“Over pyschiatrische problemen is online onvoldoende gevalideerde informatie te vinden. Ook duurt het vaak lang voordat iemand de juiste GGZ-interventie krijgt”, stelt Jolande Tijhuis, bestuursvoorzitter bij de CONRISQ Groep, waarmee Vincent van Gogh op 1 mei 2019 is gefuseerd. Deze problemen effectief aanpakken kan volgens haar met een online platform, waarop mensen zowel betrouwbare informatie over psychiatrische aandoeningen vinden als een match met de juiste behandelaar. Om de kwaliteit en privacy te waarborgen, ontwikkelt de GGZ-organisatie dit unieke ‘match & care’ concept in eigen beheer. “We willen absoluut niet dat er ongeoorloofde dingen gebeuren met de data van bezoekers van ons platform”, stelt de ambitieuze bestuurder, die het als haar missie ziet de patiënt meer regie te geven in de GGZ.
Al sinds ze in 2011 aantrad als bestuurder van Vincent van Gogh is Tijhuis bezig met het introduceren van meer technologie in de geestelijke gezondheidszorg. Enerzijds vanwege het steeds sterker voelbare personeelstekort, maar vooral om de zorg dichter bij de cliënt te brengen en deze meer regie te geven over zijn mentale gezondheid.
‘Meer regie voor GGZ-patiënt door bonafide platform’
“Bijna de helft van de Nederlanders komt een keer in zijn leven in aanraking met de GGZ en een groot deel daarvan zelfs vaker. Daarom proberen we kwalitatief goede zorg veel meer op het juiste tijdstip op de juiste plek te krijgen”, zegt Tijhuis. “Zonder lange wachtlijsten en alleen als het echt nodig is een opname in één van onze klinieken.”
Professional in the lead
Een belangrijk uitgangspunt bij verandertrajecten vindt Tijhuis dat professionals ‘in de lead’ moeten zijn. “Het begint bij de inhoud, want dat is je bestaansrecht. We zijn bij Vincent van Gogh in 2012 gestart met het traject ‘Vertrouwd op weg’, waarbij de behandelaars voorop staan en we in kaart hebben gebracht waar zij trots op zijn en wat zij goede zorg vinden. Sinds 2017 heet onze strategie ‘Gewoon Anders’ en hebben we een Leertuin waarin we nieuwe zorgconcepten ontwikkelen samen met onze netwerkpartijen, cliënten en ervaringsdeskundigen.”
De Leertuin is voortgekomen uit een vijfjarige overeenkomst met VGZ en CZ en heeft als doel de kwaliteit van de zorg te verhogen en de zorgkosten te verlagen. “Hiervoor is het nodig veel te experimenteren met nieuwe concepten, door substitie van zorg naar de BasisGGZ en door netwerkpartijen en informele zorg bij de behandeling te betrekken”, zegt Tijhuis.
Ze geeft aan dat ze er bewust voor heeft gekozen geen ‘blauwe aanpak’ te hanteren bij innovatie. “Je kunt er een project van maken en het helemaal met het ‘spreadsheet-denken’ van een managementadviesbureau uitvoeren, maar mijn ervaring is dat dit in de zorg niet werkt. Dit is een vak waar mensen graag hun passie inzetten, dus willen we de ziel van de organisatie raken. Daarvoor moet je naar de organisatie kijken alsof het een ecosysteem is en onderdeel van een groter geheel. Ook de patiënt en zijn omgeving maken daar deel van uit. We bespreken hoe de behandelaars in het vak staan, wat hun visie op zorg is en wat zij effectieve zorg vinden. Daarop haken we in met onze combinatie van inhoud en bedrijfsvoering. Dit heeft geleid tot betere, zinnige zorg, geen interim-psychiaters meer en het laagste ziekteverzuim van de sector. Hier vaart iedereen wel bij.”
Groen haar
Bij de inhoud ziet Tijhuis een wezenlijke rol weggelegd voor technologie. Toen ze net bij Vincent van Gogh begon, stonden behandelaars hier nog sceptisch tegenover. “Er heerst in de GGZ sterk het gevoel dat je pas met een behandeling kunt starten als je een goede verstandhouding hebt opgebouwd met de cliënt en er vertrouwen is in de behandelrelatie. E-health lijkt daar haaks op te staan, maar er zijn inmiddels tal van voorbeelden waarmee goede resultaten worden geboekt.”
Om haar collega’s hierin mee te nemen, heeft Tijhuis hen samen met directeur Psylab Innovaties Fieke van Casteren een aantal toepassingen in de praktijk laten zien. “We hebben in 2014 twee Zora zorgrobots aangeschaft, die zijn ingezet bij mensen met Korsakov. Verder hebben we een aantal voorbeelden gedemonstreerd van e-health bij GGZ-organisaties in het buitenland. Daar is positief op gereageerd. We zagen dat mensen vervolgens zelf met ideëen kwamen en innovaties ook wilden gaan trekken.”
Deze mindset vindt Tijhuis belangrijk en wordt daarom meegenomen in het personeelsbeleid. “Ik zeg altijd: we zoeken medewerkers met groen haar. Mensen die zichzelf zijn en toch gewoon anders, hun vak verstaan en bereid zijn buiten de lijntjes te kleuren om de zorg te verbeteren.”
Ervaring met digitale innovatie
Vincent van Gogh heeft al de nodige ervaring met digitale zorgoplossingen. Zo wordt er veel gebruik gemaakt van beeldbellen met patiënten, zowel in individuele als in groepsgesprekken. Daarnaast zet de GGZ-organisatie ook virtual reality in om onder andere angststoornissen te behandelen door middel van extreme exposure. “Dat blijkt effectief en prettig voor de patiënt”, aldus Tijhuis.
Verder ondersteunen psychiaters van Vincent van Gogh huisartsen via het digitale b-to-b portaal 123Psychiatrie. Tijhuis hierover: “De huisarts is vaak degene met wie mensen met psychische problemen het eerste formele contact hebben. We willen ervoor zorgen dat ze bij de huisarts zo goed mogelijk worden geholpen. Patiënten geven aan dat ook het prettigst te vinden. Daarom hebben we een portaal ontwikkeld, waarop huisartsen en ook andere professionals - zoals een wijkteam - digitaal vragen kunnen stellen aan onze behandelaars. Bijvoorbeeld over de medicatie of hoe ze met bepaalde klachten om moeten gaan.”
Veel online informatie is onbetrouwbaar
Tijhuis ziet in de praktijk dat veel psychische problemen licht beginnen. “Als je dan de juiste zorg biedt, is het vaak nog oplosbaar. Worden de klachten ernstiger, dan is de behandeling vaak langer, duurder en geeft het meer lijden voor de patiënt en zijn omgeving.” Om problemen al in het ‘lichte echelon’ aan te pakken, ondersteunt Vincent van Gogh niet alleen huisartsen, maar leidt ook hun praktijkondersteuners en de zorgcoördinatoren van scholen op.
Specifiek gericht op jongeren werkt de GGZ-organisatie bovendien samen met vlogger Dylan Haegens, die met zijn vriendin een stichting heeft opgericht om iets te doen aan angst- en eetstoornissen, problemen waar ze zelf ook mee kampten. Tijhuis: “Met een reizende experience bereiken we jongeren heel laagdrempelig met vragen over GGZ-problematiek.”
Betrouwbare informatie
“We weten dat veel jongeren met psychische klachten op internet op zoek gaan naar informatie. Die is er wel, maar veel daarvan is onbetrouwbaar”, is de ervaring van Tijhuis. “Informatie is vaak niet gevalideerd en er circuleren veel horrorverhalen. Of het zijn bekende Nederlanders die hun verhaal vertellen, maar dat is altijd achteraf. Wij willen graag betrouwbare informatie bieden en ervoor zorgen dat iemand met psychische klachten vanaf dag één zelf de regie kan voeren over zijn mentale gezondheid en op basis van goed advies zelf bepaalt wanneer hij welke behandeling wil hebben. Hiermee zet je een volgende stap in shared decision making: samen met de patiënt invulling geven aan zijn herstel. Dat kan zowel digitale ondersteuning als face-to-face contact zijn.”
“Ook willen we dat iedereen zelf eigenaar is van zijn gezondheidsdata en daar goede adviezen op krijgt. Geen productiegedreven aanbeveling om de zorginstellingen overeind te houden, maar behandelingen waarvan wij als deskundigen zeggen: dit is de juiste zorg op het juiste moment en de juiste plaats.”