“Virtuele zorg wordt pas écht schaalbaar als we zorg op een andere manier organiseren. Dat zorgt voor een revolutie in de organisatie van ons zorgsysteem", constateert Matthijs Boom, director Digital Health bij Deloitte. De opkomst van virtuele zorg is één van de vijf grote verschuivingen die Deloitte ziet plaatsvinden in de gezondheidszorg.
Virtuele zorg staat voor alle digitale technologieën die worden ingezet om gezondheidszorg virtueel of op afstand te verlenen. Nederland telt inmiddels tal van voorbeelden van succesvolle inzet van virtuele zorg, nog los van de doorbraak van toepassingen als beeldbellen als gevolg van de coronacrisis. Dit is ook hard nodig om de zorg op termijn betaalbaar en beheersbaar te maken. Toch moet de echte revolutie van virtuele zorg nog komen, meent Boom.
Veel versnippering virtuele zorg
“We zien nu nog veel versnippering: een pilot hier, een losse app daar. Het is een begin, maar we zijn er nog lang niet." Om de volledige potentie van virtuele zorg te realiseren, moeten het zorgproces anders ingericht worden. Virtuele zorg komt dan niet bovenop het bestaande proces, maar leidt tot fundamentele herverdeling van taken en de opkomst van nieuwe spelers die gespecialiseerd zijn in het bieden van virtuele zorg.
“De inzet van virtuele zorgtoepassingen leidt doorgaans tot net zo goede of zelfs tot betere zorg”, zegt Boom. De inzet van virtuele zorg gepaard gaat met pilots en onderzoeken, onder meer door het National e-Health Living Lab (NeLL) verbonden aan het LUMC. Ook de ontwikkeling van Europese standaarden voor virtuele zorgtoepassingen draagt bij aan de kwaliteit, veiligheid en effectiviteit van virtuele zorg.
Gemak voor patiënt, professional
Virtuele zorg levert patiënten een hoop gemak, schetst Boom. Met virtuele zorgtoepassingen kan de patiënt vanuit de eigen omgeving op het gewenste moment gepersonaliseerde interacties uitvoeren (zoals met de mede door Deloitte ontwikkelde digital human, zie ook verderop in dit artikel). Een fysiek bezoek vervangen voor een virtueel bezoek levert een patiënt al snel twee uur tijdswinst op en zorgt bovendien voor een enorme reductie in CO2-uitstoot. Virtuele zorg geeft patiënten verder meer inzicht in de eigen gezondheid en regie over de eigen gezondheidsgegevens.
Ook voor zorgaanbieders biedt virtuele zorg voordelen. Vergrijzing betekent stijgende zorgvraag, terwijl de krapte in zorgpersoneel toeneemt. Inzet van technologie zoals robotica en kunstmatige intelligentie (AI) kan het aantal routinehandelingen voor zorgprofessionals beperken (hoewel AI momenteel nog vooral voor diagnostiek wordt ingezet). Virtuele zorg biedt verder grote kansen voor preventie, (vroege) diagnose en behandeling van chronische ziekten. Sensoren in wearables, in huis of zelfs in het lichaam bieden nieuwe manieren om de gezondheid in de gaten te houden en kunnen daarmee de druk op zorgprofessionals verlichten.
Transitie verloopt langzaam
Veel voordelen dus, maar toch verloopt de transitie naar virtuele zorg langzaam. De reden is volgens Boom dat de organisatie van het zorgsysteem nog niet is aangepast aan het verlenen van virtuele zorg. “Virtuele zorg wordt nu meestal geïntegreerd in het bestaande zorgsysteem. Dat betekent dat zorgprofessionals doorgaan met reguliere werkzaamheden en daarnaast bijvoorbeeld een groepje patiënten hebben die met een app hun waarden monitoren.” Deze aanpak leidt doorgaans juist tot méér werk voor de zorgprofessional en is bovendien niet schaalbaar: zorgprofessionals moeten steeds meer apps bijhouden, naast hun werk op de poli.
De potentie van virtuele zorg realiseren vergt daarom het fundamenteel anders organiseren van zorg (systeem en processen). Boom: “Het is veel effectiever om patiënten na diagnose over te dragen aan de ‘virtual care unit’ en op basis interventies monitoren. Artsen, verpleegkundigen en thuiszorgmedewerkers kunnen zich dan focussen op het verlenen van fysieke zorg, terwijl gespecialiseerd personeel patiënten op afstand monitort en waar mogelijk zorg op afstand verleent.”
Ondersteuning bij zorg op afstand
Een voorbeeld van deze aanpak is het NAAST Medisch Service Centrum, voortgekomen uit zorgaanbieder Sensire. NAAST ondersteunt zorginstellingen bij het leveren van zorg op afstand. Verpleegkundig personeel van NAAST is 24 uur per dag bereikbaar voor meldingen van verschillende virtuele zorgtools. Zij gebruiken hiervoor een door Deloitte ontwikkeld platform voor medische servicecentra waarin deze tools op een overzichtelijke manier bijeenkomen. Zo kunnen zij bijvoorbeeld een hartfilmpje beoordelen op afstand of via videobellen meekijken bij de inname van medicijnen. Als fysieke zorg nodig is nemen zij contact op met een zorgprofessional van een partnerorganisatie in de buurt van de patiënt.
“Medische servicecentra zoals NAAST zijn essentieel voor het opschalen van virtuele zorg,” meent Boom. “In plaats van een arts die 25 verschillende apps moet raadplegen naast het reguliere werk, heb je nu speciaal opgeleid personeel dat snel kan schakelen met behulp van één handzaam systeem.”
Wiel niet opnieuw uitvinden
Het platform van NAAST afkomstig is van Salesforce, dit met de gedachte dat het wiel niet steeds opnieuw gevonden hoeft te worden. “We kunnen veel meer bereiken door goed uitontwikkelde, schaalbare bestaande tools slim in te zetten.” Verder onderstreept het voorbeeld van NAAST het belang van samenwerking. “Je moet niet proberen alles zelf te doen, je bereikt veel meer met slimme partnerschappen. Met het dienstverleningsconcept van NAAST doet iedereen waar hij goed in is: verleners van virtuele en fysieke zorg werken nauw samen.”
Dat geldt ook voor een ander project van Deloitte: ‘Digital Humans’ in de zorg. Een Digital Human is een technologie waarbij een spraakgestuurde chatbot wordt gecombineerd met een visuele avatar. Daardoor wordt de ervaring van persoonlijk contact gesimuleerd: het lijkt alsof je met een mens spreekt. Digital Humans bieden kansen in allerlei sectoren, maar zeker in de zorg, waar veel wordt gewerkt met gestandaardiseerde protocollen.
Er zijn allerlei toepassingen mogelijk. Bijvoorbeeld een Digital Human die je te woord staat bij vragen over medicijnen, zoals in de Sint Maartenskliniek in Nijmegen (Pharmi). Of een Digital Human die de eerste vragen stelt als je belt naar een medisch servicecentrum. "Recent hebben we een Digital Human ontwikkeld voor zorgaanbieder Philadelphia (Sophi) waarin een medewerker uitleg uitleg krijgt en vragen kan stellen over het digitale roosteren.”
Om de kwaliteit van Digital Humans verder te onderzoeken loopt nu onder meer een onderzoek bij een Zweeds ziekenhuis waar de technologie wordt ingezet bij de behandeling van angststoornissen. Het is Boom positief dat mensen relatief snel wennen aan het communiceren met een Digital Human. “Hoe meer gestandaardiseerd en repetitief werk we kunnen uitbesteden aan technologie, des te meer zorgprofessionals zich kunnen richten op het menselijke deel van zorg.”
Revolutie, geen evolutie
Alle ingrediënten zijn aanwezig zijn om de belofte van virtuele zorg waar te maken. In de praktijk wordt virtuele of digitale zorg nog te veel wordt als een evolutie in het bestaande proces, niet als revolutie van een geheel ander dienstverleningsconcept, concludeert Boom. "We zien dat het verbinden van strategie, partners en mensen de eerste stap is die we moeten zetten rondom dit onderwerp. Snel daarna is een visie op de digitale infrastructuur benodigd om de processen daadwerkelijk te gaan faciliteren. Vanaf dat moment kan virtuele zorg de schaal krijgen die nodig is om ook daadwerkelijk de druk op het zorgpersoneel te verlagen.”
Lees hier meer over de visie van Deloitte op de toekomst van de gezondheidszorg.