica in

18 oktober 2019
Nieuws

De inzet van robots in de gezondheidszorg heeft geen effect op de werkgelegenheid in deze sector. Er zijn geen banen bijgekomen en ook niet verdwenen. Dat blijkt uit cijfers van het CBS. Volgens de instelling werd in 2018, het jaar waar de cijfers over gaan, pas in 1 procent van de zorginstellingen robotica ingezet. Verder blijkt uit de CBS-cijfers dat 4 procent van de instellingen in de gezondheidszorg 3D-printing in 2017 inzette.

Robotica in de gezondheidszorg telt momenteel twee belangrijke toepassingen: ter ondersteuning van chirurgie (zodat operaties minder ingrijpend worden of meer chirurgen een bepaalde operatie kunnen uitvoeren) en op sociaal gebied (ter ondersteuning van bijvoorbeeld zorgprofessionals in de langdurige zorg, een robot als 'maatje' voor cliënten). Ter ondersteuning van verplegend personeel (bijvoorbeeld zware tiltaken) wordt robotica nog niet of nauwelijks ingezet.

3D-printing wordt op veel gebieden toegepast. Dat kan zijn om een operatie voor te bereiden door een te opereren deel van het menselijk lichaam uit te printen, om een mal te maken voor een implantaat op maat, maar ook voor maatwerkimplantaten zelf. Onderzoeksdoeleinden vormen ook een belangrijk doel, evenals voorlichting van patiënten. Daarnaast wordt 3D-printing gecombineerd met andere 3D-technologie.

De afgelopen jaren is er op beide gebieden een grote reeks nieuwsberichten verschenen op de website van ICT&health, evenals achtergrondartikelen in het blad. Recent nog presenteerde Philadelphia Zorg de uitkomsten van een verkennend onderzoek naar de inzet van sociale robotica op de ICT&health Top. Enkele conclusies waren dat de inzet van sociale robots cliënten van instellingen voor langdurige zorg kan stimuleren bij het aangaan en onderhouden van contacten. Ook kan de inzet van sociale robotica de zelfredzaamheid van cliënten vergroten en personeelstekorten opvangen.

7 procent bedrijven gebruikt robotica

In 2018 gebruikte over alle sectoren heen bekeken 7 procent van de bedrijven robots, aldus het CBS. Vooral bedrijven in de industrie en researchinstellingen maakten gebruik van bijvoorbeeld lasrobots of zelfsturende voertuigen in magazijnen. Ook andere relatief nieuwe ICT-toepassingen als cloud-computing en 3D-printing hebben hun weg gevonden in het Nederlandse bedrijfsleven.

In de industrie zette 29 procent van de bedrijven een industriële of service robot in. Ook researchinstellingen gebruikten relatief vaak robots (13 procent). In de industrie, de bedrijfstak waarin robots het meest werden ingezet, had de ingebruikname ervan vaak geen effect op het aantal banen.

Bij researchinstellingen (onderdeel van de bedrijfstak Advies en onderzoek) zorgde het gebruik van robots ervoor dat er meer banen bij kwamen dan er verdwenen. Volgens de CBS-cijfers zet slechts 1 procent van de zorginstellingen robotica in een of andere vorm in. Bij geen enkele instelling zou er een positief of negatief gevolg zijn geweest voor de werkgelegenheid.

5 procent bedrijven zet 3D-printing in

Voor de 3D-printing-cijfers kijkt het CBS naar 2017. In dat jaar gebruikte 5 procent van de bedrijven 3D-printen, met name researchinstellingen. In de gezondheidszorg is dat 4 procent.

Bijna 1 op de 5 bedrijven over alle bedrijfstakken heen bekeken zette 3D-printers in. Ook bij bedrijven in de industrie werd relatief veel aan 3D-printing gedaan (11%). Bij grote bedrijven – met meer dan 500 werkzame personen – maakte 1 op de 10 bedrijven gebruik van een 3D-printer, terwijl dit 3 procent bedroeg bij bedrijven met tien tot twintig werkzame personen.

Het merendeel van de bedrijven dat gebruikmaakte van 3D-printing deed dat om prototypes of modellen te maken. Het maken van modellen voor intern gebruik met behulp van een 3D-printer komt vooral voor bij researchinstellingen. Voor 17 procent van alle researchinstellingen was dit de reden om gebruik te maken van een 3D-printer.