Nieuw onderzoek door Harvard University en de Amerikaanse denktank RAND Corporation heeft aangetoond dat dat er in de VS, net als in Nederland, weliswaar een flinke uptake is van telemedicine-oplossingen voor de diagnose en behandeling van psychische aandoeningen, maar dat de distributie van telemedicine per staat behoorlijk kan verschillen.
Het onderzoek kwam tot stand met behulp van tien jaar data-analyse van het gebruik van telemedicine-oplossingen onder begunstigden van Medicare, een sociaal verzekeringsprogramma van de Amerikaanse federale overheid. Momenteel wordt in de VS bekeken in hoeverre de criteria voor de vergoeding van telemedicine-oplossingen minder streng kunnen worden gemaakt. In 2015 maakten ruim 55 miljoen Amerikanen gebruik van Medicare.De studie toonde aan dat het gebruik van telemedicine onder patiënten in landeljke gebieden in de periode 2004-2014 jaarlijks met 45 procent toenam. In absolute cijfers steeg het aantal telemedicine visits over de gemeten periode van 2,365 naar 87,120.
Dramatisch laag gebruik
Het gebruik per staat verschilde aanzienlijk: in 2014 waren er vier staten waar er geen telemedicine visits waren geregistreerd terwijl er in negen staten meer dan 25 telemedicine visits per 100 patiënten met een psychisch aandoening werden geregistreerd.De onderzoekers konden niet direct een oorzaak vinden voor de grote verschillen tussen staten. Mogelijk speelt mee dat wetgeving die de voorziening en vergoeding van telemedicine-diensten per staat verschilt. Verder wezen de onderzoekers op het dramatisch lage gebruik van telemedicine-diensten onder psychische patiënten in rurale gebieden. Gemiddeld ligt het gebruik onder deze doelgroep op slechts 1,5 procent.
De onderzoekers onderstreepten het belang van de schaalbaarheid van telemedicine om zodoende kwetsbare groepen in afgelegen gebieden te kunnen bereiken. Zo zouden ook patiënten met zware psychische aandoeningen, zoals een bipolaire stoornis of schizofrenie, baat hebben bij online hulp op afstand.