Het ministerie van VWS heeft de handschoen opgepakt, of liever gezegd: de regie op elektronische gegevensuitwisseling in de zorg. Dit tot tevredenheid van álle partijen in de zorg, zo blijkt uit een interview met enkele betrokken medewerkers van VWS in het komende nummer van ICT&health.
Volgens Rianne Blacquière, kwartiermaker elektronische gegevensuitwisseling in de zorg, werd er met gejuich gereageerd op de brief van Bruno Bruins van december 2018 over regie op elektronische gegevensuitwisseling in de zorg. “Direct al vanuit de veldpartijen, de koepels en ICT-leveranciers - en vanuit de politiek tijdens het Algemeen Overleg van 30 januari waarin ook de brief op de agenda stond. Op het geluid van de minister dat hij regie gaat nemen op die elektronische gegevensuitwisseling had duidelijk iedereen gewacht.”
Prioriteiten gegevensuitwisseling
De brief bevatte een uitnodiging aan de partijen om zelf met een prioriteitenlijst te komen. Deze ontwikkeling loopt vooruit op de wettelijke verplichting voor digitale gegevensuitwisseling in de zorg die minister Bruins ook in de brief aankondigde. Criteria waren onder meer dat het om een concrete uitwisseling moest gaan in een transmuraal zorgproces, dat er al relevante veldnormen, richtlijnen en informatiestandaarden voor taal en techniek beschikbaar moeten zijn – of op afzienbare termijn komen – en natuurlijk draagvlak. Blacquière: "We hebben vier consultatiesessies belegd, wat leidde tot meer dan veertig voorstellen.”
Op basis van alle voorstellen is een eerste van 13 onderwerpen gekozen om mee te starten, waaronder acute Ambulanceoverdracht Spoedeisende Hulp, medicatie verstrekken en toedienen en beelduitwisseling pathologie. Om optimaal aan te sluiten op de praktijk en de ontwikkeling binnen deze eerste set zo rugwind te kunnen geven, wordt gekeken naar wat er al gebeurt, bijvoorbeeld in de VIPP-programma’s. Dit geeft een afbakening van wat nog moet gebeuren, wie daarin een rol kan spelen en welk tijdpad mogelijk is.
Met de eerste stappen zetten hoeft overigens niemand te wachten totdat de wettelijke verplichting een feit is, zegt Ron Roozendaal (directeur informatiebeleid). “Juist het gegeven dat partijen weten dat een wettelijke verplichting op elektronische gegevensuitwisseling in de zorg in ontwikkeling is, kan een aansporing zijn om nu al stappen te zetten.”
Grotere regierol
In oktober 2018 stelde minister Bruins (Medische Zorg & Sport) al dat hij keek naar de mogelijkheid voor VWS om een grotere regierol te pakken bij het stimuleren van gestandaardiseerde gegevensuitwisseling. In december gaf de bewindsman aan dat er een wettelijke basis komt die digitale, gestandaardiseerde gegevensuitwisseling verplicht voor alle betrokken partijen in de zorg. Deze maand (april 2019) zou er een concreet plan van aanpak moeten liggen.
Aanleiding was onder meer, maar niet alleen, berichtgeving van de NOS over de negatieve impact van niet communicerende informatiesystemen in de zorg: op administratieve lasten van zorgprofessionals en de veiligheid van patiënten. Ondanks alle initiatieven vanuit onder meer het Informatieberaad Zorg blijft gebrek aan interoperabiliteit en eenvoud in gegevensuitwisseling een groot probleem.
Dit terwijl uiterlijk in 2020 deze interoperabiliteit en feit moet zijn, ook om dat patiënten vanaf dan het wettelijk recht hebben op volledige inzage in al hun medische gegevens, om zo meer regie over de eigen gezondheid te krijgen.
ICT&health editie nr. 2, 2019 verschijnt op 19 april