Zorgtechnologie voor mensen met laag inkomen

di 8 november 2022 - 14:12
inclusie
Technologie
Nieuws

Kan zorgtechnologie ingezet worden om de gezondheid van mensen met een lagere economische status te verbeteren? Met die onderzoeksvraag gaan Hogeschool Saxion, Hanzehogeschool en 22 partners de komende acht jaar aan de slag. Dit gebeurt in het kader van het SPRONG-programma HealthTech in Society. De resultaten moeten helpen om zorg te voorkomen, te verplaatsen en te vervangen. Lector Karin Dijkstra van Hogeschool Saxion is een van de trekkers van het programma.

Onderzoek toont aan dat zorgtechnologie kan helpen om de problemen rondom het personeelstekort in de zorg te verkleinen. Er zijn steeds meer handige digitale opties om mensen te helpen zoals thuismonitoring, beeldbellen en zelfhulp-apps. Jammer is dat nog steeds veel innovaties op dit front niet afgestemd zijn op mensen met een lagere opleiding en een lager inkomen. Lector Karin Dijkstra vertelt op de website De juiste zorg op de juiste plek: "De druk op de gezondheidszorg is nu al enorm en zal de komende jaren alleen maar toenemen. Technologie kan helpen om die druk te verminderen. Daarbij is het wel essentieel dat die technologie aansluit bij mensen met een lagere SES."

Kleine stapjes

Het onderzoek bestrijkt een grote tijdspanne van acht jaar en dat is een mooie horizon om positieve resultaten te halen. Dijkstra hoopt dat ze in die periode een aantal projecten kan realiseren die een verschil maken ofwel projecten die gezondheidswinst opleveren en mensen meer plezier in het leven geven. “Ik geloof daarbij in kleine stapjes.” Als voorbeeld noemt ze een groep ouderen met een migratieachtergrond in de Rivierenwijk in Deventer. Die komen bij elkaar in een Huis van de Wijk waar ook het sociaal wijkteam werkzaam is. Met de ouderen werd het gesprek gevoerd over gezondheid en hoe je daarmee kunt omgaan. ‘Op een gegeven moment zijn ze begonnen met kleine  wandelingen met deze groep. Na verloop van tijd vroegen de mensen zelf: “Gaan we niet wandelen?”

“Als je kunt beginnen om mensen het plezier van bewegen te laten ervaren, kun je daarop verder bouwen. Het kan een katalysator zijn voor gezonder gedrag. Dat heeft tijd nodig. Slechte gewoonten verander je niet in een paar weken. Daar komt bij dat voor mensen die in armoede leven gezondheid vaak een luxe is. Dat maakt interventies ingewikkeld. Maar het is des te meer nodig dat het gebeurt en technologie kan daarbij behulpzaam zijn."

Maak zorgtechnologie inclusiever

De kernvraag van het onderzoek is in feite hoe zorgtechnologie inclusiever kan worden. Het ministerie van VWS werkt al op meerdere manieren om kwetsbare groepen te ondersteunen bij de snelle digitalisering in de zorg die nu eenmaal onontkoombaar is. Het gaat dan niet alleen om mensen met lagere inkomens maar ook om andere groepen zoals mensen met een beperking. Werken aan digivaardigheden of een goed georganiseerde vertegenwoordiging zijn in die gevallen zeer belangrijk.

‘We denken vaak dat mensen zelf de regie over hun eigen gezondheid kunnen nemen, maar dat geldt niet voor iedereen’, zegt Dijkstra. Sommige mensen zijn minder zelfredzaam. Ze hebben bijvoorbeeld een taalachterstand, terwijl veel technologie ‘talig’ is ingericht. Iemand met een hogere opleiding pakt dat gemakkelijk op, maar deze mensen hebben meer ondersteuning nodig.’ Om iedereen te bereiken moet technologie dus inclusiever worden en dat is ingewikkeld.

Sociale aspecten

Er spelen bij het omarmen van digitale interventies regelmatig ook sociale aspecten. Mensen zijn gewend aan een bepaalde, ongezonde leefstijl, vaak al tientallen jaren en dat verander je niet met een vingerknip. Ook reageert de omgeving soms negatief op veranderingen. De uitdaging is om niet één persoon mee te krijgen maar de hele omgeving. Dat is een complexe opgave en HealthTech in Society bundelt daarom volop de krachten met verschillende spelers. In de coalitie zitten, naast Saxion en de Hanzehogeschool, onder andere kennisinstituten, zorg- en welzijnsinstellingen, mkb-bedrijven en overheid. Ook mensen met een lagere SES worden betrokken bij het programma bijvoorbeeld via expertisecentrum Pharos en patiëntvertegenwoordigers.

Druk van de zorgketel halen

In de praktijk worden met de deelnemende partijen leergemeenschappen ontwikkeld rond de thema’s voorkomen, verplaatsen en vervangen van zorg. Het is bijvoorbeeld duidelijk dat voorkomen van zorg flink wat druk van de zorgketel kan halen. Concreet kan dit met digitale innovaties omtrent bijvoorbeeld vroegdiagnostiek, die met data en AI aankomende ziekten kan voorspellen zodat erger kan worden voorkomen. Er zijn bijvoorbeeld al fitbits waarmee hartfalen aan het licht komt voordat er klachten ontstaan.

Verplaatsen van zorg betekent in de praktijk dat een groot deel van de zorg zoveel mogelijk buiten de ziekenhuismuren, bijvoorbeeld thuis gebeurt. Dat kan natuurlijk alleen met goede monitoring op afstand en doeltreffende manieren om te communiceren met behandelaars. Dat vraagt om ander gedrag van patiënt en zorgverlener. Tevens moet de benodigde zorgtechnologie beschikbaar zijn en geïmplementeerd worden.

De derde leergemeenschap houdt zich bezig met vraagstukken rond het vervangen van zorg. Bijvoorbeeld om de kwaliteit van zorg in krimpregio’s op peil te houden. ‘De leergemeenschappen kijken wat de knelpunten zijn op de diverse thema’s en welke verandering er nodig is’, legt Dijkstra uit. “Aan de ene kant gaat het om het ontwikkelen van nieuwe technologie, bijvoorbeeld datatechnologie. Aan de andere kant ligt er ook al veel op de plank dat doorontwikkeld kan worden en toepasbaar gemaakt voor mensen met een lagere SES.”