‘Wearable vaak nog te ingewikkeld voor gebruiker’

di 14 mei 2019 - 09:53
wearable
Technologie
Nieuws

Mensen met een chronische ziekte zoals suikerziekte, artrose of COPD ervaren commercieel verkrijgbare activiteitenmeters vaak als te ingewikkeld, zo blijkt uit een nieuwe studie van onderzoekers van Zuyd Hogeschool. De resultaten van de studie, uitgevoerd binnen het Brightlands Innovation Program Limburg Meet (LIME) bij mensen met een chronische ziekte, zijn gepubliceerd in het internationale, wetenschappelijke tijdschrift Disability and Rehabilitation.

Het onderzoek is een van de eerste studies, gericht op het daadwerkelijk gebruik van activiteitenmeters in de dagelijkse zorgpraktijk en daarbij gefocust op de ervaringen van patiënten. Het gebruik van activiteitenmeters, ook bekend als wearables, wordt eind 2019 waarschijnlijk aanbevolen in de herziene COPD-richtlijn van het Koninklijk Nederlands Genootschap voor Fysiotherapie.

Uit de studie komt naar voren dat commercieel verkrijgbare wearables patiënten en therapeuten in een behandeling weliswaar kunnen ondersteunen, maar het aanbieden van activiteitenmeters aan zorgprofessionals zoals fysiotherapeuten en patiënten, nog niet betekent dat deze ook hiervoor worden gebruikt.  De fysiotherapeut zou de activiteitenmeter daarom beter moeten integreren in zijn behandeling, stellen de onderzoekers. 

Om dit te realiseren is meer aandacht en onderzoek nodig naar de integratie van deze meters in het behandelingstraject. Bijna alle deelnemers aan het onderzoek gaven ondanks de belemmeringen aan dat ze gemotiveerd werden door de activiteitenmeter om actiever te zijn.

Ontoereikende instructies funest voor gebruik

Activiteitenmeters hebben vaak als standaarddoel om 10.000 stappen per dag te zetten. Voor de meeste patiënten was dit doel te hoog waardoor het soms juist demotiverend werkte. Het was voor hen niet duidelijk dat ze dit doel zelf konden bijstellen. Dat de activiteitenmeters als te complex ervaren worden, komt vooral doordat de meeste meters te ingewikkeld zijn en door ontoereikende instructies van zowel van de therapeut als in de handleiding.

In het kwalitatieve onderzoek hebben 29 mensen met een chronische ziekte zoals suikerziekte of artrose, een of meerdere activiteitenmeters gebruikt in hun dagelijks leven en tijdens hun fysiotherapiebehandeling. Daarnaast is een kader ontwikkeld waarbinnen de belangrijkste ervaringen van deze mensen zijn uiteengezet, zoals gebruiksgemak of benodigde instructies. Dit kader kan ook door andere onderzoekers gebruikt worden in hun onderzoek op het gebied van ervaringen van mensen bij technologie in de zorg.