Chronische beademing veilig, effectief thuis mogelijk via telemonitoring

do 9 maart 2017 - 09:18
Nieuws

Mensen die chronische beademing nodig hebben, kunnen deze behandeling effectief en veilig thuis krijgen. De patiënt kan daarbij op afstand via telemonitoring gevolgd en begeleid worden. Op jaarbasis wordt hiermee in vergelijking met opname in het ziekenhuis voor chronische beademing fors aan kosten bespaard. Dit staat los van het voordeel voor patiënten die in de thuisomgeving kunnen blijven.

Dat zijn de belangrijkste conclusies die verpleegkundig specialist Anda Hazenberg van het Centrum voor Thuisbeademing van het UMCG in haar proefschrift trekt. Zij promoveerde met haar onderzoek ‘Innovation in home mechanical ventilation’ op woensdag acht maart aan de Rijksuniversiteit Groningen. In haar studie ging Hazenberg na of het instellen op chronische beademing ook op een veilige en betrouwbare manier buiten het ziekenhuis kan.

Een patiënt die chronisch beademd wordt, is vaak voor de rest van zijn of haar leven afhankelijk van een beademingsapparaat. De ademhaling wordt overgenomen door het apparaat. In Nederland wordt als regel het instellen van chronische beademing in het ziekenhuis gedaan, in een opname van bijvoorbeeld 8 dagen op een gewonde afdeling, en zelfs 2 nachten op een intensive care voor nachtelijke bloedonderzoek.

Chronische beademing in de thuissituatie wordt in ons land sinds 1960 toegepast. De afgelopen jaren is het aantal patiënten met chronische thuisbeademing in Nederland fors toegenomen, tot bijna 3.000 in 2016. Dit zijn patiënten met een zenuw- en/of spierziekte, een aangeboren scheve rug, een longziekte of een slaapapneu. Het belangrijkste doel bij chronische beademing is het verbeteren van de kwaliteit van leven van de patiënt.

Over het onderzoek

Hazenberg onderzocht 77 patiënten die werden ingesteld op chronische ademhalingsondersteuning: de helft in het ziekenhuis, de helft thuis. Buiten het ziekenhuis werd telemonitoring gebruikt, het op afstand bekijken van gegevens van het beademingsapparaat en van de meet apparatuur.

Zes maanden na het instellen op de beademing vergeleek zij de gegevens van beide groepen met elkaar. Het koolzuur- en zuurstofgehalte in het bloed en de kwaliteit van leven verbeterde in beide groepen vergelijkbaar. Hiermee toonde Hazenberg aan dat het instellen op beademing in de thuissituatie niet alleen even veilig maar ook even effectief is als in een ziekenhuis.

Er zijn voordelen voor zowel patient als behandelend ziekenhuis. Voor de patiënt, die thuis vaak alles heeft ingericht om zo goed mogelijk te kunnen wonen, is het erg prettig dat die hiervoor niet hoeft te worden opgenomen in het ziekenhuis. Bovendien is het instellen op de beademing thuis veel goedkoper, het scheelt 3.000 euro per patiënt.

Anders meten

Hazenberg onderzocht ook het effect van een andere zorginnovatie. Zij ging na of het mogelijk is ombuiten het ziekenhuis het koolzuur en zuurstofgehalte via de huid met een sensor op de oorlel te meten, dus zonder te prikken. Uit haar studie blijkt dat dit betrouwbaar kan en dat deze manier van meten goed te gebruiken is buiten het ziekenhuis.

Volgens Hazenberg toont haar proefschrift zien dat door klinisch onderzoek in combinatie met technische innovatie de zorg aan patiënten met chronische beademing verder te verbeteren is en bovendien leidt tot lagere kosten.

Anda Hazenberg verrichtte haar onderzoek bij het Groningen research Institute for Asthma and COPD van het UMCG. Zij werkt momenteel als verpleegkundig specialist bij het Centrum voor Thuisbeademing van het UMCG.