Nieuwe software kan lekkage aorta-stent beter voorspellen

18 januari 2018
Operatiekamer-Aorta
Innovatie
Nieuws
Ongeveer 2.700 Nederlanders ondergaan op jaarbasis een operatie als gevolg van een verwijding, een aneurysma, in de buikslagader. Bij een groot deel van deze operaties brengt de chirurg via een minimaal invasieve behandeling een stent in de aorta in. Doel van deze EVAR-behandeling is het verminderen van de druk op het aneurysma. Verschillende onderzoeken concluderen dat ongeveer 5 procent van de patiënten binnen vijf jaar te maken krijgen met een lekkage langs de stent. Hierbij kan het aneurysma opnieuw onder druk komen te staan en in het ergste geval scheuren. Dit kan zeer ernstige gevolgen hebben en zelfs leiden tot het overlijden van een patiënt. Onderzoekers van het St. Antonius en de Universiteit Twente hebben daarom een methode ontwikkeld en gepatenteerd waarmee artsen, op basis van bestaande beelden, beter kunnen voorspellen of een patiënt risico loopt op een stentlekkage.

Voorspellen lek is lastig

Een maand na afloop van de operatie (en vaak een jaar erna) controleren de artsen met behulp van een CT-scan of er sprake is van een dergelijke lekkage, of het aneurysma kleiner is geworden en of de stent zich (nog) op de juiste plaats bevindt. Die controle is nodig omdat op de stent, met zeker 30 miljoen hartslagen per jaar, flinke krachten worden uitgeoefend. Het is momenteel lastig om op basis van de beelden te voorspellen welke patiënten een vergroot risico op lekkage hebben.  Richte Schuurmann stelt dat de beschikbare beelden echter veel meer informatie bevatten dan er nu uitgehaald wordt. De onderzoekers ontwikkelden daarom software waarmee je nauwkeurig de coördinaten (de positie) van de stent, het aneurysma en de slagaders kunt bepalen. Zo is duidelijk te visualiseren hoe groot het hechtingsoppervlak van de stent en de slagaders is en of de stent ‘strak genoeg’ in de aorta zit.

Nog geen reguliere inzet

Ondanks de mooie resultaten is er volgens Schuurmann meer onderzoek nodig voordat de software regulier in de zorg kan worden ingezet. Zo is het systeem nog niet ‘voorspellend’ ingezet. Hij pleit dan ook voor uitgebreid vervolgonderzoek, met gegevens van een nog grotere groep patiënten. Het promotieonderzoek van Schuurmann borduurt voort op onderzoek dat hij tijdens zijn studie Technische Geneeskunde aan de Universiteit Twente is gestart. Het promotieonderzoek vond plaats in het St. Antonius en is financieel mede mogelijk gemaakt door Stichting Lijf en Leven. Bij het onderzoek is nauw samengewerkt met het onderzoeksinstituut Syntactx uit New York.