Minister voor Medische Zorg en Sport Tamara van Ark heeft vandaag, vrijdag 3 september haar ontslag aangeboden. Haar portefeuille op het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport wordt voorlopig verdeeld tussen minister Hugo de Jonge van VWS en staatssecretaris Paul Blokhuis.
Tamara van Ark treedt om gezondheidsredenen terug als minister, zo blijkt uit een persbericht en de begeleidende Kamerbrief. Eind juli kondigde zij aan dat ze vanwege nekklachten de komende zes weken afwezig zou zijn. Het is momenteel onduidelijk wanneer ze voldoende hersteld is. De bewindsvrouw had bij VWS onder meer elektronische gegevensuitwisseling in de zorg in haar portfolio. Dit onderdeel komt nu bij De Jonge terecht.
Begin 2021 vertelde Van Ark in een interview met ICT&health onder meer dat zij voor de langere termijn de noodzaak zag om in te zetten op slimme combinaties van fysieke en digitale zorg. De belangrijkste les uit de coronacrisis was volgens haar dat de zorg schokbestendiger moet worden voor plotselinge crises.
Van Ark: onvoldoende herstel
"Helaas is er nog geen sprake van herstel op het niveau dat ik weer aan de slag kan", aldus Van Ark. "Dit werk, zowel in het kabinet als in de Kamer, vraagt 100 procent en vaak meer en dat lukt nu niet. Ik weet ook niet wanneer dat wel zo is. Daarom heb ik besloten nu terug te treden."
Van Ark heeft vrijdag 3 september de Koning haar ontslag aangeboden en de Tweede Kamervoorzitter laten weten dat ze haar Kamerzetel beschikbaar stelt. Van Ark trad op 9 juli 2020 aan bij VWS, als opvolger van Martin van Rijn, die tijdelijk de taken van Bruno Bruins had waargenomen. Bruins diende in maart 2020 eveneens wegens gezondheidsredenen zijn ontslag in.