Koning Willem-Alexander en minister Bruins (Medische Zorg en Sport) hebben woensdagmiddag 4 september een werkbezoek gebracht aan Blauwe Zorg in Maastricht. Het bezoek aan de initiatieven Blauwe Zorg in de wijk en de Stadspoli stond in het teken van ‘De juiste zorg op de juiste plek’. Deze ambitie van de overheid omvat het brengen van zorg naar de plek waar die het beste gegeven kan worden, hierin mede ondersteund door technologie voor bijvoorbeeld monitoring op afstand en teleconsulten. Verder ligt de focus op het voorkomen dat zorg nodig wordt.
Blauwe Zorg in Maastricht is volgens VWS een succesvol voorbeeld van samenwerking in de regio onder het motto ‘De juiste zorg op de juiste plek’. Blauwe Zorg werd in 2013 gestart met steun van het het ministerie om zorg in de wijk te optimaliseren. Zorgverzekeraar VGZ, Maastricht Universitair Medisch Centrum (MUMC+), gemeente Maastricht, huisartsen, zorg- en welzijnsorganisaties, Burgerkracht Limburg en Provincie Maastricht werken samen om de beste toegang tot zorg en de beste kwaliteit van zorg te kunnen bieden.
Andere zorgverlening, samenwerking
De koning en minister Bruins gingen tijdens hun bezoek in gesprek met initiatiefnemers over hun motivatie om Blauwe Zorg te starten. Bij Gezondheidscentrum Huisartsen Maastricht Oost vertelden zorgverleners hoe zij door Blauwe Zorg in de wijk anders zijn gaan werken en wat dit betekent voor de samenwerking. Onder anderen een psychiater, een gezinsondersteuner jeugd en een huisarts deelden hun ervaringen. Zo hoeven gezinnen door de hulp van een ondersteuner, vaak niet meer te worden doorverwezen naar gespecialiseerde zorg. Ook spraken de Koning en de minister met patiënten en ervaringsdeskundigen.
Het bezoek werd voortgezet bij de Stadspoli, waar specialisten uit het MUMC+ en huisartsen vertelden hoe de zorg sinds 2014 dichtbij de wijkbewoners, buiten het ziekenhuis, wordt geleverd. Door de inzet van specialisten op de stadspoli kan de druk op de specialistische zorg in het ziekenhuis worden verminderd, kunnen patiënten sneller worden geholpen en kunnen bovendien kosten worden bespaard.
Orthopeed Tim Boymans, die poli doet op de Stadspoli, directeur Patiënt en Zorg Hans Fiolet, betrokken vanaf het eerste uur, en de huidige projectleider adjunct-directeur Transmurale Zorg Monique Hanraets ontvingen samen met huisartsen de koning en minister om de filosofie en werkwijze van de Stadspoli toe te lichten. “We hebben veel complimenten gekregen voor wat er op het gebied van de anderhalvelijnszorg is neergezet, mede door het Maastricht UMC+”, aldus Hans Fiolet.
Ambitie Juiste zorg Juiste plek
Het functioneren van mensen staat centraal in de ambitie ‘De juiste zorg op de juiste plek’, waarvoor ook een apart programma in het leven geroepen is. De Juiste Zorg op de juiste plek is een initiatief van zorgpartijen. VWS wil deze beweging helpen versnellen en verspreiden, onder andere door partijen hun opgedane kennis te laten delen.
Preventie van zorg door gezonder leefgedrag of ondersteuning van senioren die thuis willen blijven wonen dragen hieraan bij. Als zorg dan toch nodig is, is het prettig als het dicht bij de persoonlijke omgeving gegeven kan worden, liefst thuis (verplaatsen van zorg). Dat kan tegenwoordig ook steeds vaker door traditionele zorgvormen te vervangen of ondersteunen door e-health of andere zorginnovatie (bijvoorbeeld leefstijlmonitoring). Dit is volgens ook hard nodig omdat het aantal mensen met een chronische aandoening of behoefte aan ondersteuning blijft stijgen en zo veel handen zijn er niet beschikbaar om de zorg te verlenen.
NZa: meer actie nodig
De Nederlandse Zorgautoriteit NZa) benadrukte afgelopen juni dat zorgpartijen nog meer actie moeten ondernemen om de beweging ‘juiste zorg op de juiste plek’ (JZOJP) te versnellen. De NZa noemt JZOJP 'een essentiële ontwikkeling' om er voor te zorgen dat de waarde van zorg voor patiënten centraal staat. Dat geldt ook bij bekostiging van deze zorg. Er is meer actie nodig om ook in de toekomst toegankelijke en betaalbare zorg van goede kwaliteit te behouden, zoals via e-health en andere digitale toepassingen, meent de toezichthouder.