Technokoffer moet nut technologische hulpmiddelen in praktijk tonen

29 augustus 2019
Technokoffer moet nut technologische hulpmiddelen in praktijk tonen

De Nederlandse Organisatie voor toegepast-natuurwetenschappelijk onderzoek (TNO) verwacht in 2050 een verdubbeling van het aantal mensen met dementie ten opzichte van 2013(1). Ruim 70 procent van ouderen met dementie woont nog thuis (2). Dit levert diverse uitdagingen op (3), zoals problemen 1) met mantelzorgers of sociale netwerken, 2) gerelateerd aan veiligheid (valrisico of zwerfgedrag en 3) verminderde zelfredzaamheid (zoals bij dagstructuur en verzorging). Technologische hulpmiddelen kunnen ondersteunen in het prettig, veilig en zelfredzaam thuis blijven wonen4. Ook kunnen zij zorgpersoneel en mantelzorgers ontlasten. Goede voorlichting over deze hulpmiddelen is inmiddels een belangrijk onderdeel van het zorgproces. De Technokoffer kan hierbij helpen.

Bekend is dat beweging (zoals lopen) de cognitieve achteruitgang remt, omdat er een beroep gedaan wordt op planning, aandacht en flexibiliteit5. Technologische hulpmiddelen kunnen een belangrijke rol spelen bij het in beweging houden van thuiswonende ouderen4. Een voorbeeld is Tessa (www.tinybots.nl), een kleine robot in de vorm van een plant die ondersteunt bij de dagstructuur. Tessa kan de oudere met dementie er bijvoorbeeld aan herinneren om een blokje om te lopen of om andere oefeningen thuis te doen. 

Een ander voorbeeld van een technologisch hulpmiddel is het valdetectiesysteem. Ruim 50 procent6 van de ouderen heeft valangst. Dertig procent van de 65-plussers valt minstens één keer per jaar - de helft hiervan zelfs vaker7. Valangst wordt geassocieerd met een groter risico op vallen8 en verminderde mobiliteit9, wat bijdraagt aan cognitieve achteruitgang. 

Dit kan er weer voor zorgen dat iemand uiteindelijk niet meer thuis kan wonen. Door een valdetectiesysteem, zoals leefstijlmonitoring van Sensara (www.sensara.eu) kan de angst om te vallen afnemen10, zodat de ouderen hopelijk meer gaan bewegen. Voor zorgprofessionals (zoals fysiotherapeuten) kan het gebruik van een valdetectiesysteem de behandeling versterken. Als er thuis ook bewogen wordt en niet alleen bij de therapeut in de praktijk, verbetert dit de lichamelijke en mentale conditie11.

Onbekend maakt onbemind

Er zijn heel veel technologische hulpmiddelen. Veel ervan zijn nog onbekend bij zorgprofessionals, mantelzorgers en hun cliënten. Voorlichting – zoals via informatiebijeenkomsten - kan de bekendheid van deze hulpmiddelen vergroten. Daarbij is het van belang dat de betreffende technologische hulpmiddelen ook kunnen worden ‘vastgehouden’ en uitgeprobeerd. Dit heeft geleid tot de ontwikkeling van de Technokoffer.

Samen met de Fontys Paramedische Hogeschool, Dementie Ondersteuning en Trainingscentrum (DOT: de Wever) en de Brabantse Proeftuin Dementie is een klein onderzoek uitgevoerd naar de meningen over voorlichting met behulp van deze Technokoffer: een koffer gevuld met technologische hulpmiddelen (zie kader). 

Doelgroepen

De informatiebijeenkomsten waarop de technokoffer wordt ingezet, zijn gericht op twee doelgroepen: 

1) mantelzorgers en burgers 

2) zorgprofessionals.

Een medewerker van het DOT (de Wever) geeft de bijeenkomsten in onder meer zorgcentra, beurzen, symposia of een locatie op aanvraag. Voor bovengenoemd onderzoek zijn alleen de voorlichtingsbijeenkomsten in de regio Tilburg meegenomen. 

Een ondersteunende PowerPointpresentatie – aangepast aan de doelgroep - bevat onder andere ondersteunende filmpjes over het gebruik van de technologische hulpmiddelen. De Technokoffer zelf maakt de presentaties interactiever. De hulpmiddelen zijn tastbaar en werken. Dit roept sneller vragen op en zo kan er een discussie plaatsvinden over (het gebruik van) de hulpmiddelen.

Positieve ervaringen

Mensen die de informatiebijeenkomst bezocht hadden, vonden het prettig dat technologische hulpmiddelen met een voorlichting onder de aandacht werden gebracht. Voor hen was er nog veel onbekend.

Hulpmiddelen als de tablet en medicatiedispensers waren wel bekend, maar een tablet is vaak al een drempel omdat niet iedereen weet hoe en waarvoor deze kan worden ingezet. Hulpmiddelen zoals valdetectiesystemen, gps-spotters, Tessa of leefstijlmonitoring zijn nog vrij onbekend, en worden nog niet veel ingezet bij ouderen met dementie. 

Dankwoord: bezoekers van de voorlichtingsbijeenkomsten die door ons geïnterviewd wilden worden, de Brabantse Proeftuin Dementie en het Dementie Ondersteuning en Trainingscentrum van De Wever.

Door innovation partner