De Wet elektronische gegevensuitwisseling in de zorg (Wegiz) is vanaf 1 juli 2023 van kracht en verplicht zorgaanbieders om zorggegevens elektronisch uit te wisselen. eOverdracht (elektronische verpleegkundige overdracht) is een van de vijf geprioriteerde gegevensuitwisselingen onder de Wegiz. Bij het overdragen van een patiënt of cliënt naar een andere zorgverlener, verhuizen de gegevens van patiënt of cliënt mee. Vaak moet een verpleegkundige bij een overdracht deze gegevens opnieuw vastleggen. De verwachting is dat eOverdracht tijd bespaart, de kwaliteit van zorg verbetert en fouten vermindert. We bespraken de voortgang met betrokkenen.
“De Wegiz is een kaderwet die de kaders aangeeft voor het verplichten van het elektronisch uitwisselen van gegevens”, begint Ulco de Boer, beleidsadviseur gegevensuitwisseling bij het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS). “We vinden het belangrijk dat de uitwisseling elektronisch plaatsvindt en bij voorkeur gestandaardiseerd op basis van een NEN-norm. Vanuit VWS zijn we nu bezig om te zorgen dat er een NEN-norm komt voor de elektronische verpleegkundige overdracht.”
Dat kan op twee manieren: door te verplichten om elektronisch uit te wisselen zonder voor te schrijven hoe dat moet, of door dat op een gestandaardiseerde wijze te doen. Omdat het in de praktijk ondoenlijk zal zijn tegelijkertijd aan alle verplichtingen te voldoen, is ervoor gekozen om per specifieke gegevensuitwisseling een wettelijke verplichting te maken. De Boer hierover: “Daarvoor hebben we in overleg met het zorgveld en het Informatieberaad Zorg vijf gegevensuitwisselingen gekozen die prioriteit hebben. De eOverdracht is er hier één van.”
Testen met eOverdracht
Op dit moment wordt eOverdracht nog niet gebruikt. Een grote groep zorgorganisaties die eerder deelnam aan de voormalige regeling InZicht, (vergelijkbaar met de stimuleringsregeling VIPP voor gegevensuitwisseling in sectoren zoals ziekenhuizen) werkt nu nauw samen met VWS en haar partners aan de doorontwikkeling van eOverdracht.
“We zitten in een testsituatie waarmee we testoverdrachten kunnen doen die nog niet volledig zijn. Ook de leveranciers zijn nog niet klaar zijn met hun werk. Wanneer alles technisch in orde is, moeten we nog het nodige aan procesoptimalisatie en adoptie doen”, vertelt Sytze Jan Geertsma, projectleider van het Samenwerkingsverband Friesland. “Daarnaast zal goede invulling gegeven moeten worden aan standaardisatie. We hebben namelijk gemerkt dat de interpretatie van gegevens - door gebrek aan eenheid in taal - nog wel eens tot problemen leidt. De interpretatie van de ene leverancier hoeft niet altijd de interpretatie te zijn van de andere. Op het moment van overdracht merk je pas dat die interpretatieverschillen er zijn.”
Transformatie bij verpleegkundigen
“Om voor de verpleegkundige waarde te creëren moet er technisch nog het nodige gebeuren. Dat gaat met name over hoe je je identificeert als zorgverlener en dat het bruikbare data oplevert in de eOverdracht”, zegt Wikje Muller-Draaistra, Chief Nursing Information Officer (CNIO) bij ouderenzorgorganisatie de Kwadrantgroep.
Muller-Draaistra verwacht dat de beroepsgroep een hele transformatie zal moeten doormaken als het gaat om gegevensuitwisseling. “Enerzijds gaat het om het goed vastleggen van gegevens op de juiste plekken, zodat we die uit de systemen kunnen halen. Anderzijds moeten we gegevens in één taal én op een dusdanige manier vastleggen dat de informatie over de sectoren heen voor iedereen begrijpelijk is. Het is belangrijk dat je kunt vertrouwen op data. Dat bijvoorbeeld geen gegevens worden gedeeld die niet recent zijn of zodanig zijn vastgelegd dat ze verkeerd geïnterpreteerd kunnen worden.”
Techniek en praktijk
Voor verpleegkundigen en anderen in de zorgketen zal eOverdracht veel tijd besparen, verwacht Muller- Draaistra. “Bovendien kun je er betere kwaliteit van zorg mee leveren, omdat je over de juiste informatie beschikt. Vanuit mijn ervaring in de wijkverpleging weet ik dat je met hoogwaardige informatie vanuit het ziekenhuis interventies in de thuiszorg goed kunt inzetten en dus: meer kwaliteit van zorg kunt leveren.”
Ze vindt wel dat de focus soms veel op techniek ligt en dat ook goed gekeken moet worden naar het gehele verpleegkundige proces, waarop eOverdracht grote impact zal hebben. “Het gaat best wat inspanning vragen van onze beroepsgroep. Ik denk dat de zorgverleners moeten samenwerken met technische mensen, zodat de techniek daadwerkelijk aansluit bij het dagelijkse werk van verpleegkundigen.”
Overdrachtsmomenten
Bij het samenwerkingsverband in Friesland is onder meer ervaring opgedaan in de geriatrische revalidatie zorg. Als iemand met een gebroken heup in het ziekenhuis terechtkomt en daarna gaat revalideren in een revalidatiecentrum, om vervolgens naar huis te gaan en daar thuiszorg te krijgen, heb je te maken met drie verschillende organisaties: het ziekenhuis, het revalidatiecentrum en de thuiszorg, aldus Geertsma.
“Tussen die organisaties zitten steeds overdrachtsmomenten waarbij nu nog vaak gegevens opnieuw gevraagd worden die vervolgens uitgeprint of in pdf-vorm met de patiënt meereizen. Bij een nieuwe organisatie wordt er dan een nieuw dossier gemaakt, worden gegevens ingevoerd en vinden een heleboel dubbele handelingen plaats die voorkomen kunnen worden. Met eOverdracht worden de gegevens één keer ingevoerd waarna deze hergebruikt worden en de patiënt dus niet steeds dezelfde vragen hoeft te beantwoorden. De datakwaliteit kun je met elektronisch uitwisselen ook beter garanderen dan met een overdracht in papieren vorm of als pdf en beeldmateriaal op dvd’s.”
Cliëntniveau
Het belang van eOverdracht en digitalisering in bredere zin, is groot gezien de uitdagingen in de zorg. “De vraag gaat omhoog, maar we hebben minder mensen. Daarom werken we in Friesland als VVT-aanbieders samen aan de doelstellingen van de digitaliseringsparagraaf van het IZA”, benadrukt Ester Kuiper, raad van bestuur van de KwadrantGroep. “Er is veel gebeurd qua inzicht maar de voortgang op dit vlak is onvoldoende.”
Zo ziet Kuiper nog geen verschil in de werkelijkheid die verpleegkundigen ervaren. Het dubbel registeren en het ontbreken van de juiste informatie wanneer je het nodig hebt, leidt tot allerlei extra handelingen. “Dit is onacceptabel vanuit cliëntniveau (kwaliteit), vanuit medewerkersniveau (aantrekkelijkheid van het vak) en vanuit organisatieperspectief (want duur). Maar we moeten door de complexiteit heen werken. Niets doen is geen optie.”
Meer weten?
Meer informatie is te vinden op www.samenwerkenaaneoverdracht.nl. Organisaties die aan de slag willen met eOverdracht, kunnen contact opnemen met Bureau eOverdracht via eoverdracht@ictu.nl.
Wegiz en PGO
Wegiz was oorspronkelijk bedoeld voor het verplichtstellen van gegevensuitwisseling tussen zorgverleners, niet tussen zorgverlener en patiënt. Voor patiënten werd de Persoonlijke GezondheidsOmgeving (PGO) al ontwikkeld. Echter, de Tweede Kamer heeft een amendement goedgekeurd waardoor de Wegiz is uitgebreid. Daarin staat dat als zorgverleners gegevens delen, dit ook beschikbaar moet komen voor de patiënt via de PGO.