Zeldzame kanker beter te behandelen met bestaande medicatie

wo 20 september 2017 - 16:12
Nieuws

Via DNA-analyse kunnen patiënten met bepaalde DNA-kenmerken voortaan behandeld worden met medicijnen die effectief zijn bij andere soorten kanker die dezelfde DNA-kenmerken delen. Dat blijkt uit een Nederlands, nationaal 'multi-drug' en 'multi-tumor' onderzoek. Als basis wordt een landelijke bioptendatabase gebruikt. Veel patiënten reageren goed op de alternatieve behandeling en er wordt nu gekeken naar bredere toepassing.

De eerste resultaten tonen dat een dergelijk onderzoek niet alleen praktisch uitvoerbaar is, maar het ook mogelijk maakt om subgroepen van patiënten te identificeren voor wie behandeling met bestaande medicatie, buiten de geregistreerde indicatie, effectief kan zijn. De studie werd onlangs gepresenteerd op het ESMO 2017 Congres te Madrid, zo schrijft het Antoni van Leeuwenhoek Ziekenhuis (AVL).

Binnen het Center for Personalized Cancer Treatment (CPCT), een netwerk van ruim 40 Nederlandse  ziekenhuizen in Nederland, worden systematisch biopten verzameld van patiënten met uitgezaaide kanker. De biopten worden door de Hartwig Medical Foundation geanalyseerd via Whole Genome Sequencing (WGS), met als doel de opbouw van een nationale DNA database. Momenteel bevat de database de gegevens van zo'n 2.000 patiënten met uiteenlopende diagnoses en behandelingen.

Overeenkomsten tussen tumoren in kaart

"Door het hele genoom van zoveel patiënten in kaart te brengen, vinden we overeenkomsten tussen tumoren en DNA-afwijkingen,” vertelt een van de  hoofdonderzoekers prof. Emile Voest in het Antoni van Leeuwenhoek in Amsterdam. “Of er afwijkingen zijn in het ERBB2 gen, bijvoorbeeld, wordt normaals gesproken vooral onderzocht voor patiënten met borstkanker. Terwijl we weten dat deze afwijkingen ook kunnen voorkomen in andere soorten kanker."

Nu deze patiënten geïdentificeerd kunnen worden, is volgens Voest de volgende vraag hoe zij kunnen profiteren van bestaande, mogelijk effectieve medicijnen? Deze vraag vormt de basis voor bovengenoemd onderzoek, het 'Drug Rediscovery Protocol (DRUP)', waarin momenteel 19 verschillende medicijnen van 10 farmaceutische bedrijven beschikbaar zijn.

70 patiënten gestart met alternatieve behandeling

Sinds de studie eind 2016 van start is gegaan, zijn ruim 250 patiënten aangemeld ter beoordeling of de studie voor hen geschikt is. Ongeveer 70 hiervan zijn inmiddels gestart met de studie behandeling. Volwassen patiënten met verschillende vormen van kanker voor wie geen reguliere behandelopties meer voorhanden zijn, kunnen aan de studie meedoen. Patiënten worden op basis van tumor type, DNA-kenmerk en studie medicijn ingedeeld in verschillende parallelle onderzoeksgroepen.

Voest hierover: "Op basis van preklinisch bewijs en casusbeschrijvingen weten we dat sommige medicijnen, die effectief zijn voor patiënten met een bepaald tumor type en genetisch kenmerk, even effectief kunnen zijn voor patiënten met datzelfde genetische kenmerk, maar met een ander soort tumor. Tegelijkertijd weten we dat het tumor type ook heel belangrijk is. Daarom worden de cohorten niet alleen ingedeeld op basis van genetische kenmerken, maar ook op basis van het soort kanker."

Effectiviteit medicatie geanalyseerd

De effectiviteit van elk medicijn wordt per cohort in twee fasen geanalyseerd.

  • In fase één worden acht patiënten, met hetzelfde tumor type en genetische kenmerk, behandeld.
  • Als deze groep goed op de behandeling reageert, wordt het cohort in fase twee uitgebreid naar 24 patiënten, om zo een beter beeld te krijgen van het behandel effect van dat medicijn voor die indicatie.

Een goed effect is hierbij gedefinieerd als complete remissie, gedeeltelijke  respons (waarbij het tumor-volume minstens 50% afneemt), of stabilisatie van de ziekte gedurende minstens 16 weken, aldus de onderzoeker van het AVL.
Tot nu toe reageert 37 procent van de patiënten goed op de behandeling. Zes van de 20 cohorten kunnen nu uitbreiden naar fase twee, vertelt Voest. "We hebben een aantal heel mooie resultaten gezien met verschillende medicijnen, waaronder immuuntherapie, een PARP-remmer en een antilichaam combinatie. Ons team is bijzonder enthousiast over deze resultaten. Iedereen weet dat het ontwikkelen van nieuwe medicijnen een lang en kostbaar proces is. Met deze studie bieden we een platform waarmee de indicaties van bestaande medicijnen uitgebreid kunnen worden, zodat we deze medicijnen optimaal kunnen benutten.”

Nieuwe bevindingen breder toepassen

Bestaande medicijnen breder inzetten op basis van DNA-analyse (sequencing) is een hele nieuwe aanpak om de geneeskunde te personaliseren, meent Voest. “In overleg met de zorgautoriteiten bekijken we momenteel hoe we nieuwe bevindingen in dit veld zo snel mogelijk toepasbaar kunnen maken voor patiënten.”