Nieuwe hoogleraar UT ontwikkelt kunstmatige organen van biomaterialen

9 juni 2017
Nieuws
De Twentse wetenschappers buigen zich de komende jaren over het ontwikkelen van een draagbare kunstnier. Op de lange termijn hopen zij een implanteerbare kunstnier met levende nier cellen te ontwikkelen. Hier blijft het niet bij: ook een kunstmatige alvleesklier en kunstlongen van biologische cellen staan op de planning. Het creëren van organen uit biomaterialen maakt dat wachtlijsten voor nieuwe (donor)organen korter worden. Ook maakt het behandeltechnieken als nierdialyse overbodig.

Nierdialyse verbeteren

Nierdialyse helpt patiënten met falende nieren om een deel van de nierfunctie terug te krijgen. Het is echter een tijdelijke (nood)oplossing; de huidige dialysemethode kan maar ongeveer tien procent van de normale nier zuivering behalen. De enige manier om bij chronische nierinsufficiëntie alle werking weer terug te krijgen, is momenteel met een donornier. De wachtlijsten zijn daarvoor lang, zo’n vier jaar, waardoor veel patiënten gebonden zijn aan nierdialyse. Dit is duur: nierdialyse kost in Nederland 90.000 euro per patiënt, per jaar.

De onderzoekers van de nieuwe leerstoel buigen zich dan ook over het ontwikkelen van een compact dialyseapparaat, waarmee nierpatiënten zelf kunnen dialyseren op een door hen gekozen plaats en tijdstip. De eerste klinische proeven zullen binnen afzienbare tijd plaatsvinden.

Kunstmatige organen

Verbeterde dialyse is echter niet waar nieuwe hoogleraar Stiamatialis stopt: er is behoefte aan kunstmatige organen, om falende organen van patiënten te ondersteunen of vervangen. Het ontwikkelen hiervan is één van de doelen die de hoogleraar met zijn onderzoeksteam heeft gesteld.
Zij werken eveneens aan een oplossing voor diabetespatiënten, een kunstmatige alvleesklier op zakformaat, die in staat is om de bloedglucosespiegel te reguleren. Patiënten hoeven dan niet meer zelf meerdere keren per dag insuline te spuiten.

De Universiteit Twente werkt bij de ontwikkeling van kunstorganen samen met medische centra in binnen- en buitenland (Utrecht, Maastricht, Nijmegen, Leiden, Groningen en Gent). Naast wetenschapsfondsen dragen ook patiëntenorganisaties als de Nierstichting, Longfonds en JDRF (diabetes) financieel bij aan de onderzoeken. Het bedrijfsleven, vooral de farmaceutische industrie, blijft achter. Stamatialis acht het als een van zijn taken om ook het bedrijfsleven actief te betrekken.