Het is al weer een aantal weken geleden dat ik via internet zat te kijken naar de #Appathon die werd georganiseerd door het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn & Sport. Ik zat toen vier weken in zelfisolatie bij mijn ouders. Daar voelde ik mij in deze crisis het meest veilig, omdat ik het aantal noodzakelijke contacten hiermee enorm beperk.
In mijn eigen huis ben ik namelijk afhankelijk van 24/7 zorg op afroep en zie ik veel verschillende zorgverleners. En dat voelt bedreigend, want ik heb een kwetsbare gezondheid. Volgens mijn longarts zou ik een heftige vorm van corona zelfs op een intensive care niet overleven. Een beangstigend idee. Een track & trace-app kon er wat mij betreft niet snel genoeg komen. Niet snel genoeg kon corona worden ingedamd. Ik wilde weer de straat op kunnen. Reizen. Mijn vrijheid herpakken!
De verwachting die ik had – gebaseerd op pure angst - moest ik bijstellen. Als er een app zou komen, dan zou het een middel zijn en niet de oplossing. Inmiddels zijn we een aantal weken verder en maakt mijn angst steeds meer plaats voor kansen.
Digitaal communiceren met huisarts
Zo kreeg ik vroeg in de crisis bericht van mijn huisarts dat zij was overgestapt naar communicatie via een digitaal portaal. Erg fijn, helemaal omdat ik de huisartsen als een groep ken die niet per se voorlopers zijn op het gebied van technologie.
Toevallig dat ik juist nu contact met haar wilde en het met gemak kon. Geen telefonische wachtrijen, maar helemaal op mijn moment en in mijn tempo contact. Ik wilde best even wachten op haar antwoord. Ik kon haar zeggen wat ik wilde, wat er door mij heenging. Dat luchtte al op. Mijn huisarts voelde dicht bij mij, ook al was ik fysiek een eind van haar verwijderd. Het gesprek kunnen aangaan op een (digitale) manier die bij mij past, gaf rust. En de communicatie gaf duidelijkheid, ik wist meer waar ik aan toe was.
Ook online vergaderen gaat op rolletjes. ‘Vroeger’ maakte ik al meer dan collega’s gebruik van digitaal contact. Nu zet ik deze methodes nog meer in om met collega’s en lotgenoten te communiceren. Evenzo kan ik via deze weg de gastcolleges die ik af en toe geef, blijven geven. Al was een klas van 60 studenten in bedwang houden pittig, hoorde ik.