EPD-leveranciers Epic en Chipsoft (HiX) houden met hun veel te dure informatiesystemen en gebrekkige wil tot aanpassingen verbetering van uitwisseling van medische gegevens tegen. Wie eenmaal zo'n elektronisch patiëntendossier heeft als ziekenhuis, kan er bijna niet meer vanaf omdat een EPD met zoveel andere systemen verweven raakt. Dat stellen journalistiek onderzoeksplatform Follow the Money (FTM) en De Monitor (KRO-NCRV) in enkele artikelen op basis van gezamenlijk onderzoek.
Zo geeft Mark van Houdenhoven, bestuursvoorzitter van de Sint Maartenskliniek in Nijmegen, tegenover De Monitor aan dat de genoemde leveranciers de uitwisseling van medische gegevens technisch gewoon tot stand kunnen brengen, maar dat om commerciële redenen niet doen. dat geldt zowel voor uitwisseling tussen EPD/ECD van zorgaanbieders als de informatiesystemen binnen instellingen.
Van Houdenhoven stelt dat dit een risico kan vormen voor patiënten - een conclusie die de NOS vorig jaar ook al trok na een enquête onder zorgverleners. Informatie moet altijd overal beschikbaar zijn voor betrokken behandelaars om optimale zorg te garanderen. Dat is nu niet het geval.
Standaardisatie tegengehouden
Van Houdenhoven suggereert volgens De Monitor dat EPD-leveranciers de benodigde standaardisering voor betere interoperabiliteit (communicatie tussen systemen) vertragen of zelfs tegenhouden. "We proberen dat wereldwijd op te lossen door de leveranciers te dwingen om met ons samen te werken door standaarden af te spreken, maar dat lukt ons helaas nog niet zo goed." Overstappen naar een ander EPD kost veel geld vanwege de ontvlechting die nodig is met tientallen andere systemen.
Daarnaast is er een beperkt aantal alternatieven. Het Nederlandse Chipsoft (circa 50 ziekenhuizen) en het Amerikaanse Epic (circa 11) verdelen de Nederlandse markt voor EPD's in ziekenhuizen grotendeels. Kleinere partijen zijn onder meer het Duitse Nexus (Groene Hart ziekenhuis, St. Anna Zorggroep), Alert en Cerner.
Van Houdenhoven stelt dat de marktleiders de mate waarop zorgaanbieders patiëntengegevens kunnen uitwisselen dicteren, niet alleen tussen ziekenhuizen maar ook tussen huisartsen en verpleeghuizen. "Wat je eigenlijk wil is dat leveranciers het mogelijk maken om gegevens uit te wisselen. En die technieken die bestaan."
Meer interoperabiliteit, meer concurrentie
Dat dit niet gebeurt, komt volgens Van Houdenhoven mede omdat meer interoperabiliteit meer concurrentie zou betekenen, iets wat de twee grote partijen liever niet zouden zien. "Voor een nieuw bedrijf is het op dit moment vrijwel onmogelijk om toe te treden tot de ziekenhuismarkt omdat ik dan als ziekenhuis afscheid moet nemen van Chipsoft, of Epic en de kosten die gepaard gaan met het afscheid nemen van een dergelijke financier zijn gigantisch. Je moet dan al je processen aanpassen, zo’n elektronisch patiëntendossier zit in de haarvaten van een ziekenhuis, dus wanneer je daar een overstap in wil maken, zijn de kosten en de risico’s enorm geworden."
Van Houdenhoven wijst ook naar de gestage automatisering en digitalisering van informatie(verwerking) als basis voor het huidige probleem. Daardoor is er geleidelijk aan een wildgroei van tientallen informatiesystemen ontstaan die informatie-uitwisseling binnen en tussen zorgaanbieders steeds moeilijker maakte. Het in 2011 tegenhouden van een landelijk EPD door de Eerste Kamer uit privacy-overwegingen heeft er daarnaast voor gezorgd dat er een lappendeken van deeloplossingen en -initiatieven is ontstaan. Van Houdenhoven pleit er nu toch voor dat de overheid ingrijpt om een landelijk open systeem af te dwingen en het werken met standaarden, zowel bij IT-leveranciers als eindgebruikers.
Slecht gebruiksgemak EPD
Het gebruiksgemak van de EPD's zou ook slecht zijn, zo blijkt uit een ander artikel van De Monitor. Bovendien is het laten doorvoeren van veranderingen erg lastig, merkt ook Annemarie van der Velden (SEH-arts). "Dan nog is er kans dat het wordt afgewezen, ook al vind je met alle spoedeisende hulpen van Nederland dat iets echt op een andere manier hoort." In de uitzending van de Monitor maandagavond geeft ze aan ze dat ze met de Raad van Bestuur heeft overlegd of de kritiek op Chipsoft naar buiten moest. "We zijn tot de conclusie gekomen dat als het naar buiten komen hiervan ook maar één leven zou kunnen redden, dat het al de moeite waard is."
In het artikel wordt ook door één beweerd dat Chipsoft subsidie zou opstrijken die ziekenhuizen via het digitale stimuleringsprogramma VIPP krijgen om hun informatiesystemen te verbeteren. Het is wel bekend dat Chipsoft meewerkt aan het testprogramma Proves, onder meer met de Zuid-Hollandse Haga Groep. Hierbij worden MedMij-standaarden in de praktijk uitgetest.
Reacties leveranciers
Chipsoft (HiX) gaf vorig jaar bij de NOS aan het eens te zijn met de kritiek dat het niet goed gaat met informatie-uitwisseling, maar noemde het 'wettelijk extreem complex om medische gegevens uit te wisselen zonder expliciete toestemming van de patiënt'. In reactie op de berichtgeving van De Monitor en FTM beperkt ChipSoft zich tot de reactie: ‘Kwaliteit, patiëntveiligheid en gebruikersvriendelijkheid/gebruikersgemak zijn belangrijke voorwaarden en uitgangspunten bij het ontwikkelen van onze oplossingen.’
Epic laat weten wel hard te werken aan meer gebruiksgemak en uitwisseling van gegevens, maar dat privacywetgeving en het Nederlandse poldermodel van overleg snelle veranderingen wel eens in de weg staan.
Samen vuist maken
In september 2018 stelde beroepsvereniging V&VN dat zorgaanbieders samen een vuist moeten maken tegen leveranciers van informatiesystemen zoals een EPD of ZIS. Dat was een reactie op een rondvraag van de NOS onder ruim 700 zorgmedewerkers. Hoewel digitalisering via informatiesystemen in elke zorginstelling is doorgedrongen, bleek interoperabiliteit tussen systemen beperkt. Dit gold en geldt zowel voor systemen binnen als tussen zorginstellingen.
De gevolgen zijn extra administratieve handelingen en fouten die soms gevaar voor patiënten kunnen opleveren. Het gebrek aan interoperabiliteit leidt volgens V&VN voor elke zorgmedewerker tot gemiddeld één uur per dag aan het overtikken van informatie. Gebrekkige informatie kan ook leiden tot zaken zoals het geven van verkeerde medicatie aan patiënten die van een ander ziekenhuis vandaan komen.
Gezamenlijk gesprek aangaan
De Nederlandse Vereniging van Ziekenhuizen (NVZ) meende destijds ook dat zorginstellingen gezamenlijk met softwareleveranciers het gesprek moeten aangaan om zaken beter te regelen, zowel op het gebied van kosten als standaardisatie. "Leveranciers moeten zorgen dat ze ook met andere systemen kunnen koppelen, op een betaalbare manier. Het is tenslotte maatschappelijk geld", aldus de NVZ toen in een schriftelijke reactie.
De Federatie Medisch Specialisten (FMS) liet in oktober 2018 weten dat artsen nog altijd te veel tijd kwijt zijn aan problemen met ICT-systemen en het elektronisch patiëntendossier. Artsen zijn gemiddeld twee werkdagen per week bezig met administratie, waarvan de helft als onzinnig wordt ervaren, stelt de FMS. Bij een inventarisatie in 2017 van administratielast van de FMS onder haar achterban bleken de ICT/EPD-systemen één van de grote frustraties. ICT-leveranciers moeten er voor zorgen dat systemen daadwerkelijk op elkaar aansluiten en de overheid moet goede kaders scheppen.
Stappen naar standaardisatie
De overheid werkt al enkele jaren aan (het stimuleren van) standaardisatie en afspraken via programma’s zoals MedMij, Registratie aan de Bron en VIPP voor ziekenhuizen (plus vergelijkbare programma’s voor onder meer zorginstellingen, revalidatieklinieken, GGZ, geboorte- en eerstelijnszorg). Verder wordt er gewerkt aan wetgeving om gestandaardiseerde digitale gegevensuitwisseling af te dwingen. Hiervoor zijn in eerste instantie 13 onderwerpen geselecteerd, waaronder informatieoverdracht tussen ambulances en de SEH. Vanaf 2021 moet wetgeving ingevoerd gaan worden.
Verder is er in maart een manifest Samen Vooruit ondertekend op initiatief van werkgeversorganisaties MKB Nederland en VNO-NCW. Het uitgangspunt waar de ondertekenaars van het manifest naar streven, is dat medische data met toestemming van de patiënt makkelijker en veiliger van de ene naar de andere zorgverlener kunnen. Ook moet de patiënt zelf makkelijk inzage kunnen krijgen in zijn gegevens. Het manifest vertegenwoordigt volgens de initiatiefnemers een brede coalitie van bedrijven, zorgaanbieders en zorgverzekeraars. Nexus maakte later dit jaar bekend het manifest ondertekend te hebben.