Speciaal rekeninstrument bepaalt risico van stoppen met epilepsiemedicatie

di 16 mei 2017 - 14:29
Nieuws

Met een speciaal ontwikkeld rekeninstrument kunnen neurologen voortaan bepalen of en zo ja, welk risico epilepsiepatiënten lopen als zijn hun medicatie willen afbouwen. Het instrument is ontwikkeld door onderzoekers van het UMC Utrecht Hersencentrum. Met behulp ervan kunnen neurologen patiënten die willen stoppen met medicijnen tegen epilepsie, veel meer advies op maat geven.

Als patiënten na behandeling met geen aanvallen meer hebben, willen zij vaak hun medicatie afbouwen. Daar zit wel een risico aan: de aanvallen kunnen terugkeren. Dit risico is voor de ene patiënt hoger dan voor de andere. De ontwikkelde rekentool maakt het mogelijk om het individuele risico te bepalen, aldus het UMC Utrecht. De resultaten van het onderzoek zijn op 5 mei in het tijdschrift the Lancet Neurology online gepubliceerd.

Per individu risico bepalen

Bij ten minste een derde van de aanvalsvrije mensen komen de aanvallen terug tijdens of na het staken van deze medicijnen . Het bepalen van het exacte risico voor een persoon was tot nu toe niet mogelijk. “Wat dit onderzoek zo waardevol maakt, is dat we nu de mogelijkheid hebben om per individu een specifieke herhalingskans te berekenen, en ook nog eens de kans op uiteindelijke aanvalsvrijheid te bepalen” zegt hoogleraar Kees Braun, kinderneuroloog in het UMC Utrecht Hersencentrum, “we kunnen nu maatwerk leveren”.

“De ene persoon kan veel last hebben van de medicatie door bijvoorbeeld bijwerkingen,” aldus onderzoeker Herm Lamberink, die op het onderwerp zal promoveren. “Die zal misschien wel een groter risico accepteren als er een kans bestaat dat hij geen medicatie meer nodig heeft. Voor de ander ligt die balans misschien anders, omdat de gevolgen van een terugkeer van de aanvallen veel zwaarder wegen. Juist daarom is kennis over het individuele risico belangrijk: zo heeft de patiënt meer regie in deze moeilijke beslissing.”

Het model is gebaseerd op, en getoetst binnen 1.769 patiënten uit 10 verschillende groepen van drie continenten en is daarom algemeen bruikbaar, bij zowel kinderen als volwassenen.