Gefrustreerde ondernemers, afhakende zorgprofessionals, onvindbare patiënten, inflexibele studenten. Na de start als commerciële testomgeving voor e-health toepassingen, liepen de ontwikkelaars van het Field Lab Eerstelijnszorg snel tegen de beperkingen aan. Herontwerp van het field lab was nodig. Met een duidelijke missie en heldere keuzes, zo schrijven Koen Dortmans en Henk Schers in ICT&health.
Gebrek aan draagvlak onder eerstelijnszorgverleners omdat het verwachte nut van te testen technologische innovaties niet op voorhand duidelijk was. Versnippering van het projectenportfolio omdat ‘u vraagt, wij draaien’ leidde tot de meest uiteenlopende pilots met telkens nieuwe eindgebruikers.
In het vorige artikel (ICT&health nr. 02/2021) beschreven Dortmans en Schers deze trials and tribulations van het Field Lab Eerstelijnszorg, een living lab waar NEO Huisartsenzorg, Radboudumc en HAN University of Applied Sciences samenwerken aan impactvolle innovaties in de eerstelijnszorg. Als commerciële testfaciliteit, zoals oorspronkelijk bedoeld, bleek het niet te werken.
Field lab als missiegedreven living lab
Een alternatief is de inzet van het field lab als missiegedreven living lab: een platform voor onafhankelijk, praktijkgericht onderzoek naar de meerwaarde van technologische én sociale innovaties die stakeholders rond zorgkwesties gezamenlijk en op voorhand zinvol achten. Daarvoor werd met betrokkenen een innovatieagenda en een werkproces ontworpen om transparant en gericht te kunnen sturen op innovatieactiviteiten.
Een innovatieagenda legitimeert de keuze voor ontwikkelactiviteiten als deze keuze in samenwerking met relevante stakeholders tot stand is gekomen. Herkenbare en als urgent ervaren uitdagingen in de eerstelijnszorg onderstrepen de maatschappelijke waarde van deze activiteiten.
Ten eerste actualiseerden de initiatiefnemers het eerder ontwikkelde wijkgezondheidsprofiel van Nijmegen-Noord om zicht te krijgen op waar de meeste gezondheidswinst te behalen is. Vervolgens bestudeerden ze relevante trendanalyses en beleidsdocumenten om zicht te krijgen op wettelijke eisen, politieke ambities en (technologische) ontwikkelingen in zorginnovatieland. Als derde beschreven ze de patient journey’s van bewoners uit het ketenzorgprogramma voor (verhoogd risico op) hart- en vaatziekten. Hoe ervaren zij de zorg? Van welke innovaties maken zij gebruik? Tot slot voerden ze focusgroepgesprekken met de professionals van de zorggroep. Start was het aanvullen van de volgende zin: ‘Mijn leven als zorgprofessional wordt pas écht leuk als….’
Thema's bij zorginnovatie
Het leverde de herkenbare doelstellingen zoals geformuleerd in de ‘quadruple aim’: dalende zorgkosten, verbeterde zorgervaring van patiënten, gezondere populatie en betere werkervaring onder zorgverleners. In mindere mate ook eigen bedrijfsmatig voordeel (efficiëntie, concurrentievoordeel, eigen return-on-investment). belangrijkste thema's bij zorginnovatie bleken betere zelfzorg bij chronische aandoeningen, beschikbaarheid, uitwisselbaarheid en veiligheid van patiëntgegevens en medicatie (doelmatiger, veiliger, efficiënter)
Essentieel voor het faciliteren van het proces binnen een innovatienetwerk is, behalve een innovatieagenda, het selectieproces rond e-health projecten. Welke projecten doen we wel, welke ook vooral niet en waarom eigenlijk?
Een uitdaging hierbij schuilt in de efficiëntie van het werkproces en de mate van selectie. Een goed plan is belangrijk, maar het moet niet bureaucratisch worden. Focus is goed, maar hoe beperkend wil je zijn? Een te nauw profiel knelt waardoor zorgprofessionals mogelijk afhaken omdat ze niet langer herkennen hoe de projecten bijdragen aan hun belangen. Tegelijkertijd streef je naar maatschappelijke impact wat vraagt om innovatie op die (gezondheids)terreinen die het grootste effect hebben. Een balanceeract waar innovatie vaak om vraagt.
Lees het hele artikel in ICT&health 5, die op 21 oktober verschijnt.