Zo’n 40 procent van de vrouwen boven de 70 lijdt aan bekkenbodemverzakking. Met allerlei ingrijpende gevolgen, zoals urine- en ontlastingsincontinentie. De diagnostiek rond deze aandoening kent echter veel beperkingen. Zo wordt lichamelijk en beeldvormend onderzoek gedaan bij liggende patiënten, terwijl de klachten zich vooral voordoen als vrouwen staan.
Anique Bellos-Grob - van huis uit technisch geneeskundige – is assistant professor aan de Universiteit Twente (UT) en werkt één dag in de week op de afdeling gynaecologie van Ziekenhuisgroep Twente (ZGT) in samenwerking met de maatschap GYCON. “Een patiënt met bekkenbodemklachten wordt meestal liggend met een MRI-scanner onderzocht, zonder gebruik te maken van beeldvorming”, vertelt zij. “Maar klachten rond verzakkingen doen zich vooral voor als mensen staan. Het verschil in positie maakt het extra lastig om in te schatten of therapie (een pessarium ring of een operatie) echt gaat werken en een positief effect heeft op de klachten.”
Staande MRI-scanner
Met de unieke staande MRI-scanner kan het Technisch Medisch Centrum (TechMed Centrum) onder meer effecten van operaties onderzoeken, evenals het optimaliseren van de werking en plaatsing van pessaria.
Bellos-Grob: “Tot wel 30 procent van de vrouwen krijgt een herverzakking na een operatie, maar we begrijpen eigenlijk niet goed waardoor. Ook kijken we naar het pessarium, een siliconen ring die vaginaal wordt ingebracht om een verzakking tegen te houden. We weten gewoon niet hoe een pessarium echt in het lichaam zit. Met de staande MRI kunnen we de hele ring en alle bekkenorganen, zoals de blaas en baarmoeder, in beeld brengen. Zo kunnen we in de meest realistische situatie beoordelen of de ring goed zit en hoe we die ring kunnen optimaliseren.”
Veel baat
Dat het TechMed Centrum van de UT het enige centrum is met een staande MRI-scanner, is volgens Bellos-Grob verwonderlijk, als je bedenkt hoeveel vakgebieden er baat bij zouden kunnen hebben. Ook bij gewrichtsklachten of vaataandoeningen kan beeldvorming vanuit staande positie een veel realistischer beeld geven.
“Bekkenbodemproblematiek is niet sexy, anders dan bij onderzoek naar kanker of hart en vaatziektes, zijn er geen grote verenigingen of subsidieverstrekkers. Ik moet echt zoeken naar passende financiering. Het ziektebeeld is bovendien een taboe. Niemand begint op een verjaardag graag over urineverlies. Terwijl zoveel vrouwen ermee te maken hebben. Zodra mensen horen dat ik me ermee bezighoud, gaan de luiken open. Iedereen kent wel iemand met problemen of heeft er zelf last van. We gaan er weliswaar niet aan dood, maar verzakkingen en incontinentie hebben wel een grote negatieve impact op de kwaliteit van leven. Alles wat we daarin kunnen verbeteren, is mooi.”
Onbegrepen klachten
Bellos-Grob hoopt voor patiënten dat accurate beeldvorming, bijvoorbeeld via een staande MRI, uiteindelijk tot het standaard onderzoek gaat behoren. “Als clinicus zie ik in de praktijk hoeveel vrouwen onbegrepen bekkenbodemklachten hebben. Niet zelden sturen we hen zonder behandeling naar huis, omdat we met ons lichamelijk onderzoek en de liggende beeldvorming niet alle verzakkingen als zodanig kunnen labelen.”
Lees het volledige diepte-interview in ICT&health 1, die halverwege februari verschijnt. Ook interessant is dit eerdere artikel van het UT met daarin aandacht voor samenwerking om tot nuttige innovaties te komen.