Steeds meer GGD-medewerkers maken gebruik van instrumenten zoals e-learning en webinars om meer te weten te komen over CoronaMelder. De app heeft invloed op 22 procent van de GGD-medewerkers, voornamelijk op het BCO (bron- en contactonderzoek). Vrijwel alle medewerkers geven aan in meer of minder mate te weten wat te doen rondom CoronaMelder. Dat blijkt uit een derde meting (maart 2021) om te bepalen wat de impact is van de app op de werkzaamheden van GGD's.
Zo'n 4,7 miljoen Nederlanders hebben CoronaMelder gedownload. De app dient ter ondersteuning van bron- en contactonderzoek van de GGD's. Vorige week bleek uit een regelmatig uitgevoerde evaluatie dat de app effectief bijdraagt aan het ontdekken van nieuwe coronabesmettingen. 58 procent van alle respondenten uit het onderzoek die een melding kregen via CoronaMelder, is nooit benaderd door de GGD. Dankzij de app kan de GGD dus meer mensen laten weten dat zij in contact zijn geweest met een persoon die het coronavirus heeft. Het onderzoek bevestigt eerdere bevindingen.
Informeren over CoronaMelder
Om medewerkers te informeren over CoronaMelder heeft de GGD een e-learning module en een webinar ontwikkeld. De e-learning module geeft uitleg over de werking van CoronaMelder. De webinar geeft achtergrondinformatie over de app. De e-learning module is daarom belangrijker dan de webinar. Veel respondenten werken nog maar kort bij de GGD. 49% (n=39) is na september 2020 in dienst getreden waarvan 7 (9%) sinds januari 2021. Acht procent (n=6) werkt langer dan één jaar bij de GGD. Er worden dus voortdurend nieuwe medewerkers in dienst genomen en ingewerkt. 54 procent van de respondenten heeft de e-learning gebruikt, 20 procent heeft de webinar gevolgd.
8 procent van de GGD-medewerkers geeft aan niet via hun werkgever informatie over CoronaMelder te hebben ontvangen. De tevredenheid onder GGD-medewerkers over zaken rondom de app is het laagst als het gaat over het moment waarop informatie ontvangen is. Over inhoud en relevantie van de informatie waren ook bij de derde meting de meeste medewerkers tevreden (rond de 70%), al is er wel sprake van een flinke daling ten opzichte van de tweede meting.
Impact op werkzaamheden
CoronaMelder heeft invloed gehad op de werkzaamheden van 22 procent van de medewerkers, zo blijkt uit de derde meting (eerdere metingen waren er in december 202 en februari 2021). Met name BCO-medewerkers hebben te maken met aangepaste taken vanwege de app. De meeste respondenten verwachten de komende vier weken geen grote veranderingen in hun werk. Een enkeling denkt dat door de versoepeling van de maatregelen er meer getest gaat worden en dat daardoor CoronaMelder mogelijk vaker zal worden ingezet.
Ook de derde meting geeft geen signalen dat CoronaMelder in deze periode tot problemen bij de GGD-processen heeft geleid. De meeste medewerkers zijn goed geïnformeerd en weten wat ze moeten doen. Wel blijkt dat er nog steeds niet elke keer wordt gevraagd naar CoronaMelder bij het bron- en contactonderzoek: 87 procent van de respondenten vraagt altijd naar de app bij BCO. Redenen om er niet naar te vragen zijn bijvoorbeeld vergeten om er naar te vragen, of bewust er niet naar vragen aan oudere mensen die geen mobiele telefoon hebben.
Over de evaluatie
Het onderzoek moet mogelijke effecten van CoronaMelder op de processen van de huisartsenzorg en de GGD in kaart brengen. Het wordt uitgevoerd in opdracht van het ministerie van VWS door de Rijksuniversiteit Groningen in samenwerking met Erasmus Universiteit Rotterdam en Tilburg University. 79 respondenten hebben bij de derde meting de GGD-vragenlijst volledig ingevuld. De meeste respondenten zijn werkzaam bij GGD Amsterdam (n=13) en GGD Zuid-Limburg (n=9). De response is beduidend minder dan bij de eerdere metingen (meting 1 n=147, meting 2 n=107).
Verschillende beroepsgroepen en functies binnen de GGD kregen de vragenlijst voorgelegd. Dit zijn vooral: ICT-medewerker (6%, n=5), telefonist (14%, n=11), medewerker BCO (30%, n=24), medewerker testafname (8%, n=6), projectleider, beleidsmedewerker of arts (24%, n=19). Een deel van de respondenten (n=14, 18%) had een andere functie bij de GGD, zoals coördinator/supervisor of triagist. Het opleidingsniveau was vooral hoogopgeleid (n=69, 90%).