Sinds 5 juli krijgen huisartsen bij verwijzing naar paramedische praktijken in ZorgDomein te maken met een licht aangepaste verwijsbrief. Ook is de terugkoppeling door paramedici verbeterd. Daarmee volgt het verwijsplatform de nieuwe richtlijn HASP-paramedicus. Net als bij de eind vorig jaar geïntroduceerde HASP is huisartsenkoepel NHG aanjager van de richtlijn, ditmaal samen met LHV (Landelijke Huisartsen vereniging) en zes paramedische beroepsverenigingen.
Eind 2020 werd de vernieuwde HASP-richtlijn geïntroduceerd, gericht op betere overdracht van patiëntinformatie tussen huisarts en specialist. Nu is er HASP-paramedicus, met hetzelfde doel: snelle, veilige en correcte informatie-uitwisseling die leidt tot betere onderlinge samenwerking en betere patiëntenzorg.
Carinke Buiting, wetenschappelijk medewerker van het Nederlands Huisartsen Genootschap, stelt dat een al ontwikkelde HASP-richtlijn voor de fysiotherapeut nooit goed uitgerold is. Paramedische beroepsverenigingen wilden die richtlijn dan ook graag uitbreiden en breed aanhaken. “Heel begrijpelijk: zelfs mijn eigen fysiotherapeut – hij is inmiddels met pensioen – zat enorm te wachten op goede informatie-uitwisseling met de huisarts. En vanuit het NHG gezien was het ook logisch om de paramedici op te nemen in de informatieketens.”
Samenwerking voor richtlijn
Zes paramedische beroepsverenigingen waren bij de ontwikkeling van de nieuwe richtlijn betrokken: fysiotherapie, ergotherapie, huidtherapie, logopedie en foniatrie, diëtetiek en oefentherapeuten Cesar en Mensendieck. Bij de laatste vereniging, de VvOCM, is Daniëlle Conijn (beleidsmedewerker Kwaliteit & Wetenschap) vooral te spreken over de duidelijkheid die de nieuwe richtlijn schept.
“Het is nu volledig helder voor verwijzer, behandelaar en patiënt op welk moment welke informatie wordt uitgewisseld. Die uniformiteit ontbrak in het verleden, bijvoorbeeld in de verwijzing die een oefentherapeut van de huisarts kreeg. Dat varieerde van een kort briefje met ‘graag activeren’ tot een uitgebreid medisch dossier, terwijl je als behandelaar natuurlijk informatie op maat wilt.”
Ook voor de patiënt heeft de uniforme richtlijn voordelen, vindt Conijn: “Dat maakt het zorgproces inzichtelijk. De patiënt weet welke informatie over hem of haar wordt gedeeld. Hij of zij kan ervan op aan dat de behandelaar beschikt over de relevante gegevens zoals de medische voorgeschiedenis. En doordat het plaatje compleet is, kun je als behandelaar ook sneller en efficiënter te werk gaan; dat levert dus betere zorg op.”
Verbeteringen na pilot
Om de richtlijn te testen, vond een pilot plaats in het werkgebied van de Zorgorganisatie Eerste Lijn (ZEL, ruwweg actief in de regio onder Den Haag). Buiting: “Het is een proactieve club op het gebied van informatie-uitwisseling en zij wilden heel graag als proefregio dienen voor de nieuwe HASP-paramedicus. Nog vóór alle handtekeningen onder de richtlijn stonden, waren de huisartspraktijken al begonnen met de nieuwe verwijzingen naar paramedici.”
De pilot heeft twee verbeteringen opgeleverd:
- De instructies in ZorgDomein uitgebreid, zodat het voor de invuller nóg duidelijker is wat de ontvanger graag leest. De mouse-over-tekst in ‘reden verwijzing’ is vernieuwd.
- De NHG onderzoekt met de beroepsverenigingen en ZorgDomein op welke manier in de toekomst ook de consulatie-aanvraag aangeboden kan worden. Daarbij stuurt de huisarts een patiënt eenmalig naar een paramedicus door, met een duidelijk afgebakende hulpvraag.
Stimuleren naleven herziene richtlijn
Buiting stelt blij te zijn met een platform als ZorgDomein om de naleving van de herziene richtlijn te stimuleren: “De richtlijn kan ook worden nageleefd zonder ZorgDomein. Maar IT kan goed helpen om een richtlijn als deze na te leven. Daarmee krijg je als zorgverlener op het moment van informatieoverdracht het juiste sjabloon aangeleverd. Daar hoef je niet over na te denken: je kunt je dus volledig focussen op de inhoud.”
Conijn benadrukt dat er op ICT-gebied nog een belangrijke stap gezet moet worden: de verschillende patiëntendossiers moeten zó worden ingericht dat ze de informatie volgens de HASP-richtlijn kunnen doorgeven.
Buiting is het daarmee eens, maar verwacht dat steeds meer EPD-leveranciers daartoe bereid zijn. “Er is nu een landelijke richtlijn, breed gedragen door NHG en paramedische beroepsverenigingen. Bovendien ligt de richtlijn inmiddels al bij Nictiz voor een Informatie Standaard. Dat zal de leveranciers van de paramedische EPD’s zeker het vertrouwen geven dat nodig is om ook in beweging te komen.” IT-leveranciers zoals Evry, ConsultManager en WinMens zijn momenteel samen met ZorgDomein inderdaad bezig om verwijzingen én verslagen voor paramedici een stuk eenvoudiger te maken.