Nivel: Huisartsenpraktijken hebben digitale opties verankerd 

22 december 2023
huisarts
Eerstelijn
Nieuws

Nivel heeft op 20 december 2023 de resultaten van een onderzoek naar de inzet van digitale middelen in huisartsenpraktijken gepresenteerd. Aan de realisatie van het rapport ging, eind 2022, een Nivel-enquête vooraf onder bijna alle 4.838 huisartspraktijken in Nederland. Hierin werd huisartsenpraktijken, net als eerdere jaren gevraagd, naar het gebruik van digitale toepassingen in de eigen praktijk en of zij verwachten dat dit gebruik zal toenemen in de toekomst. Een belangrijke conclusie is dat in meeste huisartsenpraktijken digitale middelen, ook na de pandemie, niet meer weg te denken zijn. Met name het e-consult en het online aanvragen van herhaalmedicatie wordt door huisartsenpraktijken frequent ingezet.

Bijna alle huisartsenpraktijken in Nederland maken tegenwoordig gebruik van digitale toepassingen. Vooral het e-consult en online aanvragen van herhaalrecepten zijn in 2022 populaire en veelgebruikte toepassingen. Het gebruik hiervan is zelfs gestegen ten opzichte van 2020 toen de pandemie nog volop om zich heen greep. De inzet van het videoconsult is daarentegen afgenomen ten opzichte van de beginperiode van de coronapandemie. Verder zetten groepspraktijken over het algemeen meer digitale toepassingen in dan solopraktijken. Het Nivel geeft wat betreft de inzet van digitale middelen in de huisartsenpraktijk gedurende 2022 uitgebreide en concrete cijfers.  

E-consults en online herhaalrecepten populair

Bijna alle huisartsenpraktijken maken gebruik van e-consults. Het e-consult wordt gedefinieerd als ‘digitaal schriftelijk contact tussen huisarts en patiënt’. Groepspraktijken en duo-praktijken rapporteren beide een gebruik van 98%, terwijl solopraktijken iets minder, 97%, rapporteren. Afspraken kunnen in een groot deel van de huisartsenpraktijken online worden ingepland. Zowel groepspraktijken als duo-praktijken melden een gebruik van 72%, terwijl solopraktijken een lager gebruik rapporteren van 64%. Ook het aanvragen van herhaalrecepten online is een zeer populaire toepassing. Liefst 94% van de groepspraktijken, 93% van de duopraktijken en 92% van de solopraktijken bieden deze digitale service aan.

Telemonitoring beperkt ingezet

Een andere digitale toepassing die veel gebruikt wordt is teleconsultatie, een vorm die bij 88% van de groepspraktijken en 82% van zowel de duopraktijken als de solopraktijken wordt aangeboden. Bij teleconsults krijgt de huisarts advies op afstand van de medisch specialist. Dat maakt het mogelijk om de patiënt zonder verwijzing in de eerste lijn te begeleiden of te behandelen. Telemonitoring daarentegen wordt bij de huisarts nog relatief weinig gebruikt maar deze digitale optie wordt wel, als hij eenmaal aanwezig is, verrassend vaak gebruikt. 53% van de groepspraktijken maakt hier gebruik van, vergeleken met 44% van de duopraktijken en 40% van de solopraktijken. Het minst populair is in de huisartsenpraktijk tot slot videobellen. Ongeveer 48% van de groepspraktijken en 44% van zowel de duopraktijken als de solopraktijken bieden deze digitale dienst aan. Videobellen wordt met slechts 24% het minst ingezet door solopraktijken.

Digitalisering huisartsenpraktijken

De gegevens laten duidelijk zien dat digitale toepassingen wijdverspreid en verankerd zijn in de huisartsenzorg in Nederland. Opvallend is de hogere adoptiegraad in groepspraktijken in vergelijking met duopraktijken en solopraktijken. Herhaalrecepten online aanvragen en e-consults zijn de meest gebruikte digitale middelen, terwijl videobellen en telemonitoring dus nog aanzienlijk minder vaak worden gebruikt.

Videobellen wordt door degenen die het gebruiken ook minder frequent ingezet, vaak maandelijks of maar enkele keren per jaar. Het gebruik van videobellen is sowieso ten opzichte van 2020 gedaald.  Het gebruik van de zes digitale toepassingen verschilt duidelijk tussen verschillende praktijkvormen: het is het hoogst in groepspraktijken en het laagst in solopraktijken. De verschillen in de inzet van digitale middelen tussen praktijken met of zonder praktijkmanager zijn daarentegen erg klein.