De afgelopen maanden zijn we allemaal snoeihard met de neus op de feiten gedrukt dat de wereld er morgen anders kan of beter gezegd zál uitzien dan vandaag. Corona heeft dat in een extreme vorm laten zien. In een paar weken tijd werd de hele wereld op zijn kop gezet. Opeens waren vanzelfsprekendheden volledig weggeslagen en verdwenen vaste en veilige havens uit zicht.
Opmerkelijk genoeg wist met name de zorg, waar de druk culmineerde, daar in no time bewonderenswaardig slagvaardig op te reageren. Ziekenhuizen werden organisatorisch een kwart of hele slag gedraaid en opnieuw georganiseerd met compleet nieuwe teamsamenstellingen, patiënten-flows, digitale hulpmiddelen, creatieve oplossingen omgang met schaarse hulpmiddelen, etc.
Huisartsen gaan in de digitale versnelling. GGZ-instellingen implementeren nieuwe digitale zor gconcepten. In de VVT krijgt het contact met familie noodgedwongen met hulp van beeldbellen een nieuwe impuls.
Positief effect op digitalisering zorg
Het heeft nu al een onomkeerbaar positief effect gehad op de digitalisering in de zorg. Wie vergadert nu nog niet ondersteund door videoconferencing? Na een of twee weken enigszins hilarisch de bingokaart te hebben ingevuld met ‘ik hoor je niet’, ‘ hoe kan ik mijn scherm delen’, ‘wij zien je niet’, ‘wat moet ik installeren op mijn pc’, is iedereen er aan gewend. En het werkt verbazingwekkend goed.
Natuurlijk, het is geen volledige vervanging voor fysiek elkaar ontmoeten maar een heel goed alternatief nu thuiswerken het nieuwe normaal is geworden. En hoe heerlijk is het niet dat woon-werkverkeer weg valt! Met enige ironie kunnen we nu terugkijken naar die projecten waarin een zorgorganisatie minimaal zes maanden uittrekt om het digitale werken te introduceren en de medewerkers digitaal vaardig te maken. Onder druk wordt alles vloeibaar. Iets om vast te houden en te blijven exploreren hoe we digitalisering in onze interne bedrijfsvoering verder kunnen integreren en de vruchten er van te plukken.