Opleiding nodig voor vertaalslag tussen technologie en praktijk

vr 12 april 2019
Opleiding nodig voor vertaalslag  tussen technologie en praktijk

Binnen de gezondheidszorg investeren we steeds meer in ICT-oplossingen en tools om zo in te spelen op demografische, maatschappelijke en technologische ontwikkelingen. Om technologie te laten ‘landen’ in de praktijk, zijn meer professionals nodig die een vertaalslag kunnen maken tussen deze zorgpraktijk en (innovatieve) technologie. Daarvoor zijn meer (deeltijd)opleidingen nodig, waarvan er ook een toenemend aantal in Nederland te vinden is. Onder meer bij Fontys.

Fontys heeft bij de vertaalslag in het onderwijs gekozen voor een opleiding Zorg en Technologie: een 2-jarige HBO-Associate degree (niveau 5) voor mensen die willen werken op het snijvlak tussen zorgaanbod, zorgvraag en technologische oplossingen. De eerste groep studenten is al ingestroomd.

De opleiding richt zich op professionals die al werkzaam zijn in een zorg en/of technische omgeving en die als zorgtechnoloog een consulterende en adviserende rol willen gaan spelen op het gebied van technologie in een zorgcontext. Ze werken dus in de praktijk en brengen die praktijk, hun ervaringen en vragen, mee naar de opleiding.

Het is de bedoeling dat zo’n zorgtechnoloog uiteindelijk zowel kennis over gezondheidszorg heeft als van de meest recente technologische middelen, ontwikkelingen bijhoudt en deelt met collega’s. Daarnaast inventariseert deze professional de behoeftes aan zorg en technologische toepassingen van organisaties, zorgprofessionals en zorgvragers en vertaalt die naar een onderbouwd advies om de implementatie en continuïteit van technologische toepassingen in de zorg te bevorderen.

Mogelijke rollen
Mogelijke rollen voor een zorgtechnoloog zijn:

  • transferverpleegkundige die technologie inzet om langer veilig thuis te wonen;
  • indiceren van zorg en het stimuleren van technologie ter preventie van (chronische) gezondheidsaandoeningen;
  • adviseur inkoop en uitleen van technologische innovaties bij thuiszorgwinkels;
  • verpleegkundige met aandachtsgebied technologie;
  • technisch onderhoudsadviseur /ontwikkelaar om technische innovaties te (laten) ontwikkelen die aansluiten bij behoeften van een zorgvrager.

Diverse achtergronden
Studenten die nu in opleiding zijn, hebben een zeer diverse achtergrond. Dat varieert van een thuiszorgmedewerker en een IC-verpleegkundige met interesse in technologie, tot iemand met een technisch beroep die in het ziekenhuis werkt. Naast hun baan in de zorg volgen zij twee dagdelen per week de opleiding, in de avond of late middag (12 contacturen en 10 à 12 uren voor zelfstudie).

Bij de opleiding is gekozen voor een praktische insteek met actieve leervormen om zo ervaring op te doen met diverse vormen van technologie, gerelateerd aan verschillende thema’s. Voorbeelden zijn het stimuleren van een gezonde en actieve leefstijl, zorg op afstand, wijkgerichte zorg en ondersteuning, meten in de zorg en ondersteunende technologie en zorgrobotica.

Het leren vindt eigenlijk vooral in de praktijk plaats. In ‘Communities of Practice’ werken studenten samen met zorgprofessionals aan verschillende opdrachten (zie kader hieronder) die in de praktijk leven en waarin technologie een rol speelt of kan spelen. In deze Communities of Practice gaan studenten in gesprek met bewoners en zorgprofessionals om behoeften te peilen en te observeren welke technologische oplossingen en tools wel of niet worden gebruikt.

De technologie is divers, het varieert van apps, domotica, wearables of smart speakers tot robotica zoals sociale robotten. Na deze ‘inventarisatie’ gaan studenten aan de slag om een verbeterslag te realiseren met een technologische oplossing en wordt deze met de (eind)gebruikers geëvalueerd.

In de tweede helft van het eerste jaar gaan studenten zich meer focussen: in dit geval domotica in nieuwbouwprojecten. Hiervoor wordt verkend wat er aan bestaande domotica beschikbaar is en waar het aanbod in lijn is met een lokale vraag. Daarnaast wordt gewerkt aan nieuwe ideeën voor het verwerken van domotica in nieuwbouw.
Dit kan nieuwe systemen betreffen, maar het kan ook gaan om op een persoon afgestemde technologische oplossing voor ondersteuning van dagelijkse handelingen (zoals een hulpmiddel voor het openen van gordijnen, kastjes e.d. of het bedienen van apparaten) of als ondersteuning in sociale netwerken (bijvoorbeeld om contact te versterken met de buitenwereld). In het laatste jaar werken de studenten ten slotte een probleem in de eigen praktijk uit met een technologische oplossing.

Wat vinden de studenten
De huidige studenten blijken het contact met de praktijk te waarderen, evenals het werken met échte projecten die aansluiten bij de behoefte van de professionals en de zorgvragers. Verder is er waardering voor de manier van lesgeven en voor het aanbod van lesstof die past bij het specifieke onderwerp waar een student op dat moment mee bezig is. Bijvoorbeeld rondom een bepaald ziektebeeld en technologie die daarbij passend kan zijn. Het vraagt wel van studenten dat ze zelf initiatief kunnen en durven nemen en dat ze met relatief weinig structuur toch vertrouwen hebben dat ze een oplossing gaan vinden voor problemen die ze tegenkomen.

Docenten
De docenten van Zorg & Technologie ondersteunen het activerend leren van studenten. Het team is net zo uiteenlopend als de studenten zelf: een aanjager, het creatieve brein, de technicus die alles maken kan, de fanatiekeling die zelf ook nog in de praktijk werkt, de senior die zichzelf atechnisch vindt maar wel nieuwsgierig is en de houding aanneemt ‘nooit te oud om te leren’ en tenslotte de vraagbaak die kan improviseren maar ook vage ideeën kan concretiseren.

Het zijn mensen met lef en flexibiliteit die niet pretenderen het zelf allemaal te weten. De lol en de kracht zit nu juist in het samen met studenten ontdekken wat werkt, voor wie en in welke situatie.

Door innovation partner