U komt net terug van vakantie. Wat is er in de tussentijd allemaal gebeurd? Op 1 juli jl. is de Wet aanvullende bepalingen verwerking persoonsgegevens in de zorg (Wvpz) in werking getreden. Deze wordt binnenkort aangevuld met een Uitvoeringsbesluit: het Besluit elektronische gegevensverwerking door zorgaanbieders (Begz). Op 25 mei 2018 wordt de Algemene verordening gegevensverwerking (Avg) van toepassing en zal de Wet bescherming persoonsgegevens (Wbp) vervangen. Deze drie ontwikkelingen maken dat zorgaanbieders goed na moeten denken over hoe zij deze regelingen gaan implementeren. Dat moet goed gebeuren, want vanaf 25 mei 2018 moeten zij ook kunnen aantonen dat zij aan de privacywetgeving voldoen. Wij geven enkele tips over hoe zorgaanbieders dit kunnen doen.
Tip 1: maak een verwerkingsregister
De Wbp verplichtte zorgaanbieders om melding te doen aan de Autoriteit Persoonsgegevens van alle nieuwe verwerkingscategorieën binnen de organisatie. Er hoefde geen melding te worden gemaakt van gegevensverwerkingen die in het Vrijstellingsbesluit stonden. Voor gegevensverwerkingen met betrekking tot zorgverlening hoefde er niets gemeld te worden. De Avg gooit het over een andere boeg. Er hoeft geen melding meer te worden gedaan aan de Autoriteit Persoonsgegevens, maar verwerkingscategorieën moeten wel allemaal in een register verwerkingsactiviteiten worden opgenomen. Dit kan een elektronisch register zijn. Deze verplichting geldt ook voor eerstelijnszorgaanbieders. De Avg beschrijft welke gegevens in het register moeten worden opgenomen. Op verzoek moet het register ter beschikking van de AP worden gesteld. Het register van de verwerkingsverantwoordelijke bevat onder meer:- a) de doeleinden van de gegevensverwerking;
- b) een beschrijving van de groep personen waarop de gegevens betrekking hebben en van de categorieën van persoonsgegevens;
- c) degenen aan wie de persoonsgegevens worden verstrekt (de ontvangers);
- d) een beschrijving van de technische en organisatorische beveiligingsmaatregelen die zijn getroffen.