Platform met doseeradviezen voor zwangere vrouwen

26 maart 2024
Zwanger-computer
Medicatie
Nieuws

Het Radboudumc, Moeders van Morgen Lareb en Maastricht UMC+ starten gezamenlijk een platform met doseeradviezen voor zwangere vrouwen en hun ongeboren kinderen. De bedoeling is dat op dit platform adviezen worden gedeeld over geschikte medicijndoseringen tijdens de zwangerschap, gebaseerd op onderzoek bij zwangere vrouwen. Doseeradviezen tijdens de zwangerschap zijn over het algemeen lastig te geven, omdat wetenschappelijk bewijs vaak ontbreekt. Met behulp van placentaonderzoek en computermodellen komt hier nu verandering in.

Het platform met doseeradviezen voor medicijnen is bedoeld voor voorschrijvers van medicijnen en zwangere vrouwen en hun ongeboren kinderen. Het eerste geneesmiddel, het antidepressivum sertraline, staat nu op het platform. De informatie is te vinden op de website van Bijwerkingencentrum Lareb in de kennisbank over geneesmiddelengebruik rondom de zwangerschap. In de loop van 2024 en de jaren erna zal het platform verder worden uitgebreid met verschillende doseeradviezen voor veelgebruikte geneesmiddelen.

Medicijngebruik tijdens de zwangerschap

Drie op de vier vrouwen gebruikt geneesmiddelen tijdens de zwangerschap. Maar in de bijsluiter van veel geneesmiddelen staat dat ze niet tijdens de zwangerschap mogen worden gebruikt. Vaak ontbreekt de kennis over medicijnbehandelingen tijdens de zwangerschap omdat zwangere vrouwen vaak worden uitgesloten van onderzoek naar geneesmiddelen. Bekend is echter dat het lichaam van zwangere vrouwen verandert, waardoor ze mogelijk een andere dosering nodig hebben. Een te hoge dosering geeft kans op bijwerkingen, maar een te lage dosering maakt een behandeling misschien minder werkzaam. Bovendien is het niet altijd duidelijk hoeveel van een medicijn bij de baby terechtkomt. En dat is wel belangrijk, omdat een te hoge of juist te lage dosering van een geneesmiddel mogelijk nadelige gevolgen heeft voor de gezondheid van het kind.

Projectleider Saskia de Wildt: ‘Vrouwen verschillen biologisch van mannen. Tijdens de zwangerschap verandert het vrouwenlichaam nog meer. Dit kan een reden zijn om de doseeradviezen van sommige medicijnen aan te passen. Het is dus heel belangrijk dat we meer kennis krijgen over de juiste doseringen, voor zowel de moeder als het ongeboren kind.’ De Wildt is kinderarts en hoogleraar Klinische farmacologie aan het Radboudumc en medisch directeur van het Kinderformularium, dat medicijndoseringen voor kinderen ontwikkelt

Doseeradviezen virtueel aangetoond

De doseeradviezen op het platform komen op verschillende manieren tot stand. Door middel van placentaonderzoek is vast te stellen of en hoeveel van een medicijn bij een kind terecht komt. Dit onderzoek wordt uitgevoerd in het Radboudumc aan de hand van placenta’s die onderzoekers na een bevalling met toestemming ontvangen. Ook kan met behulp van voorspellende computermodellen of ‘virtuele zwangere vrouwen’ worden bepaald of het nodig is om doseringen tijdens de zwangerschap aan te passen voor moeder en kind.

Charlotte Koldeweij, arts-onderzoeker van het Radboudumc: ‘Gecombineerd met bestaande gegevens over de veiligheid en effectiviteit van een middel ontwikkelen de onderzoekers op basis hiervan een doseeradvies. Dit wordt voorgelegd aan een redactieraad, bestaande uit experts uit verschillende klinische specialismen en andere deskundigen, zoals een ethicus en een farmacoloog. Ook nemen verschillende zwangere vrouwen en hun partners deel. Bij een positief advies, komt de dosering op het platform terecht.’

De adviezen of een medicijn veilig in de zwangerschap gebruikt kan worden, veranderen niet. Op dit moment zijn er geen aanwijzingen dat huidige doseringen van veelgebruikte middelen in de zwangerschap onveilig zijn voor moeder of ongeboren kind. Voor sommige geneesmiddelen kan de dosering misschien wel geoptimaliseerd worden zodat de behandeling effectiever is, zonder dat dit ten koste gaat van de veiligheid van het ongeboren kind. Mogelijk is het zelfs veiliger omdat het de gezondheid van de moeder verbetert.

De initiatiefnemers hopen dat de lancering van dit platform leidt tot een internationale informatiebron waarin zorgverleners en zwangere vrouwen onderzochte en onderbouwde doseeradviezen kunnen opzoeken. Er komt ook een speciale website met de naam Melinda, met achtergrondinformatie over hoe de dosering is vastgesteld en over het gebruik van computermodellen bij de bepaling van geschikte doseringen.

De placenta als informatiebron

Vorig jaar promoveerde Michelle Broekhuizen op haar innovatieve onderzoek naar de potentiële informatie die ‘verborgen’ zit in de moederkoek. In het Placenta Lab van het Erasmus MC onderzocht Broekhuizen honderden placenta's van zowel gezonde moeders als moeders met aandoeningen zoals pre-eclampsie, hoge bloeddruk of zwangerschapsdiabetes. Daarbij keek ze ook naar de eventuele voorspellende waarde die de placenta herbergt voor de gezondheid van het kind. Daarvoor bestudeerde ze placenta’s van kinderen die geboren zijn met een gat in het middenrif, die een verhoogd risico op hoge bloeddruk in de longen geeft.