Met veel energie heeft Lea Bouwmeester als voorzitter van de ICT&health Redactieraad de afgelopen vijf jaar mensen en partijen aan elkaar verbonden om digitale innovatie aan te wakkeren, vanuit de overtuiging dat technologie een gamechanger is. Haar opvolger is minstens zo energiek en vastbesloten om vanuit positiviteit - ‘kom bij mij niet aan met wat er niet kan’ - de zorgtransitie in een stroomversnelling te brengen. “Het gaat allemaal nog veel te traag,” aldus Diederik Gommers.
Op 12 mei droeg zorgvernieuwer Bouwmeester het voorzitterschap officieel over aan intensivist Gommers. Samen kijken ze terug en vooruit. Naar de veranderingen die zo hard nodig zijn in de zorg en de rol die ICT&health daarin kan spelen. Daarbij kunnen ze natuurlijk niet om COVID-19 heen.
Bouwmeester: “Vlak voor de eerste lockdown hadden we nog overleg met de secretaris-generaal van VWS voor meer digitale zorg. Maar daar waren we volgens hem nog niet aan toe. Ook al zag hij de noodzaak, er waren ook belemmeringen. Vier dagen later ging het land op slot en brak de paniek uit. Toen werd er naar ons gekeken omdat er partijen nodig waren die verstand hadden van digitale zorg. Natuurlijk zijn wij gaan meedenken. Daarnaast was er die enorme explosie van schaarste aan medewerkers die nog meer voelbaar en zichtbaar werd, waardoor technologie nóg belangrijker werd om de zorg te verlichten.”
Gommers: “Ik herinner me dat al voor COVID, in de zomer van 2019, de emoties hoog opliepen tijdens de discussies over BIG II. Het aantal verpleegkundigen op de IC’s, verpleegafdelingen en bij verpleeghuizen en thuiszorg liep toen al terug; mensen liepen al op hun tenen. Op dit moment is op sommige plekken het probleem nog groter dan tijdens COVID. Ik vind dat we daar nog te gemakkelijk mee wegkomen. We hebben een zorgplicht, maar laten iemand met de diagnose kanker door tekort aan operatiepersoneel toch langer wachten voor een operatie, ondanks wat de richtlijnen voorschrijven. Want ‘het kan niet anders’.”
“Ik denk dat het urgentiebesef dat we tijdens COVID allemaal voelden, opnieuw groter moet worden om stappen te blijven zetten. COVID zorgde natuurlijk voor een verschrikkelijke periode, maar er was opeens ook heel veel mogelijk. We hoefden niet meer lang te vergaderen of te wachten tot de raad van bestuur een besluit nam. Ondanks het feit dat we weer een beetje in oude patronen zijn vervallen, merk je wel dat de discussies nu anders zijn dan voor COVID. We denken wezenlijk anders. We durven ballonnen op te laten om de zorg echt anders in te gaan richten. En je ziet dat veel jonge mensen graag een bijdrage willen leveren. Het probleem willen tackelen. Daar zit veel energie in. En dat moet ook, want we moeten met elkaar naar een oplossing zoeken.”
Er zit enorm veel energie in jonge mensen die zorg problemen willen tackelen
Bouwmeester: “Zeker, jonge mensen - en dat gaat niet alleen om leeftijd, maar ook om een frisse blik - zien veel meer mogelijkheden. Ik hoop dat dat een breekijzer wordt. Dat is nodig én het kan ook: er zijn ideeën en plekken waar het al gebeurt. Alleen is er wel innovatieruimte nodig en denken vanuit een keten. Als je wilt voorkomen dat mensen onterecht in een ziekenhuis belanden of er langer blijven dan noodzakelijk, moet er wel ruimte zijn in de eerste lijn.”
Gommers: “Ik denk dat we dat in COVID-tijd wel hebben geleerd. We hebben gezien dat we niet elkaars concurrenten zijn, maar samen moeten werken.”
Bouwmeester: “Eens. Tegelijkertijd zitten financiering en wet- en regelgeving nog erg in hokjes. En iedereen is vooral heel veel met elkaar aan het overleggen. Ik hoop dat we meer vanuit het doen gaan denken. Actieleren. En de voordeuren openzetten. Dat zie je al gebeuren, we komen steeds meer uit onze eigen bubbels. Dat vind ik heel inspirerend. En nodig: we moeten meer vanuit collectieve intelligentie denken. Wie heeft welk deel van het antwoord? Samen puzzelen, dat kan ook heel leuk zijn.”
Gommers: “Dat ontstaat inderdaad steeds meer. Ook als ziekenhuizen hebben we ingezien dat we onze voordeuren te weinig hebben opengezet. Als er een probleem was, vroegen we om geld en gingen we nadenken hoe we het zelf konden oplossen. Maar we moeten juist anderen uitnodigen om mee te denken. Ons te helpen. Dat is ook de bedoeling van ICT&health: we maken een platform om mensen bij elkaar te brengen, best practices en initiatieven te delen en elkaar uit te nodigen samen over vraagstukken na te denken. Mensen deelgenoot te maken van jouw probleem. Dan krijg je die collectieve intelligentie waar jij het over hebt. Dan voelen mensen zich betrokken.”
Ik hoop dat we meer vanuit het doen gaan denken
Bouwmeester: “Dat klopt. Ik heb nog nooit meegemaakt dat ik iemand uitnodigde om mee te denken en dat diegene niet wilde. Iedereen wil meedenken. Zo waren we in de redactieraad geïnspireerd door de serie New Amsterdam. We hadden het over hoe we anders naar ziekenhuiszorg kunnen kijken. Redactieraadlid Bart Collet stelde voor in de Metaverse een ziekenhuis te bouwen en met elkaar daarin te gaan ‘spelen’. Dat hebben we met een aantal mensen gedaan. Hij heeft er vervolgens met mede-redactieraadlid Gabriëlle Speijer van het HagaZiekenhuis een artikel over geschreven. Het mooie is dat als ik iemand vraag op te schrijven wat hij gedaan heeft, dat een zetje is om het nog serieuzer te nemen. Want je gaat het delen. Het is mooi om dat als voorzitter te kunnen doen. Ik ben blij dat jij die rol nu op je gaat nemen, Diederik. Want jij verbindt mensen van nature.”
Gommers: “Ik wil er vooral voor gaan zorgen dat we in oplossingen denken. We zijn in de gezondheidszorg nogal vol van problemen. Dan komt er weer een rapport van het ministerie en dan gaan we daar heel lang over praten. Maar we hebben er niets aan als we niet in actie komen. Mijn inbreng zal hopelijk vooral zijn dat we niet te veel praten maar ook praktische dingen gaan doen. Best practices gebruiken om te laten zien wat al gelukt is. Vanuit positiviteit. Ik hoef niet te weten wat er niet kan, ik denk in oplossingen. En ga vooral ook niet zitten wachten op een ander. Je leidinggevende. Het ministerie. Dat is een zwaktebod. Ik hoop dat we met het magazine en de website mensen wakker kunnen schudden en een beweging op gang brengen. Want het gaat allemaal nog te traag. Daarbij is het overigens erg belangrijk om werkplezier en de menselijke maat in de gaten te houden. Innovatie kan soms koud aanvoelen, maar je koopt er tijd mee waardoor zorgmedewerkers meer aandacht kunnen besteden aan de patiënt. Innovatie moet geen efficiencyslag worden met allemaal managementtaal. Je moet als zorgverlener iedere dag tijd hebben om een kopje thee met je patiënt te drinken. Als we dat over vijf jaar voor elkaar hebben gekregen, ben ik gelukkig.”
Bouwmeester: “Daar kan ik me alleen maar bij aansluiten. Als we de zorg beter kunnen voorspellen en persoonlijker kunnen maken, worden patiënten beter geholpen en worden medewerkers blijer. Dan heb je meer handen voor de enorme vraag die eraan zit te komen en bekijk je de toekomst vanuit kansen in plaats vanuit schaarste. Jij bent daar bij uitstek de persoon voor om dat te doen, omdat je van nature heel positief bent. Jij kijkt altijd vanuit: hoe kan het wel?”
Gommers: “Het is een eer om deze taak van je over te nemen.”!