Een recent rapport van de American Medical Association (AMA) werpt licht op hoe verschillende soorten praktiserende artsen in 2023 denken over het gebruik van kunstmatige intelligentie (AI) in de gezondheidszorg. Hieruit blijkt dat artsen, vrijwel zonder uitzondering, een dubbel gevoel hebben bij kunstmatige intelligentie. Enerzijds zijn ze goed te spreken over de grote mogelijkheden die AI biedt, aan de andere kant vinden ze dat er voorzichtig mee moet worden omgegaan.
AMA deed voor dit onderzoek enquête onder een breed spectrum van Amerikaanse artsen, waarbij een aantal vragen werden gesteld over hun kijk op AI. Er bleek geen significant verschil in de houding tegenover AI tussen huisartsen en specialisten, en slechts een klein verschil tussen artsen in loondienst en praktijkeigenaren. Uit de antwoorden komt een vrij eenduidig, maar ook ingewikkeld beeld naar voren. Aan het ene kant is er ruimschoots oog voor de kansen die kunstmatige intelligentie biedt in de zorg zoals automatisering van processen. Aan de andere kant zijn er serieuze zorgen en vinden artsen dat er voorzichtig mee omgegaan moet worden om de privacy te waarborgen en de menselijke maat te waarborgen.
Automatiseren administratie
Uit onderzoek gepubliceerd in het julinummer van Medical Economics blijkt ook dat, een nog maar één op de tien van de Amerikaanse artsen ChatGPT regelmatig gebruikt, bijvoorbeeld als ondersteuning bij diagnoses. Daarover zijn wel flink wat discussies omdat ChatGPT in de praktijk medisch nog niet betrouwbaar is.
Artsen erkennen echter wel degelijk de voordelen en de grote potentie van AI en begrijpen dat hiermee hun administratieve lasten aanzienlijk verminderd kunnen worden. Ongeveer 65% ziet bijvoorbeeld mogelijke voordelen in AI-gebruik voor documentatie en autorisatieprocessen. Het vermogen van kunstmatige intelligentie om te ondersteunen bij diagnoses en het verbeteren van logistieke processen wordt ook hoog gewaardeerd. In de praktijk gebruiken artsen het echter nog vrij weinig, hoewel er wel specifieke groepen artsen zijn, zoals radiologen, die het weer heel intensief gebruiken.
AI en privacy
De ondervraagde artsen hadden gemiddeld vergelijkbare zorgen over AI. Een groot deel, 41%, is bijvoorbeeld bezorgd over de gevolgen van AI voor de patiënt-arts-relatie en de privacy van de patiënt. Artsen vrezen bijvoorbeeld, net als veel andere mensen, dat overmatige afhankelijkheid van AI-technologieën in diagnostiek en behandeling kan leiden tot een meer technische en minder menselijke benadering van patiëntenzorg.
Amerikaanse artsen zijn op basis van dit AMA-onderzoek duidelijk nog geen koplopers op het gebied van kunstmatige intelligentie. Momenteel implementeert bijvoorbeeld nog slechts 38% van de artsen AI in hun praktijk en wordt het hoofdzakelijk ingezet voor documentatie en voor assistentie bij diagnostiek. Bij de ene arts, bijvoorbeeld een radioloog, wordt het natuurlijk gemiddeld intensiever en op een andere manier ingezet dan bij bijvoorbeeld een huisarts. Opmerkelijk is tot slot dat er onder het overgrote merendeel van de artsen grote en groeiende interesse is om AI in te gaan zetten voor het automatiseren van administratieve taken.