Onderlinge reflectie in de spiegel van technologie en menselijkheid

15 februari 2024
Onderlinge reflectie in de spiegel van technologie en menselijkheid
Robotica
Premium

Robots en kunstmatige intelligentie (AI), je ontkomt er niet meer aan. Overal wordt vlijtig geschreven, gepraat of gefilosofeerd over de integratie van deze veelbelovende technologie in het menselijk leven, ook binnen zorg en welzijn. We praten volop over voordelen, nadelen, risico’s, kansen. En vooral over de uitdaging om een passend evenwicht te vinden tussen de onuitputtelijke mogelijkheden van de technologie en het tegelijkertijd (zeer belangrijk) behouden van onze menselijke waarden en verantwoordelijkheden.

In de zorgsector is het al jaren bekend: het is cruciaal voor zorgbehoevenden om zo lang mogelijk zelfstandig te kunnen functioneren. Wanneer zij hulpbehoevend worden, is het belangrijk dat ze zoveel mogelijk zo lang mogelijk zelf kunnen blijven doen. Sterker nog, zodra anderen deze taken overnemen, gaan vitale en cognitieve functies vaak snel achteruit. 

Tegelijkertijd vergt dit soort persoonlijke zorg veel tijd, geduld en begeleiding. Bronnen die in ons huidige zorgsysteem beperkt zijn. Hierin kan robotica een vitale rol spelen. Met robots heeft de mens een onvermoeibare assistent aan zijn zijde die 24/7 beschikbaar is, zich volledig aanpast aan de individuele behoeften en kan multi-functioneren als coach, leraar, therapeut of metgezel. 

Bedreigende aspecten

Kunstmatige intelligentie heeft naast veel potentie ook bedreigende aspecten op privacy- gebied. Als AI voor commerciële doeleinden wordt gebruikt, wordt de mens mogelijk ondergeschikt gemaakt aan de gevaren van de technologie. Daarentegen geldt dat als AI wordt ingezet op persoonlijk niveau van de mens, dit ook kan leiden tot meer gelijkheid tussen mensen. Doordat mensen zelfredzamer, wijzer of bekwamer worden middels een robot en autonoom kunnen meedraaien in de maatschappij. 

Robotica kan veel voordelen met zich meebrengen en het leven van mensen verrijken. Juist doordat robots helpen om als (kwetsbare) mens sterker te staan en toegang te hebben tot nieuwe mogelijkheden, vaardigheden, competenties, kennis. Dan moet wel de juiste ontwerper aan het roer staan. Want wie is nou werkelijk de grootste dreiging achter moderne technologie zoals AI en robots? Is dat de technologie zelf of de mens erachter?

Oordelen over robots

Het is jammer dat robots en AI (en de risico's ervan) tegenwoordig vaak gelijkgesteld worden aan elkaar. De rol van de mens maakt kunstmatige intelligentie een risicovolle ontwikkeling, niet de technologie zelf. Robots vinden niet zichzelf uit en zijn op zichzelf geen bedreiging. Hoe de mens invulling geeft aan de ontwikkeling van robots vormt de dreiging.

Het is gemakkelijk om technologie de schuld te geven van de problemen die ze zou kunnen veroorzaken. Maar de verantwoordelijkheid ligt bij de mens die deze technologieën ontwerpt, implementeert en gebruikt. De geschiedenis leert ons dat elke technologische vooruitgang zowel positieve als negatieve gevolgen kan hebben, afhankelijk van hoe ze wordt gebruikt. Dat is bij robots niet anders.

Eigen regie op programmering

Wat als de zorgbehoevende mens nadrukkelijker aan het roer zou staan bij het aansturen van het (zelf)lerend proces van de robot? Een soort gesloten circuit waarbinnen de mens en de robot alleen met elkaar op lokaal niveau persoonlijke data uitwisselen. De robot functioneert daarbij via specifiek door de gebruiker zelf bepaalde leerregels voor interactie en historie. Een stand-alone robot in huis, zou dat niet een mooie optie zijn? Die volledig onder regie en programmering staat van de gebruiker. Dit zou de gebruiker volledige controle geven over de interactie met de robot, waarbij persoonlijke voorkeuren en privacy worden gerespecteerd. 

Wellicht zou deze vorm van inzet de controle terug kunnen plaatsen in de handen van de individuele mens. Waardoor zowel een persoonlijke, veilige als op maat gemaakte zorgervaring ontstaat. Deze zelfregulerende robots kunnen de manier waarop we denken over persoonlijke zorg mogelijk in positieve zin veranderen. 

We moeten de zorg uit handen durven te geven, we moeten leren om het idee los te laten dat het allemaal sneller en beter gaat als we het zelf (blijven) doen. We hebben onszelf te veranderen naar een coach voor robotica-technologie in plaats van continu de kritische veroordelaar te blijven. Het zou onze ambitie en ultieme doel moeten zijn om robots te leren om de allerbeste zorgmedewerkers van de (nabije) toekomst te worden. Net zoals we kinderen groot brengen om een rol te leren oppakken in onze maatschappij. Het kan ons zoveel meer brengen als we naar de synergie tussen robots en mensen kunnen kijken voor onze zorg en welzijn toekomst.

Tone of voice

We lijken bij de discussie over robotica en AI ook vaak op afstand naar iets buiten onszelf te kijken. Erover nadenken, onze mening ventileren en verder afwachten op wat nog komen gaat en ondertussen vinden we er van alles van. Het gaat veel over de robots en in mindere mate over de mens. Terwijl het in werkelijkheid juist met name over onszelf gaat. Kunnen wij als mens wel omgaan met zoiets beloftevols als robots ter verrijking van ons leven? Hebben we het wel voldoende met elkaar over die inhoud, de kritische kant van deze ontwikkelingen? De rol van de mens is essentieel in dit proces. Niet alleen in het perspectief van ontwerp en ontwikkeling, maar ook onze rol als uiteindelijke metgezel van de robot. 

De mens is de eindgebruiker van AI-technologie en heeft daarmee ook deels de verantwoordelijkheid om zichzelf te beschermen. Tegen de gevaren van AI én tegen zichzelf. Soms lijken we onze kop in het zand te steken, weg te kijken en alle risico’s bij de technologie te leggen. We zouden meer met onszelf en óver onszelf moeten praten, als het om robots en AI gaat. 

Als mens en robot elkaar in de spiegel aankijken, wat zien ze dan? Wat ziet de mens bij zichzelf, wie zijn wij als mens en hoe beinvloedt ons 'zijn' de ontwikkeling van robots? Wat zijn onze eigen behoeften, spelregels, valkuilen als het om integratie van robots in ons leven gaat. Wij behoren dat te bepalen, als mens, als eindgebruiker. Niet de grote commerciele bedrijven die AI geregeld vaak om hele andere redenen willen integreren in onze maatschappij.

Goed in de ogen kijken

Het is tijd dat we elkaar – mens en machine – eens goed in de ogen kijken en erkennen dat de toekomst van robotica en AI in de zorg een gedeelde verantwoordelijkheid is. We moeten de risico's niet alleen toeschrijven aan de technologie zelf, maar ook nagaan hoe wij, als menselijke ontwerpers en gebruikers, deze technologie vormgeven en toepassen. De sleutel tot een veilige en effectieve integratie van robotica in de zorg ligt in onze bereidheid om te leren, aan te kunnen passen en bovenal ethisch te handelen. De toekomst waarin robots en mensen samenwerken, biedt ongekende mogelijkheden. Het kan een wereld zijn waarin technologie ons niet alleen helpt bij het uitvoeren van taken, maar ook bij het verbeteren van de kwaliteit van leven en het bevorderen van zelfredzaamheid. Dit vraagt echter om een bewuste en doordachte benadering van de ontwikkeling van robots, met een sterke focus op de behoeften, veiligheid en waarden van de mens.

Nieuwe relatie met robots

Als we het potentieel van robotica en AI volledig willen benutten, moeten we bereid zijn om de complexiteit en de ethische uitdagingen die ze met zich meebrengen, onder ogen te zien. Dit betekent dat we zowel de voordelen als de risico's moeten afwegen en een pad moeten vinden dat ons als mens vooruit helpt, zonder onze fundamentele waarden en principes op te offeren. 

Het is tijd om een nieuwe relatie met robots te omarmen, gebaseerd op wederzijds respect, samenwerking en een diep begrip van onze gedeelde verantwoordelijkheden. Het gaat niet alleen om de technologie, het gaat ook om onszelf. Wij bepalen wat we ontwikkelen, wat we toelaten in ons persoonlijke leven. Wij bepalen of we wegduiken voor onze eigen invloed in dit proces of niet.

De spiegel 

Wanneer mens en robot elkaar in de spiegel aankijken, zien ze een reflectie van zowel de voor- als nadelen van elkaars bestaan. De echte vraag is wie zichzelf het meest recht in de ogen moet kijken als het om veiligheid en risico's gaat. Is het de mens, met al zijn fouten en vooroordelen, die de technologie moet leiden? Of is het de robot, een product van menselijke vindingrijkheid, maar beperkt door de parameters die wij eraan opleggen?

Deze wederzijdse reflectie benadrukt de noodzaak van een evenwichtige benadering van technologische ontwikkeling, die zowel de kracht van AI en robots erkent als de daarbij komende verantwoordelijkheden van de mens. Door robots te omarmen als partners in ons leven, kunnen we een omgeving creëren waarin mensen niet alleen de zorg krijgen die ze nodig hebben, maar ook de autonomie en waardigheid behouden die essentieel zijn voor hun welzijn. In dit tijdperk van technologische vooruitgang is het aan ons om te bepalen hoe we deze hulpmiddelen inzetten om meer liefdevolle, empathische en effectieve zorg te bieden.