Het gebruik van robots maakt het uitvoeren van operaties eenvoudiger en bovendien minder gecompliceerd. Dat zegt Aswin Meyer, uroloog in het St. Antonius en gespecialiseerd in nierkanker. Inmiddels doet hij 50 á 60 robotoperaties per jaar. In de toekomst ziet hij een steeds belangrijkere rol voor de robot.
Door te opereren met de robot is er volgens Meyer veel minder kans op complicaties. “Je kunt de afwijking veel gerichter aanpakken, waardoor opereren veel veiliger is geworden. Er hoeft een minder groot gebied verwijderd te worden, waardoor schade aan de nier minder voorkomt.” Bovendien herstellen patiënten sneller na een operatie met de robot.
Als grootste voordeel noemt Meyer dat dankzij de robot de diagnose nierkanker niet langer automatisch een nierverwijdering betekent. “Hierdoor kunnen we ook ingrepen doen, die eerder niet mogelijk waren. Omdat we met de robot niersparend kunnen werken, kunnen we nu ook patiënten met een zwakkere gezondheid opereren, die we eerder niet konden helpen.”
De urologen waren rond 2012 een van de eersten die in het St. Antonius Ziekenhuis een robot gebruikten voor hun operaties. Vooral de prostaat was populair, maar de robot werd vanaf de beginjaren ook vaak ingezet bij operaties aan de nier.
Joystick
“De prostaat en nier zijn relatief makkelijk te opereren met de robot”, legt Meyer uit. “Deze organen liggen vrij ‘vast’ in het lichaam en zijn niet zo beweeglijk, wat maakt dat ze eenvoudiger te bereiken zijn met de robot.” Meyer heeft zich als uroloog gespecialiseerd in het verwijderen van afwijkingen uit de nier. “De uitdaging hierbij is om de nierfunctie in tact te houden en alleen de tumor te verwijderen. Voorheen was het zo dat we bij nierkanker geen andere keuze hadden dan de gehele nier te verwijderen, maar dankzij de robot hoeft dit niet meer.”
Tijdens de operatie maakt Meyer als eerste vijf heel kleine steekgaatjes in de buik van de patiënt en bevestigt de instrumenten die hij nodig heeft aan de armen van de robot. Vervolgens neemt hij plaats achter de DaVinci robot en bestuurt met een soort joystick de robotarmen. Door middel van een 3D-camera ziet hij op een scherm heel precies de bewegingen die hij uitvoert.
“Het is technisch natuurlijk heel mooi dat dit kan”, vertelt Meyer enthousiast. “Dankzij het driedimensionale beeld zie je heel goed wat je doet. Door de joystick heb je heel veel bewegingsvrijheid en kun je de instrumenten vanuit alle hoeken in brengen. Je kunt dus overal veel beter bij, waardoor je de tumor preciezer kunt bereiken én verwijderen.”
Toekomst
Meyer heeft in het begin wel wat moeten wennen aan het opereren met de robot. “Het is natuurlijk heel anders werken, maar het heeft mijn werk zeker interessanter en uitdagender gemaakt.” In de toekomst ziet hij een steeds belangrijkere rol voor de robot. “De eerste vijf tot 10 jaar zeker. Of we de jaren erna ook nog veelvuldig gebruik maken van de robot vind ik lastiger te zeggen. Misschien hebben we dan wel weer wat nieuws uitgevonden. De ontwikkelingen staan gelukkig nooit stil.”
