Regiecentra ook ingezet bij andere aandoeningen

wo 26 augustus 2020
Regiecentra ook ingezet bij andere aandoeningen
Premium

De Corona Check, die OLVG en Luscii op 16 maart introduceerden, is een bijzonder initiatief. De app en bijbehorende medische dienst gingen binnen één week live en waren niet bedoeld voor de eigen patiënten van het ziekenhuis, maar voor ongeruste burgers met vragen. De opvolging van de app-gebruikers groeide vervolgens uit tot een landelijk netwerk van regiecentra, dat inmiddels meer dan 160.000 mensen met coronagerelateerde klachten heeft gemonitord en geholpen. Via deze infrastructuur is een schat aan data verzameld, die wordt gedeeld om de app te verbeteren en valideren. Ook kunnen de aangesloten zorginstellingen de regiecentra inzetten voor andere aandoeningen, zodat meer preventieve zorg kan worden geboden.

Corona Check klaar voor tweede golf

De vloedgolf aan telefoontjes naar de spoedeisende hulp en huisarts bracht Maurice van den Bosch, bestuursvoorzitter van het OLVG, en Daan Dohmen, CEO van Luscii, op het idee van De Corona Check. “Aan het begin van de COVID-19 crisis zagen we in Brabant de druk op de poort ongelooflijk snel toenemen omdat mensen massaal belden met vragen”, vertelt Van den Bosch. “We hebben toen gezegd: kunnen we dat probleem niet ondervangen met een digitale triage, waarbij je een koppeling maakt tussen de Luscii-app voor monitoring op afstand en een regieteam met medisch specialisten van het OLVG?” Dit was de start van een traject, waarbij het helpen van ongeruste burgers leidend was en zorgprofessionals samenwerkten om dit belang te dienen.

Goede klik
Om de naderende COVID-19 piek in de regio Amsterdam op te kunnen vangen, besloten Van den Bosch en Dohmen op 10 maart 2020 dat de app en het regieteam binnen een week operationeel moesten zijn. Om dat te realiseren, formeerden ze een multidisciplinair team met 20 medewerkers van het OLVG en 20 van Luscii.

OLVG-longartsen Paul Bresser en Herre Reesink werden gekoppeld aan het technische team van Luscii, onder leiding van Joris Janssen. Bedrijfskundig manager Natasja Bovee was verantwoordelijk voor het OLVG-regiecentrum en de landelijke opschaling werd gecoördineerd door Ruben de Neef van Luscii. Zij werden ondersteund door mensen van communicatie, juridische zaken, compliance, ICT en begeleiding. Samen met collega’s uit de andere deelnemende ziekenhuizen had deze groep gedurende drie maanden de dagelijkse leiding over de ontwikkeling van De Corona Check.

Wat Van den Bosch en Dohmen als bijzonder hebben ervaren, is dat het van meet af aan klikte tussen de leden van dit multidisciplinaire team. De reden hiervoor is volgens hen het eenduidige doel en de heldere rolverdeling, waardoor onderling vertrouwen ontstond. “Iedereen hield zich aan zijn eigen rol en bemoeide zich niet met die van anderen”, zegt Dohmen. “Ik zie bij andere projecten regelmatig dat techneuten op de stoel van de zorgprofessional gaan zitten en andersom. Dat was nu niet het geval. Wel hebben we die eerste week elk uur een stand-up gehouden, waarin iedereen verslag deed van hoe we ervoor stonden. Dat werkte heel goed.”

Eenvoud voorop
Normaal gesproken vindt voor een nieuwe applicatie eerst overleg plaats met alle betrokken partijen en wordt een ontwerp uitgewerkt. Bij De Corona Check is echter meteen met de ontwikkeling begonnen. Eenvoud in gebruik en onderhoud stond hierbij voorop. “Paul Bresser en Herre Reesink hebben gezorgd voor een medisch verantwoorde, maar wel gemakkelijk te begrijpen invulling van De Corona Check”, zegt Dohmen. “En vanuit Luscii hebben we geen ingewikkelde koppelingen gemaakt met systemen, maar gewerkt met telefoons, een webbrowser en simpele belscripts. Gezien de korte doorlooptijd hebben we niet alles vooraf vastgesteld, maar wel een duidelijk feedbackproces georganiseerd. Er was regelmatig overleg en iedereen had het recht om op de noodrem te trappen als het niet goed ging.”

Consistentie was onder deze omstandigheden belangrijker dan perfectie, stelt Van den Bosch. Om die reden is ook al in de eerste week contact opgenomen met het ministerie van VWS, de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) en de verzekeraars CZ en Zilveren Kruis. Van den Bosch: “De IGJ gaf aan: houd ons geïnformeerd, maar sta ook open voor onze adviezen. Daarom zijn ze in die beginperiode twee keer bij ons op gesprek geweest. Datzelfde geldt voor de zorgverzekeraars. Zij vonden de kosten redelijk en billijk, waardoor we die konden inbrengen als coronagerelateerd.”

Bij De Corona Check is overigens geen sprake van winstoogmerk. Dohmen: “We doen dit op not for profit-basis: de kosten om snel te schalen zijn gedekt, maar er is niemand die er een cent winst op heeft gemaakt.”

Coalition of the willing
De Corona Check-app werd meteen de eerste dag al door een paar duizend Nederlanders gedownload en gebruikt. Het OLVG-regiecentrum had toen 50 werkplekken die werden bemand door mensen met een medische scholing, zoals artsen in opleiding en verpleegkundigen. “Er was altijd supervisie van een internist/infectioloog of longarts. En later zijn er ook huisartsen mee gaan werken”, zegt Van den Bosch. Hij vindt achteraf dat er initieel nog nadrukkelijker afstemming met de huisartsen in de regio Amsterdam had kunnen zijn. “Mensen die ziek werden van COVID-19 konden immers zowel in het ziekenhuis als bij de huisarts terechtkomen. Dat is bij het opschalen in andere regio’s beter verlopen.”

Na de eerste positieve ervaringen in Amsterdam zijn de weken daarna 17 zorgorganisaties en een groot aantal huisartsen aangehaakt bij De Corona Check. Uitgangspunt bij opschaling was dat er niet aan het format kon worden getornd. “Als er overal een net iets andere versie van de app zou ontstaan, was het geen succes geworden”, stelt Dohmen. “We wilden een landelijk dekkend netwerk opbouwen, daarom zijn we bewust op zoek gegaan naar een coalition of the willing.”

First follower
Het Canisius Wilhemina Ziekenhuis (CWZ) in Nijmegen voegde zich als eerste bij deze coalitie. “Ik ken Maurice en Daan goed en we delen dezelfde visie op e-health. En net zo belangrijk: we vertrouwen elkaar”, vertelt bestuursvoorzitter Ale Houtsma. “We werken met het OLVG samen binnen de Santeon groep en waren al bezig met de implementatie van het Luscii-platform binnen ons ziekenhuis. Deze infrastructuur inzetten voor spoedzorg, één van de speerpunten van het CWZ, vond ik een goed idee.”

Ook Houtsma heeft ervaren dat het gedeelde belang en de hoge urgentie het mogelijk maakten dat binnen enkele dagen een regiecentrum in het CWZ werd ingericht, dat ook actief was voor het Catharina Ziekenhuis, Medisch Spectrum Twente – beide Santeon partners - en het Maasziekenhuis Pantein. Bij het CWZ hadden sportartsen de leiding over het regiecentrum, waar co-assistenten werden ingezet om De Corona Check-gebruikers te monitoren en bellen. Houtsma: “De sportartsen hebben samen met de projectleider Klant, Markt, Innovatie en ICT gezorgd voor de inrichting van het callcenter met 20 helpdesks in een mooie oude kapelzaal van ons ziekenhuis. Ook hebben ze de benodigde co-assistenten ingehuurd en contact gehouden met alle betrokken partijen, zoals de huisartsen, VVT-instellingen en de andere ziekenhuizen die deelnemen aan De Corona Check.”

"Delen data basis voor succes"

Zelflerend algoritme
Aanvankelijk waren er tientallen mensen nodig bij de eerste regiecentra, maar dit aantal kon na opschaling naar andere regio’s sterk worden teruggebracht. “In de eerste weken was het algoritme nog niet ingeleerd omdat we nog niet over voldoende data beschikten”, zegt Dohmen. “Dat veranderde toen we duizenden gebruikers hadden. Na een paar weken beschikten we over meer dan twaalf miljoen datapunten en kon een deel van de triage door het algoritme worden gedaan. Daardoor waren tijdens de piek met 170.000 gebruikers op het regiecentrum bij het OLVG nog slechts acht medisch professionals nodig. Dit laat zien dat je tot veel slimmere oplossingen komt als je bereid bent om data te delen en transparant te maken. Daar kan iedereen vervolgens in zijn lokale setting, op zijn eigen manier van profiteren.”