Het Isala heeft vorig jaar op de afdeling Orthopedie een succesvolle pilot gelanceerd. Hierbij werden keuzehulpen ingezet bij patiënten met heup- en knieartrose. De innovatieve aanpak bleek opvallend succesvol en er waren positieve reacties van zowel patiënten als medisch specialisten. In de praktijk blijkt de keuzehulp gedeelde besluitvorming te bevorderen en de kwaliteit van de zorg te verbeteren.
Wetenschapscoördinator Roelina Munnik en orthopedisch chirurg Harmen Ettema hebben in samenwerking met het Radboudumc de effectiviteit van de keuzehulp rond heup- en knieartrose in de chirurgische praktijk onderzocht. Roelina Munnik vertelt op de website van Isala: "We willen de praktijk van 'samen beslissen' versterken. Wanneer een patiënt wordt doorverwezen naar de Orthopedie, met een verdenking van artrose aan de knie of heup, sturen wij voorafgaand aan het eerste polibezoek een link naar de keuzehulp die is ontwikkeld door PatiëntPlus. In deze keuzehulp worden artrose en de verschillende behandelingsopties eerst helder en beknopt uitgelegd aan de hand van tekst en afbeeldingen."
Gedeelde besluitvorming
Uit onderzoek blijkt dat het stimuleren van gedeelde besluitvorming in de gezondheidszorg aanzienlijke voordelen biedt en de zorgkwaliteit kan verbeteren. Deze benaderingswijze stelt patiënten in staat actief deel te nemen aan het besluitvormingsproces met betrekking tot hun behandeling, hetgeen resulteert in een groter vertrouwen in de genomen beslissingen en een verbeterd welzijn.
In de beginperiode werden keuzehulpen vooral nog gebruikt bij ernstige en veel voorkomende aandoeningen zoals kanker en hart- en vaatziekten. Tegenwoordig zijn er echter apps beschikbaar voor een steeds breder scala aan aandoeningen. Ze helpen patiënten om door de bomen weer het bos te zien, want met de keuzehulp kunnen ze thuis rustig nadenken over hun diagnose en de behandelopties.
Keuzehulp heup- en knieartrose
Alle beschikbare behandelingen worden in de keuzehulp voor patiënten met knie- en heupartrose uitvoerig besproken, met inbegrip van de voordelen, nadelen en mogelijke risico's. Vervolgens word de patiënten gevraagd om hun persoonlijke voorkeuren en wensen te delen. Roelina Munnik benadrukt dat de keuzehulp geen specifiek advies geeft voor een bepaalde behandeling. “Het doel is om gezamenlijke besluitvorming tussen de patiënt en de medisch specialist te bevorderen. Door de keuzehulp in te vullen, worden patiënten zich echter veel bewuster van wat de diagnose artrose voor hen betekent en kunnen ze zich beter voorbereiden op het gesprek met de orthopedisch chirurg."
Voor medisch specialisten, zoals orthopedisch chirurg Harmen Ettema, biedt de keuzehulp een waardevolle voorbereiding op het eerste consult. Dankzij de informatie die de patiënt invult, krijgen specialisten snel inzicht in de voorkeuren van de patiënt. Harmen Ettema merkt op dat patiënten nu beter geïnformeerd zijn en gerichtere vragen stellen, wat de discussie over de meest geschikte behandeling vereenvoudigt. "Het valt me echt op dat ik steeds minder de vraag krijg: 'Wat vindt u, dokter, wat ik moet doen?'
Passende zorg
Het project sluit naadloos aan bij het algemeen streven naar passende en effectieve zorg. Harmen Ettema: "Binnen Orthopedie en in onze beroepsvereniging hebben we geëvalueerd welke ingrepen en behandelingen het meeste voordeel opleveren voor de patiënt. Hieruit is een lijst voortgekomen van ingrepen en behandelingen die we nu minder vaak uitvoeren, zoals kijkoperaties van de knie. Onderzoek heeft aangetoond dat oefentherapie op de lange termijn voor bepaalde patiënten net zo effectief is als een operatieve ingreep bij artrose. Een operatie is ingrijpender, brengt meer risico's met zich mee en is bovendien duurder voor de patiënt."
Het doel van de studie is om te beoordelen of het gebruik van keuzehulpen invloed heeft op het percentage knie- en heupvervangende operaties en hoe patiënten en specialisten het daadwerkelijk 'samen beslissen' waarderen. Tot dusver zijn de reacties in ieder geval positief en lijkt de keuzehulp een duidelijke meerwaarde te bieden bij het stimuleren van ‘samen beslissen’ en het verbeteren van de zorg.