Zorgaanbieders en zorgverleners hebben steeds vaker te maken met digitale gegevensuitwisseling. Vaak is er echter uitdrukkelijke toestemming nodig om gegevens van een patiënt of cliënt uit te mogen wisselen, bijvoorbeeld wanneer een behandelaar medische gegevens nodig heeft. Deze toestemmingen moeten per cliënt worden vastgelegd en inzichtelijk zijn. Momenteel is dat nog vrij complex en omslachtig. Voor de eerstelijnszorg bestaat Volgjezorg, maar voor veel andere zorgsegmenten is er geen apart platform. Vanaf 2023 moet dit veranderen met de komst van Mitz: door koepels uit diverse zorgsectoren in het leven geroepen.
Mitz is gericht op ICT-leveranciers in de zorg, zorgaanbieders en patiënten (MijnMitz). Onder meer de ggz is al druk aan de slag met de voorbereiding op de voorziening, laat Mitz-beheerder VZVZ weten.
Medische gegevens kunnen pas beschikbaar worden gesteld aan andere zorgaanbieders als een patiënt daar toestemming voor heeft gegeven. Dit toestemming geven gebeurt nu op veel verschillende manieren en plaatsen. Voor het delen van medicatiegegevens moet het Landelijk Schakelpunt gebruikt worden, voor het delen van andere gegevens de patiëntportalen van individuele zorgverleners.
Om het voor burgers eenvoudiger en overzichtelijker te maken, komt er een online toestemmingsvoorziening: één portaal waar burgers zelf toestemmingen kunnen vastleggen en beheren. Voor zorgaanbieders ontstaat daarmee één plek waar zij de toestemmingskeuzes van hun patiënten kunnen controleren. Mitz moet hier het overkoepelende platform worden. Via Mitz moeten patiënten op één plek hun toestemmingen kunnen beheren. Dit helpt om een compleet beeld te geven van een patiënt, de basis voor een goede behandeling, aldus VZVZ.
Voorbereiding op Mitz
GGZ-instellingen en -zorgverleners hebben in het kader van de stimuleringsregeling VIPP GGZ de eerste stappen gezet met betrekking tot digitale gegevensuitwisseling. Dat leidde vrijwel direct tot de vraag hoe toestemmingen voor gegevensuitwisseling centraal kunnen worden vastgelegd. Eind september is daarom het voorbereidingstraject voor de GGZ gestart met een webinar dat door 150 deelnemers is gevolgd. Vervolgens is op 1 november een verdiepende workshop georganiseerd waar ook een groot aantal GGZ-aanbieders en -leveranciers aan deelgenomen heeft.
Centraal in deze workshop stond welke voorbereidingen alvast te treffen zijn om in 2023 zo makkelijk mogelijk over te stappen op Mitz. Enerzijds is er een checklist beschikbaar om op een aantal vlakken te inventariseren hoe zaken geregeld zijn in de eigen instelling. Daarnaast is er ook aandacht besteed aan hoe de eigen medewerkers, cliënten en leveranciers hierin meegenomen kunnen worden. De komende periode gaat VZVZ ook GGZ-leveranciers en cliënten binnen de GGZ informeren over de mogelijkheden en meerwaarde van Mitz.
Klaar voor praktijk
Mitz valt onder het programma Online toestemmingsvoorziening’ (OTV). Het kende begin 2020 zijn vuurdoop in een pilot met het HagaZiekenhuis en EPD-leverancier ChipSoft. VZVZ stelde in maart 2022 dat Mitz klaar was voor de uitrol in de praktijk. Samen met (de koepels) van de zorgaanbieders worden nu de eerste stappen voor de uitrol gezet. Op MijnMitz regelen burgers straks zelf hun toestemming voor de uitwisseling van medische gegevens. Op Mitz-toestemming kunnen zorgaanbieders en ICT-leveranciers binnenkort terecht voor alle informatie die zij nodig hebben om op Mitz aan te sluiten.
Afgelopen mei werd een nieuwe stap gezet. Het Informatieberaad Zorg nam de online toestemmingsvoorziening op als bouwsteen in het informatiestelsel in de zorg. En in juni introduceerde Mitz de zogeheten 72-uurs regeling. Die regeling moet vooral mensen helpen die vergeten zijn toestemming te verlenen voor het uitwisselen van hun medische data en onverwachts een medisch consult of behandeling nodig hebben.
De bedoeling van de regeling van Mitz is dat mensen die bij een andere dan de gebruikelijke behandelaar terecht komt – bijvoorbeeld op een HAP – die geen toestemming gekregen heeft om data van de patiënt in kwestie in te zien. Als die data voor goede diagnose en eventuele behandeling dringend nodig zijn, kan de waarnemende arts met instemming van de patiënt ter plekke toestemming voor inzage krijgen gedurende 72 uur.