Zorgbestuurders liggen wakker van personeelstekorten. Dat blijkt uit de Future Health Index 2022. Het jaarlijks onderzoek van Philips onder 3.000 zorgbestuurders in 15 landen - waaronder Nederland – schetst verder hoe zorgbestuurders van technologieën zoals AI en predictive analytics verwachten dat die problemen in de zorg (zoals kosten en zorguitkomsten) kunnen helpen oplossen. Ook willen zorgbestuurders meer de samenwerking zoeken met andere zorgpartijen om de zorg toegankelijk, kwalitatief en betaalbaar te houden.
Mede als gevolg van corona is het al nijpende personeelstekort in de zorgsector groter geworden. Als gevolg van de enorme druk die de aanpak van corona op zorgprofessionals legde, is een grote groep van hen langdurig fysiek of mentaal ziek geworden, of heeft ervoor gekozen om de sector volledig te verlaten, zo vertelde Philips chief medical officier Jan Kimpen tijdens de presentatie van het rapport. Een trend die wereldwijd bekend staat als de ‘great resignation’ en die vooral in de VS en Europa gevolgen heeft.
Werkplezier, behoud medewerkers topprioriteit
Door de huidige personeelsschaarste is het werkplezier en behoud van medewerkers een topprioriteit geworden van zorgbestuurders. Het percentage zorgbestuurders dat dit onderwerp bovenaan hun strategische agenda heeft staan, is in Nederland is 33 procent (tegen 35 procent in alle 15 onderzochte landen). Dit is gestegen ten opzichte van 2021 toen het 21 procent was.
“De Future Health Index laat één hele duidelijke prioriteit van zorgbestuurders zien en dat is personeelsschaarste, evenals werkplezier en werkdruk in de zorg”, zegt Léon Kempeneers, de nieuwe Managing Director van Philips Benelux. “Nieuwe technologie en digitalisering kunnen een uitkomst bieden.”
Implementatie technologie blijft achter
Alleen blijft de implementatie van de benodigde nieuwe technologie door allerlei redenen achter, ziet Kempeneers, en dat is een gemiste kans. “Onlangs becijferde Gupta Strategists dat 110.000 zorgmedewerkers vrij gespeeld kunnen worden met de bestaande technologie.” Als technologie beschikbaar is, maar opschalen ervan slechts in beperkte mate plaatsvindt, ligt dit dan aan de (schaarser worden) zorgprofessionals die de technologie moeten gebruiken en aan hun patiënten/cliënten? Of is het probleem meer de aanpassing van alle processen rondom de zorg?
"Ik denk dat het allebei is", stelt Dr. Mary Leahy (CEO Bon Secours Health System in de VS) in een paneldiscussie over de bevindingen van de Future Health Index. "De technologie is beschikbaar, maar je moet mensen in het gebruik ervan meenemen, zo moeten zich op hun gemak gaan voelen. Ook zijn er belemmeringen op regelgevend gebied. Maar problemen op gebieden zoals interoperabiliteit zijn aan het verminderen en we zijn als gevolg van de coronacrisis echt gaan versnellen met digitalisering. Dat geldt ook voor de mate van gemak van mensen in het gebruik van digitale toepassingen, gewoonweg omdat er geen andere optie was."
"Ik vind dat je innovatie en implementatie van elkaar moet scheiden", voegt Helen Mertens, bestuursvoorzitter van Maastricht UMC+ toe. "Implementatie is veel lastiger dan innoveren. Zelfs bij de beste nieuwe technologie blijkt telkens weer hoe lastig het uitrollen en opschalen ervan is. "En dat ligt niet alleen aan de mensen die de technologie moeten gebruiken, meent Mertens, hoewel het complex blijft om technologie te laten landen buiten de kleine groep voorlopers om. "Ook regelgeving en financiën kunnen een belemmering vormen."
Potentie van data
Digitale technologie kán medewerkers ondersteunen en hun werkplezier vergroten door bijvoorbeeld administratieve en simpele taken uit handen te nemen. Bestuurders zien zowel voor klinische, als operationele taken de potentie van data, kunstmatige intelligentie en predictive analytics. In het Philips-onderzoek geven Nederlandse bestuurders echter aan dat ze hulp nodig hebben om optimaal gebruik te kunnen maken van data en digitale technologie, en verbeteringen nodig zijn zoals:
- Inzicht in hoe data binnen de zorginstelling wordt gebruikt (49%).
- Het trainen van medewerkers in het gebruik van data (38%).
- Investeringen in cloud computing tools en diensten (29%).
- Interoperabiliteit/het ontbreken van datastandaarden (27%).
- Het ontbreken van systemen en protocollen voor databeveiliging en -privacy (24%).
“Bestuurders zien nog belemmeringen op het gebied van data-uitwisseling en de implementatie van technologie”, stelt Philips Benelux-CEO Kempeneers. “Als gezondheidstechnologiebedrijf kunnen wij hier een rol spelen door hen te ondersteunen en te helpen met oplossingen. In Nederland hebben we al samenwerkingen met onder andere het Bravis Ziekenhuis, IJsselland Ziekenhuis en Flevo Ziekenhuis om innovatie en digitalisering samen te versnellen en te werken aan implementatie.”
Meer belang samenwerking
De Future Health Index toont verder dat de ondervraagde Nederlandse zorgbestuurders meer belang hechten aan samenwerking met partners op het gebied van innovatie en digitalisering dan hun Europese collega’s. Deze partners kunnen andere ziekenhuizen, zorgverzekeraars, academische instellingen en/of gezondheidstechnologiebedrijven zijn. De belangrijkste redenen om samen te werken technologieleveranciers - zoals Philips - zijn:
- Middelen om de implementatie en adoptie mogelijk te maken (30%).
- Integratie van technologische systemen binnen het ziekenhuis (28%).
- Strategische visie (26%).
- Toegang tot innovatieve technologieën (26%).
- Het trainen en opleiden van medewerkers (25%).
- Advies voor juridische zaken en regulering (24%).
- Services voor continu onderhoud (23%).
- Advies op het gebied van zorgmanagement (22%).
- Begeleiding en advies op het gebied van data-analyses (22%).
Kijk hier voor het volledige Future of Health Index-rapport.