Nooit af. Zo heet het boek dat Martijn Aslander en Erwin Witteveen schreven over onze netwerk- en informatiesamenleving. In hun eerder gepubliceerde “Easycratie” beschreven ze hoe deze maatschappij er uit ziet en introduceerden ze de term “zwermen”.
In Nooit Af dagen ze bestuurders en leidinggevenden uit het “nooit af”principe te omarmen. Kort samengevat: Onze maatschappij verandert zó snel, de kracht van zwermen is zó groot, dat we te weinig tijd hebben om oplossingen te bedenken die 100% perfect georganiseerd en eeuwig stabiel zijn. De werkelijkheid haalt ons links en rechts in voor we onze plannen “af” hebben. Een flexibelere, slimme manier van omgaan met en reageren op veranderingen is gewenst! Nu hoor ik het meest gebruikte woord in de gezondheidszorg al weer ergens op de achtergrond mompelen. Ja hoor, ik hoor het duidelijk: “Maar….” En jawel, ik geef de maar-zegger ook nog wel een klein beetje gelijk. Een heel klein beetje. Want er is veel te bedenken tegen het nooit-af principe wanneer het gaat over zaken waar we zekerheid over moeten hebben (evidence based medicine bijvoorbeeld). Toch omarm ik het nooit-af principe wel als het gaat over innovaties in de zorg.laten we de veranderingen aanvoelen en er pro-actief mee aan de slag gaanDat de maatschappij in rap tempo verandert is inmiddels een dooddoener van jewelste geworden maar is bij veel collega’s uit de zorg nog steeds iets dat ofwel ontkend wordt, ofwel met een zekere afkeurende blik beaamd. Laten we het gewoon als gegeven nemen en het nooit-af principe ter harte nemen en op die veranderingen reageren. Of nog beter, laten we niet reageren, maar laten we de veranderingen aanvoelen en er pro-actief mee aan de slag gaan. Laten we ook zwermen vormen, samen met techneuten en de belangrijkste personen uit de gezondheidszorg, patiënten. Gezondheidszorg is mooi, moet mooi blijven en kan nóg mooier, beter, goedkoper en persoonlijker worden. Alleen het idee dat er ergens een streep over de horizon ligt die we ooit bereiken waarna het af is?...