Vorige week, op 9 januari, is in het Tjongerschans ziekenhuis de eerste implanteerbare hartritmemonitor geplaatst. De innovatieve Jot DX hartritmemonitor is zo compact dat via een kleine, weinig invasieve ingreep, binnen enkele minuten onder de huid in de linker borststreek van de patiënt ingebracht kan worden.
Met de nieuwe implanteerbare hartritmemonitor krijgen artsen de controle over het beheren van de stroom aan informatie. Daarvoor beschikt de Jot DX over een zogenoemde ‘sleutelepisodes’ functie. Daarmee kan bepaald worden of álle hartritmes gemonitord moeten worden of slechts bepaalde onregelmatige hartritmes.
Nieuwe hartritmemonitor breed inzetbaar
De Jot DX implanteerbare hartmonitor wordt ingezet voor de hartbewaking van patiënten die kampen met onverklaarbare symptomen die kunnen wijzen op hartritmestoornissen. Denk daarbij aan symptomen zoals duizeligheid, hartkloppingen, pijn op de borst, flauwvallen en kortademigheid. Daarnaast wordt hij ook ingezet bij patiënten die een verhoogd risico hebben op hartafwijkingen.
Dankzij de nieuwe 'sleutelepisodes' functie wordt niet alleen detectie op afstand gerealiseerd. Ook de nauwkeurigheid en het stellen van diagnoses worden verbeterd en versneld. De Jot DX wordt via Bluetooth verbonden met de mobiele myMerlin app van Abbott.
Telezorg en verbonden zorgtechnologie
In de lente van 2022 startte CWZ, als derde ziekenhuis in Nederland, ook met het inzetten van kleine implanteerbare hartmonitoren. Die zijn amper 45 millimeter lang en 7 millimeter breed en kunnen vier en half jaar dienstdoen.
"De afgelopen jaren is er meer aandacht gekomen voor telezorg en verbonden zorgtechnologie. Dit heeft toegang gegeven tot meer gegevens, wat bijdraagt aan betere beoordeling en behandeling van patiënten", vertelt cardioloog Schram van Tjongerschans.
"Met de ‘sleutelepisodes’ optie krijgen wij de mogelijkheid om informatie te destilleren, een duidelijke tijdbesparende verbetering die helpt om sneller belangrijke klinische zorgbeslissingen te nemen. Niet alleen een mooie stap voor de patiëntveiligheid maar ook op het gebied van efficiëntie in de zorg”, aldus de cardioloog.
