Brief zorgsector aan Plasterk: ‘Blijf IZA-uitvoering ondersteunen’

1 februari 2024
Tweede Kamer
Zorgtransitie
Nieuws

Ondanks het feit dat onlangs het IZA-uitvoeringsakkoord is getekend, blijven zorgkoepels er toch op hameren dat de uitvoering van het integraal akkoord, ook door een nieuw kabinet, doorgezet moet worden. Er is heel lang keihard gewerkt om alle neuzen in dezelfde richting te krijgen en de noodzaak om de - in het IZA omschreven - zorgtransformatie te bewerkstelligen wordt breed gevoeld. Het is voor de zorgsector essentieel dat de politiek, die nu in lastig vaarwater zit, dit goed blijft beseffen en daarom is hierover een door alle partijen ondertekende brief geschreven. “Vanuit de ziekenhuizen kunnen we niet genoeg blijven benadrukken dat het heel belangrijk is om de continuïteit van de IZA-afspraken te waarborgen”, aldus Ad Melkert, voorzitter van NVZ.

De zorgsector wil kortom graag verder met de IZA, ondanks het feit dat het kabinet nu een demissionaire status heeft. In ieder geval heeft de Tweede Kamer Commissie van VWS daar al eerder officieel toestemming voor gegeven. Het heersende gevoel is namelijk dat er keihard is gewerkt om dit akkoord te realiseren en dat het zonde zou zijn, juist nu de eerste wapenfeiten bekend zijn, om ermee te stoppen.

De totstandkoming van het IZA heeft heel wat voeten in aarde gehad. Maar de zorgsector heeft zich uiteindelijk als één man achter dit historische akkoord geschaard dat  op vrijdag 16 september 2022 werd ondertekend. Alle IZA-partijen zien dan ook de noodzaak van de uitvoering van dit integraal akkoord in en roepen in een brief daarom de onderhandelende politieke partijen op om de IZA-uitvoering te blijven ondersteunen.

IZA niet-controversieel

Op woensdag 6 september 2024 werd de IZA weliswaar officieel gevinkt als niet-controversieel en dat betekende dat tijdens de formatie dit waar mogelijk doorgezet kan worden. Helemaal zonder slag of stoot ging dat echter niet want BBB, Denk en PVV wilden de besluitvorming rond IZA namelijk wél controversieel verklaren. Ze kregen daarvoor echter geen meerderheid.

Net als bij de meeste andere Kamercommissies werd ervoor gekozen om ingezet beleid zoveel mogelijk door te zetten. Zo kan de  kan de uitvoering van IZA waarschijnlijk ´gewoon´ doorgaan. Ook het op maandag 22 januari ondertekende IZA Uitvoeringsakkoord duidt er op dat wat betreft het IZA nog steeds alle seinen op groen lijken te staan. De ondertekening van het uitvoeringsakkoord is in feite een belofte van VWS en de zorgpartijen om zich te committeren aan de gemaakte keuzes en richtinggevende afspraken, die essentieel zijn voor landelijke gegevensuitwisseling.  

Waarborgen IZA afspraken

Ondanks al die veelbelovende ontwikkelingen, vragen alle IZA-partners nu dus wederom, in een speciale brief van 24 januari aan informateur Ronald Plasterk, om de IZA-uitvoering te blijven ondersteunen. NVZ-voorzitter Ad Melkert legt de achtergrond van de oproep in de brief aan de politiek uit : “Vanuit de ziekenhuizen kunnen we niet genoeg blijven benadrukken dat het heel belangrijk is om de continuïteit van de IZA-afspraken te waarborgen. De uitvoering is in volle gang en vraagt van alle partijen een grote inzet op koers naar de gezamenlijk vastgestelde doelen. Het gaat om de beschikbaarheid van zorg voor iedereen vandaag en de komende tien, vijftien jaar. Daarom is brede politieke steun voor de continuïteit van die inzet van het grootste belang om die ambitie waar te maken.”

IZA maakt samenwerking noodzakelijk

In de brief schrijven de partijen dat het IZA goed laat zien wat de waarde is van samenwerking. De partijen moeten samen zorgen voor de noodzakelijke transformaties in de zorg. ‘Voorbeelden hiervan zijn: minder medicaliseren en meer focus op gezondheid, en de beweging naar de voorkant zodat patiënten sneller de juiste zorg krijgen. Maar ook meer mogelijkheden voor domein overstijgende samenwerking, en aandacht voor de juiste zorg op de juiste plek ofwel passende zorg. Daarnaast zetten de IZA-partijen in op meer preventie, het verhogen van het aanbod van digitale zorg, betere gegevensuitwisseling, meer aandacht voor duurzaamheid en implementatie van de noodzakelijke aanpassingen van wet- en regelgeving om dit te realiseren.