Eenheid van taal voorkomt dat zorgprofessionals worden opgesloten in een toren van Babel. Het internationaal medisch terminologiestelsel SNOMED is een van de sleutels om uit die toren te ontsnappen. De coronacrisis is een actueel voorbeeld dat aantoont hoeveel winst hiermee kan worden geboekt en hoe relevant dat voor de patiëntenzorg is. Ook de behandelend arts heeft eenheid van taal nodig voor een goed totaalbeeld van de patiënt.
Elkaar verstaan is de basis
Wie Gabriëlle Speijer kent, kent ook haar tomeloze enthousiasme voor technologie in de zorg. De radiotherapeut-oncoloog in het HagaZiekenhuis en founder van CatalyzIT kan zich er helemaal in vinden te worden gezien als katalysator hiervan. “Ik ben dat dan ook met reden”, zegt ze. “Ik wilde een studie gaan doen die me in staat stelde goed voor andere mensen te zorgen, daarom werd ik dokter. Maar toen ik ging specialiseren, leek ik daar steeds minder goed toe in staat te zijn. We zien steeds meer superspecialisatie en dan weet je heel veel van een klein beetje.”
“Ik weet dat ik als arts niet onfeilbaar ben. Daarom zoek ik graag terugkoppeling bij collega’s om mijn beeld van een patiënt scherp te krijgen. Technologie kan mij daarbij helpen omdat die het kennisnetwerk verstevigt en flexibeler maakt in tijd, persoon en plaats. Bovendien vind ik dat ik als arts een compleet beeld van een patiënt moet hebben om die goed te kunnen behandelen. Daarbij gaat het om meer dan alleen de ziekte. Ik moet ook weten of hij bijvoorbeeld een intensieve kankerbehandeling aankan en een steunstructuur heeft die hem daarin faciliteert. Alleen dan kun je als arts en patiënt samen sturen.”
Bovendien, stelt Speijer, is zij niet de enige behandelaar van die patiënt. De behandeling vindt deels in de eerste en deels in de tweede lijn plaats. Het kan zijn dat de patiënt meerdere specialistische behandelingen in één ziekenhuis ondergaat of academische zorg nodig heeft, waarna de rest van het behandeltraject in het perifere ziekenhuis in zijn directe omgeving wordt voorgezet.
“En een patiënt kan ook worden geïncludeerd in een trial, plus dat de behandelaar op de hoogte wil blijven van de stand van de wetenschap, om te kunnen inschatten of wellicht een nieuwe behandeling voor die patiënt mogelijk is. Nog afgezien van het feit dat de arts zelf ook onderzoek wil kunnen doen.”
Data delen
Dit alles vraagt om data en het delen ervan. Om te zorgen dat iedere behandelaar die data begrijpt, is eenheid van taal essentieel. “Zonder data, zonder toepassing van technologie, kan ik geen goede dokter voor mijn patiënten zijn”, stelt Speijer. “Maar je moet data wel kunnen ordenen én kunnen duiden. Juist daarom ben ik zo enorm enthousiast over SNOMED. Dit is een levend semantisch woordenboek dat weliswaar nog niet perfect is, maar dat wel de potentie heeft om dat ordenen en duiden zodanig in te richten dat we als artsen grip krijgen op de technologie, in plaats van dat die ons stuurt en bepaalt hoe wij werken.”
"SNOMED geeft artsen grip op de technologie"
SNOMED is een term die de meeste artsen niet zoveel zal zeggen, maar dat is eigenlijk ook niet zo belangrijk. Wel belangrijk is dat het een internationaal medisch terminologiestelsel is, dat al in meer dan 50 landen wordt gebruikt en ervoor zorgt dat zorginformatiestelsels dezelfde (technische) taal spreken. Een systematisch opgebouwd stelsel van medische termen met de bijbehorende synoniemen, ontwikkeld voor en door zorgverleners. De termen uit SNOMED worden in de directe patiëntenzorg gebruikt om klachten, symptomen, omstandigheden, ziekteprocessen, interventies, diagnoses, resultaten en besluitvorming eenduidig vast te leggen.