Kunstalvleesklier uit Twente in 2024 beschikbaar

wo 1 juni 2022 - 15:05
Kunstalvleesklier-570x360-1
Onderzoek
Nieuws

Voor mensen met diabetes type 1, dat zijn er alleen in Nederland al zo'n 100.000, kan een kunstalvleesklier dé oplossing worden. Het Twentse medtech bedrijf Inreda Diabetic ontwikkelde er een. Die wordt op dit moment al uitgebreid getest bij meer dan 100 patiënten. De uitvinder van de kunstalvleesklier, Robin Koops, verwacht dat het apparaat in 2024 op grote schaal, ook in Nederland, beschikbaar komt.

Het onderzoek naar de werking en (kosten)effectiviteit van de bihormonale kunstalvleesklier bij mensen die leiden aan diabetes type 1 werd vorig jaar al aangekondigd. Dat onderzoek wordt gecoördineerd vanuit het UMC Utrecht, met financiering van Zorginstituut Nederland en ZonMw via de Subsidieregeling veelbelovende zorg.

De kunstalvleesklier van Inreda Diabetic is een ‘first of it’s kind’. Daarmee wordt de zelfredzaamheid van diabetespatiënten vergroot. Zo draagt deze uitvinding bij aan het steeds verder automatiseren en digitaliseren van de zorgsector in Nederland.

Diabetes type 1 patiënten krijgen vaak te maken met ernstige complicaties, zoals hart- en vaatziekten, nierfalen en blindheid. Dat komt met name doordat het voor hen lastig is om de bloedsuikerspiegel constant te houden. Een reguliere insulinepomp kan die zorg enigszins verkleinen, maar hypo’s en hypers komen dan nog steeds voor.

Kunstalvleesklier van smartphone afmetingen

De kunstalvleesklier die in Twente ontwikkeld is, zorgt ervoor dat de bloedsuiker- en insulinewaardes van patiënten met diabetes type 1 beter, en volledig automatisch, gereguleerd worden. Het apparaatje is niet veel groter dan een smartphone.

"Bij patiënten met diabetes type 1 is de bloedsuikerspiegel ontregeld, omdat er geen insuline wordt aangemaakt door het lichaam zelf, met als gevolg dat zij vaak te maken hebben met hypers en hypo’s, waarbij patiënten het bewustzijn kunnen verliezen. De kunstalvleesklier bevat sensoren en meet continu de bloedglucosespiegel en stuurt dat bij met twee benodigde hormonen: insuline en glucagon. Dat aansturen gebeurt zonder tussenkomst van de patiënt”, vertelt Robin Koops, de uitvinder van de kunstalvleesklier.

Uitgebreid onderzoek in Nederland

Dit jaar zullen in meer dan 10 ziekenhuizen in heel Nederland 240 diabetespatiënten meedoen aan het onderzoek onder leiding van UMC Utrecht. 120 Patiënten krijgen een behandeling met de kunstmatige alvleesklier en 120 patiënten blijven, als controlegroep, hun huidige behandeling volgen. Uiteindelijk worden de resultaten van de groepen met elkaar vergeleken.

Koops is optimistisch over de uitkomst van het nieuwe onderzoek. “Verzekeraars zullen zien dat de behandeldoelstellingen van de patiënten vele malen beter behaald worden met ons apparaat. Het risico op complicaties en de kosten voor de verzekeraar nemen daardoor af. De kunstalvleesklier mag dan prijziger zijn dan de reguliere insulinepomp, maar iets wat goed werkt kost op de lange termijn minder geld”, aldus de uitvinder.

Beschikbaar in 2024

Nadat het onderzoek afgerond is, moet er voordat de kunstalvleesklier op grote schaal geproduceerd en ingezet kan worden, wel nog het een en ander gebeuren. Met name op het gebied van de gebruiksvriendelijkheid en afmetingen. Het formaat zou nog een stuk kleiner kunnen bijvoorbeeld. Al zijn we daar al heel ver in gekomen. Maar de pomp en de reservoirs kunnen we nog aanpassen. Ook kunnen we nog winst behalen op het gebied van gebruiksgemak, met de bediening van de knoppen bijvoorbeeld. Hier kijken we dus nog naar”, zegt Koops.

Een andere uitdaging ligt er nog op het gebied van de klantenservice en opschaling van de productie. Inmiddels zijner al duizenden patiënten die interesse getoond hebben door zich bij Inreda Diabetic in te schrijven voor een kunstalvleesklier. Daarom verwacht de uitvinder dat, wanneer het onderzoek goed verloopt en de andere uitdagingen aangepakt zijn, dat het apparaat in 2024 al beschikbaar kan komen. "Ik zou het ontzettend mooi vinden als we voor zo’n grote groep mensen iets kunnen betekenen”, besluit Koops.