Zorgrobots verbeteren met echte mensen in langdurende zorg

vr 25 juni 2021
Zorgrobots verbeteren met echte mensen in langdurende zorg
Robotica
Premium

Zorgrobotica is geen kwestie van: wij weten wat goed is voor de mensen. Integendeel: het is zaak een robot in innige samenspraak met de cliënt af te stemmen op diens wensen, bij voorkeur vanaf de start van het ontwikkeltraject. In de Proeftuin Robotica werd dit tot bloei gebracht voor de langdurende zorg.

De Proeftuin Robotica is een pilotproject van Academy Het Dorp en Siza, in samenwerking met Hogeschool van Arnhem en Nijmegen (HAN), Zuyd Hogeschool en Roessingh Research and Development. Drie jaar geleden gestart met evenzoveel zorgrobotontwikkelaars en heel leerzaam voor alle betrokkenen, met name de drie bedrijven.

“We boden de mogelijkheid hun robots te testen met echte mensen binnen de context van de langdurende zorg”, vertelt Brigitte Boon, bestuurder van Academy Het Dorp en lid van de stuurgroep van Proeftuin Robotica. “Daar zijn beide partijen wijzer van geworden: de bedrijven kregen rechtstreeks van de doelgroep de hand- vatten om hun robots verder te ontwikkelen en daarnaast heeft het ons en onze kennispartners een goede testmethodologie opgeleverd.”

Zorgrobots testen gebeurde tot nu toe vooral ad hoc, vertelt Alex van Geldrop, projectleider Ontwikkeling & Innovatie bij de Gelderse en Overijsselse ontwikkelingsmaatschappij Oost NL. “Dan werd vaak de omgeving aangepast aan de robot in plaats van andersom. Zo krijg je de resultaten die je van tevoren wenst, niet de resultaten waarmee de cliënt gediend zou zijn.”

Ook hij nam zitting in de stuurgroep, net als Marian Adriaansen, lector Innovatie in de Care aan de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen. Studenten van de HAN voerden een deel van de tests uit. “Zo ervaren de professionals van de toekomst zelf hoeveel waarde robots kunnen toevoegen aan de zorgpraktijk”, legt Adriaansen uit.

Per cliënt finetunen

Een drietal zorginnovaties kwam sterker uit de proeftuin, waaronder Pepper, een robot die onder meer fysiotherapie-oefeningen kan voordoen en op een beeldscherm kan tonen. Boon hierover: “Het was belangrijk om zijn taalgebruik op het juiste niveau te brengen. Wat snapt een gebruiker met een verstandelijke beperking: dat test je eerst bij een doel- groep met een gemene deler en daarna ga je het per individu finetunen.”

Andersom moet de taal ook werken, vult Roel Boumans aan, met zijn bedrijf MijnRobots ontwikkelaar van slimme software voor Pep- per. “Niet iedere cliënt praat hetzelfde als de gemiddelde Nederlander en als Pepper je niet kan verstaan houdt het op. Gelukkig werkte dat goed. Daarna hebben we Pepper fysio- therapie-oefeningen laten begeleiden en voedselvoorlichting laten geven. Bewoners waren positief en hiermee kunnen we de markt op.”

Zijn collega Wang Long Li van Tinybots is wat dat betreft al een stap verder. “Van onze robot Tessa staan er zo’n 1.500 bij cliënten van diverse zorginstellingen. Helaas moeten we bij elke partner opnieuw aantonen dat Tessa goed functioneert en de zorg ook ontlast, ongeacht of we dat eerder hebben gedaan bij dezelfde zorgverzekeraar. Het zou voor alle betrokkenen goed zijn als dit stukje bureaucratie verdwijnt, zeker voor cliënten die gebaat zijn bij Tessa. Het knelpunt is: verzekeraars vergoeden nu zorgkosten, terwijl ze beter de zorgwinst kunnen belonen. Tessa scheelt zo’n 100 zorgminuten per week per cliënt.”

Tessa helpt hen met hun dagstructuur, vertelt Boon. “Door op gezette tijden reminders te geven. Dat verschilt per persoon: bij de een gaat het om de kamer schoonmaken, bij de ander dat het tijd is om naar het werk te gaan. Als de begeleider het zegt wordt het soms als gezeur ervaren, terwijl Tessa een onschuldig apparaat is.”

Meer zelfstandigheid, vrijheid

Dat de gebruiker minder afhankelijk wordt van begeleider of mantelzorger moet het
doel zijn van elke zorgrobot, anders gezegd: hij moet de zelfstandigheid en vrijheid van cliënten vergroten. “Daarvoor is een gebruiksvriendelijke bediening nodig”, zegt Boon. “Verder is een zorgvuldige implementatie cruciaal, waarbij iedereen in de omgeving meegenomen wordt. Alleen dan kan de robot zijn toegevoegde waarde tonen.”

Van Geldrop benadrukt verder dat de techniek laagdrempelig moet zijn, zodat een
beetje handige begeleider een probleem kan oplossen. Ook dat is een kwestie van testen
in de proeftuin en op basis van de feedback doorontwikkelen. Wat als een keer echt iets kapot gaat? “Voor bedrijven die nu nog in de prototypefase zitten, is dat een volgende stap richting volwassenheid. Hebben ze reserves of een helpdesk die klaarstaat om snel reparaties uit te voeren? Dat zijn punten die ook naar voren komen als je goede en langdurige tests kunt uitvoeren.”

Zoals in alle geledingen van de samenleving neemt ook in de zorg innovatie een vlucht. Van Geldrop wijst op de lange weg die ontwikkelaars te gaan hebben. “Er kan een decennium of meer overheen gaan om van idee tot product te komen. Dat vergt een enorme investering. Door in de proeftuin volgens goede protocollen te testen en daarmee aan te tonen dat een robot gezondheidswinst, tijdwinst of zorgwinst oplevert, hopen we dat de resultaten valide en concreet genoeg zijn om bijvoorbeeld naar zorgverzekeraars te stappen Dan kun je beter je verhaal onderbouwen over de kwaliteit van zorg die je innovatie op- levert en de eventuele kostenbesparing.”

Want het gaat niet om een paar testjes met een handvol cliënten, stelt Boon. “Academy Het Dorp werkt samen met Siza in Arnhem en andere zorgorganisaties. Voor goed onderzoek naar de werkzaamheid is zulke samenwerking nodig. Je kunt dan in verschillende settings over voldoende cliënten gegevens verzamelen.”

Gestructureerd en gevalideerd

De Gable CORE is zo’n robot die aantoonbaar werk uit handen neemt van fysiotherapeuten. “Hij biedt ondersteuning aan patiënten die opnieuw moeten leren lopen en zorgt dat ze niet kunnen vallen”, vertelt Sebastiaan Behrens van ontwikkelaar Gable Systems. “Normaal heb je daar tot wel drie fysiotherapeuten voor nodig, door het tilwerk en de ondersteuning is het erg arbeidsintensief. Met de hulp van de Gable CORE kan één fysiotherapeut het alleen af. Of een halve, want je kunt ondertussen ook even weglopen om andere patiënten te helpen. Wij hebben berekend dat de robot zodoende in tweeënhalf jaar terug te verdienen is.”

De Gable CORE, waarmee je ook data kunt me- ten om progressie bij te houden en trainingen te optimaliseren, werd in de Proeftuin Robotica intensief getest op gebruiksvriendelijkheid van de bedieningsconsole. “Dat leverde veel waardevolle informatie op en ik mag nu wel zeggen dat je de app met minimale instructies kunt bedienen”, vervolgt Behrens. “Als ontwikkelaar kun je wel iets achter je tekentafel zitten bedenken, maar het volstaat niet om het in je kennissenkring te testen. De proeftuin is waardevol voor een start-up als de onze, want die biedt met al zijn kennispartners en enorme pool aan cliënten echt iets unieks.”

Boumans heeft een advies voor start-ups met zorgrobotambities: “Ga eerst praten met Academy Het Dorp: wat kan er met testen en hoe valt dat te organiseren? En praat met de bewoners en begeleiders van zorginstellingen, om te zien wat zij vinden van het idee waarmee je speelt.” Draagvlak creëren onder de cliënten én de zorgverleners: daar gaat het om volgens Li.
“Je tijd en energie goed besteden aan de aspecten van de zorgrobot die de meeste impact hebben. Daar kom je alleen maar achter door in de juiste volgorde stap voor stap te testen.” Gestructureerd en gevalideerd, voegt Van Geldrop eraan toe. “Met kennis van zaken, volgens degelijke protocollen en met voldoende cliënten. Dat maakt de aanpak van de Proef- tuin Robotica zo objectief.”