In de zorg zie je een verschuiving van focus: van zorginstelling naar leefomgeving, van patiënt naar burger. Twee belangrijke trends die van alle kanten belicht worden tijdens het ICT&health-congres op 30 januari in het Circustheater in Scheveningen. En waar op voorgaande congressen de opschaling van digitalisering centraal stond, zie je volgens congres-dagvoorzitter Lea Bouwmeester nu de urgentie op de voorgrond staan: de zorg móet ingrijpend veranderen, wil zij ook in de toekomst nog dezelfde kwaliteit bieden waar de sector nu bekend om staat.
“Je ziet de urgentie dat het echt anders moet”, aldus Bouwmeester. “Het knelt in de zorg. Vanwege personeelsgebrek moet je die zorg anders organiseren en technologie kan daarbij zowel patiënten als zorgprofessionals versterken én ontlasten. Er ontstaat meer ruimte voor burgerkracht die mensen en de samenleving samen versterken. Daarnaast kunnen we met de inzet van data werken aan preventie of aan slimmere behandelingen. Hierbij moeten ook nieuwe wetten zoals de Wegiz in Nederland en EHDS (European Health Data Spaces) gaan helpen, door een raamwerk te bieden voor primair en secundair gebruik van medische data. En dit alles gebeurt steeds meer in samenhang, zodat we niet meer blijven hangen in puntoplossingen.”
Een andere ontwikkeling die ook op het congres naar voren komt, is hoe onnodige zorg voorkomen kan worden. Bouwmeester: “We beantwoorden ook levensvragen met zorg. Zorg moet er altijd voor iedereen zijn, maar er ontstaan steeds langere wachtrijen en de kosten lopen op. Daarom zien we nu de beweging van zorg naar de eigen woonomgeving. Bijvoorbeeld zodat mensen steeds meer zelf, met behulp van anderen en technologie, hun eigen zorg kunnen regelen. Denk aan leefstijl- en thuismonitoring.”
Bestaanszekerheid
En, benadrukt de dagvoorzitter van het ICT&health-congres, dat gaat verder dan zorg alleen. Heel veel levensvragen van mensen gaan over bestaanszekerheid. Zaken zoals schulden en stress kunnen gezondheid negatief beïnvloeden. Vaak belanden mensen in een zorgtraject omdat deze vragen te laat beantwoord zijn, of omdat er geen andere deur was waar ze konden aankloppen.
“Deze beweging staat deels los van technologie. Maar door slimmer informatie te bundelen, kun je sneller en beter zien om welke hulp deze mensen vragen én waar ze het beste terecht kunnen. Deels is dat buiten de zorgsector, deels daarbinnen. Door het vormgeven van community’s en smart city’s kunnen wijken voor ons gaan zorgen. En kan technologie ook op dit gebied versterken als aanvulling op fysiek contact buiten de zorg.”
Als je dat alles naar het congres vertaalt, zijn er twee paden die onze congresgangers kunnen bewandelen. Allereerst alles dat gaat over ‘zelf, samen, thuis’, met behulp van relevante technologie. Het andere deel gaat over slim gebruik en het koppelen van data, over bescherming ervan en privacy – en alle randvoorwaarden om er privacy uit te halen.
Zorg en sociale domein
Bouwmeester: “Echt nieuw ten opzichte van voorgaande jaren is verder de focus die we leggen op het sociale domein. Dat zie je onder meer terugkomen in de presentatie van Masi Mohammadi van DEEL Academy over hoe wijken voor ons kunnen zorgen. Door te bouwen aan gemeenschappen kunnen slimme wijken ervoor zorgen dat mensen langer en kwalitatief thuis kunnen blijven wonen. Zorg en technologie in het sociale domein dus.”
Deze ontwikkeling zie je ook bij de gemeente Den Haag, waarvan wethouder Kavita Parbhudayal vertelt hoe de gemeente voor ondersteuning van haar groeiende groep ouderen steeds meer de samenwerking met kennisinstellingen en de private sector zoekt. “Den Haag was best lang in zijn eentje aan het worstelen”, weet Bouwmeester, “nu zie je steeds meer samenwerking met en hulp van het sociale domein. Dat is toch waar mensen vooral leven. Zorg komt daar af en toe bij, maar je leefomgeving is de wijk. Daarom gaat zorg nu ook steeds meer naar de thuisomgeving.”
Beweging thuiswaarts
De beweging thuiswaarts sluit ook aan op de vele akkoorden die vanuit VWS met allerlei partijen in en rondom de zorg gesloten worden, zoals IZA en WOZO. “Ik ben er best trots op dat we deze beweging op het congres goed in beeld brengen”, vervolgt Bouwmeester. “Zowel met visie als met veel concrete en praktijkvoorbeelden. Daarmee geven we ook een antwoord op de vraag: mooie visie, maar hoe dan? Nou, zó dus. Want uiteindelijk moet het gaan om hoe je waarde toevoegt aan het leven van mensen, niet om te laten zien dat je weer een mooie oplossing hebt en daar een probleem bij zoekt.”
Ook is er een workshop waarin – in navolging van het voorgaande congres - gewerkt wordt aan een nieuw mini Burgerberaad-initiatief, vertelt Bouwmeester tot slot. “In een blok van twee sessies laten we aan iedereen die meedoet zien dat het verslavend leuk is en ook nog eens heel slim wordt als je de burger betrekt bij de innovatie die je voor ogen hebt. Ofwel: begin bij de burger. Het is nu vaak: patient included en terecht. Maar een burger is meer dan een patiënt. Door die burger te betrekken bij digitale innovaties kom je tot betere en slimmere toepassingen. En dan gaan mensen naar huis met veel concrete handvatten die hen een beeld geven van hoe makkelijk het kan zijn om thuis je leefwereld te verbeteren.”
Wil je ook naar het congres? Ga dan hierheen om een ticket te reserveren. Velen gingen je al voor!